U kunt de bloembollen na de bloei opgraven en bewaren of ze 2-3 jaar laten zitten. Tulpenbollen die in de grond blijven bloemen produceren. De tulpen zullen wel elk jaar kleiner worden.
Bijna alle voorjaarsbloeiende bloembollen kunnen in de grond blijven zitten. De tulp echter niet, omdat die gevoelig is voor ziekten. De meeste zomerbloeiende bloembollen kunnen niet in de grond blijven zitten, omdat ze niet winterhard zijn.
Zijn de tulpen uitgebloeid? Dan is het beter om de bloemen eruit te knippen. Zo voorkom je dat er zaad wordt gevormd, iets wat de bol veel energie kost. De bollen van grootbloemige tulpen kun je na de bloei het beste uit de grond halen en op een warme, droge plek bewaren.
Tulpen kunnen gemakkelijk in de tuin overwinteren. Omdat ze diep in de grond liggen, kan de vorst hen niet schaden. Als u geen risico wilt lopen, kunt u de bollen in de herfst met dennentakken afdekken. Iedereen die bang is dat de vorst de bollen toch kan schaden, kan ze ook uitgraven en koel en droog bewaren.
Botanische of 'wilde' tulpensoorten kun je laten zitten in de grond. Ze komen elk jaar terug. De meeste tulpenbollen moet je jaarlijks rooien en in het najaar opnieuw planten.
TULIPA - langstelige tulp
Mits op de juiste plek geplant (voedzaam en zonnig) komen deze soorten ieder jaar terug. - Plant de tulpen op een zonnige warme plek. Ook zomers hebben tulpen warmte nodig voor de ontwikkeling van de bloemknop voor het volgende jaar.
Tulpen zijn bollen die je gemakkelijk kunt vermeerderen. Als je de bollen in de zomer uit de grond haalt kun je aan de onderkant van de bol kleine bolletjes zien zitten. Dit zijn bloembollen in de maak. Deze kun je losmaken van de 'moeder tulpenbol'.
Als regel geldt dat gecultiveerde soorten, waaronder de meeste tulpen en hyacinten, na het afsterven van het loof het beste uit de tuin kunnen worden gehaald. Hang ze op een droge plek in de schuur. Begin oktober kunnen de bollen weer terug in de tuin. Plaats ze dan op een andere plek dan waar ze stonden.
Tijdens haar groei tot tulpenbloem heeft ze de tulpenbol helemaal leeg gezogen om zo mooi mogelijk als bloem voor de dag te komen. Als u deze oude vellen weg peutert komt er een mooie glimmende nieuwe bol tevoorschijn. Dit is de bloembol die na de bloei bij u in de tuin of pot is gegroeid.
Vaak is het helemaal geen probleem om ook in december nog je laatste bloembollen te planten. Tulpen kan je zelfs nog in januari planten. Wel moet je er rekening mee houden dat ze wat later zullen bloeien.
Laat loof zitten en plant 1-jarige planten bij uw Tulpen. U kunt de bloembollen na de bloei opgraven en bewaren of ze 2-3 jaar laten zitten. Tulpenbollen die in de grond blijven bloemen produceren. De tulpen zullen wel elk jaar kleiner worden.
Tulpenbollen planten is een makkelijke manier om je borders en potten in april en mei van alle denkbare kleuren te voorzien. Maar plant deze bloembollen voor de grootste kans op succes wel op het juiste moment!
Als de bollen netjes en volledig droog zijn, kun je ze bewaren. Wikkel ze in oud krantenpapier en stop ze in een doos. Waar je de doos zet, maakt niet uit. Zolang het maar een donkere, koude en vooral droge plaats is.
Tulpenbollen worden doorgaans geplant vanaf oktober (vroeg) tot en met december (laat). De tijd van planten is gedeeltelijk afhankelijk van het soort tulp. Sommige 'vroege' tulpensoorten kunnen al in oktober worden geplant, en komen dan ook vroeg in het voorjaar tot bloei.
Voorjaarsbloeiende bloembollen zoals tulpen, narcissen en hyacinten plant je in het najaar, vanaf september tot december, vóór de eerste nachtvorst. Ook vroege bloeiers zoals sneeuwklokje en irrissen plant je in het najaar.
Knip je te vroeg het nog groene blad af, dan maakt hij een te kleine nieuwe bol die niet zal bloeien. Ook als de grond te zuur is geworden of. en te weinig voeding heeft, zijn de nieuwe bollen te klein, dus geen bloemen.
Tulpen staan graag in de volle zon of lichte schaduw. Plant de bollen daarom in een stuk grond waar de zon vaak op staat.
Verwilderingsbollen zoals lenteklokjes, krokussen, narcissen, sneeuwklokjes en sterhyacinten, lijken een beetje op meerjarige bollen. Je hoeft ze ook maar een enkele keer te planten en dan komen ze ieder jaar terug. Daarbovenop vermeerderen deze bollen zich ook, zonder dat je er iets aan hoeft te doen.
Zet je tulpen in een bodempje koud water. Te veel water is niet goed voor de steel. Controleer elke dag of ze nog voldoende water hebben, want tulpen drinken best veel.
Wanneer je al je bollen in de doos hebt gelegd, kun je deze het beste koel, droog en donker bewaren. Bijvoorbeeld in een vorstvrije garage, kelder of bijkeuken. Je kunt dus ieder jaar genieten van dezelfde bloembollen, zolang je de bloembollen met zorg bewaart!
Zodra de bloembollen in de huiskamer uitgebloeid zijn, kunnen ze op een beschutte plaats buiten gezet worden. Laat ze daar maar rustig afsterven en verwijder alleen de zaaddozen. Zorg wel dat ze niet te nat staan.
Hoe worden bollen gepeld? Na het rooien worden bollen gepeld, tegenwoordig veel met een machine: eerst worden de kleine bollen van de grote bollen gescheiden, de kleine bollen zijn namelijk te klein om te verkopen. Deze kleine bollen worden weer in de grond gestopt.
Tulpen gaan slap hangen als ze te veel water krijgen
Geef je ze té veel water, dan worden ze letterlijk lui en gaan ze hangen. Houd wel goed in de gaten dat je tulpen altijd in het water staan. Hoe minder water je namelijk in de vaas doet, hoe sneller dit water natuurlijk op is!
Kweken van nieuwe tulpenbollen gebeurt door in het najaar (okt. -nov) kleine tulpenbollen te planten. De knoppen tussen de bolrokken van deze bollen groeien uit tot nieuwe bollen waarbij de oude bol word gebruikt als voedsel.
KLEUREN EN VORMEN BOTANISCHE TULP
Botanische tulpen blijven laag, ze hebben een korte steel en bloeien met kleine stervormige, geurende bloemen. De tulpjes verwilderen goed, dus ze kunnen in de grond blijven staan. De botanische tulp komt in vrijwel iedere kleur voor, zelfs in paars, bruin en fluoriserend rood.