Is een AED veilig? Het toestel bepaalt volledig autonoom of een elektrische schok het slachtoffer kan helpen. Kan een schok niet helpen, dan schokt het toestel niet. Het is dus onmogelijk om het toestel verkeerd of onnodig te gebruiken.
Wanneer gebruik je een AED? Een AED wordt ingezet bij slachtoffers van een hartstilstand of een hartritmestoornis. Echter, in de praktijk is niet altijd duidelijk of hier sprake van is. Zo kan het bijvoorbeeld voorkomen dat iemand op de grond valt en niet bij kennis is, maar wel op een normale manier ademhaalt.
In Nederland mag iedereen een AED inzetten wanneer dit nodig is. Het is niet verplicht om een reanimatiecursus gevolgd te hebben. Het is echter wel beter om een reanimatiecursus of AED training te volgen omdat er dan geen kostbare minuten verloren gaan tijdens een AED reanimatie.
Iedereen kan een AED bedienen. Ook als je dit nog nooit eerder hebt gedaan, zal het je lukken. Elke AED is namelijk voorzien van duidelijke, stapsgewijze instructies. Bij sommige AED's worden deze instructies zelfs gesproken.
Kan een AED een foute interpretatie maken? Een AED maakt gebruik van complexe analyse systemen om het hartritme te interpreteren. Wanneer iemand gebruik maakt van een AED zal deze in meer dan 95 % van de gevallen de juiste keuze maken om defibrillatie toe te passen.
Een AED geeft geen schokadvies als het hart niet fibrilleert. Fibrilleren betekent dat het hart ongecontroleerd samentrekt. Wanneer hier dus geen sprake van is, geeft de AED geen schokadvies. Wanneer het hart echt stilstaat en er geen elektrische activiteit aanwezig is, geeft de AED ook geen schokadvies.
Let op: plak de elektroden niet op het sleutelbeen of op de tepel. Bij kinderen plak je de elektroden soms anders. Meer informatie over AED elektroden bij kinderen.
Een AED gebruik je wanneer het slachtoffer een hartstilstand heeft. Er zijn echter gevallen waarin een AED niet gebruikt kan worden. Om je meteen gerust te stellen: je kunt altijd een AED proberen te gebruiken bij twijfel. De AED zal namelijk eerst een test uitvoeren om te kijken of een schok kan worden toegediend.
Volgens de wet mag iedereen een AED gebruiken.
Aandachtspunten AED gebruik
Zweet/nattigheid op borstkas afdrogen. Lichaamsbeharing op plaats stickers verwijderen. Pacemaker. Tepel.
Ja, een AED kan gebruikt worden bij kinderen vanaf 8 jaar of 25 kg. Volgens de nieuwe ERC richtlijnen mogen kinderen tussen de 1-8 jaar aangesloten en gedefibrilleerd worden met een conventionele AED met standaard elektroden.
De normale AED is geschikt voor kinderen boven de acht jaar. Een aantal AED's is voorzien van speciale kinderelektroden; zij geven minder stroom aan het kind bij een schok. Andere AED's hebben een aanpassing voor kinderen in het apparaat zelf verwerkt.
Hoe werkt een AED en wat doet het met je hart? Een automatische externe defibrillator geeft de sinusknoop, onze natuurlijke pacemaker, de kans om terug de controle te krijgen over het hartritme. De schok van de AED legt het chaotische hartritme dat ontstaat bij een plots hartfalen even stil en 'reset' het.
Een AED kan meerdere keren gebruikt worden. De AED is ontworpen om hergebruikt te worden, maar het is belangrijk om na iedere inzet de elektroden te vervangen. Dit in combinatie met het juiste onderhoud blijft de AED in goede conditie en kan deze opnieuw worden ingezet wanneer dat nodig is.
Een AED kan meerdere keren worden gebruikt, in principe onbeperkt. Wel is het zaak om deze na gebruik te laten controleren en de accu te vervangen.
AED batterij gratis vervangen na inzet
Vanaf 2018 worden de elektroden en batterijen na een inzet van een (publieke) AED vergoed door de zorgverzekeraars. Deze vergoeding kan worden afgehandeld in samenwerking met de ambulancediensten.
Als er helemaal geen hart-activiteit meer is, zal de AED nooit een schok geven, simpelweg omdat dat geen zin heeft. Het apparaat geeft dan opdracht om verder te gaan met reanimeren en te wachten op de hulpdiensten.
Nu steeds meer bedrijven een AED aanschaffen, stellen ook steeds meer mensen deze vraag. Een AED is namelijk al lang geen uitzondering meer. Desondanks is een AED nog niet wettelijk verplicht.
Iedereen kan een AED aansluiten omdat AED's altijd zijn voorzien van duidelijke instructies. Bij eenvoudige apparaten betreft het meestal alleen geschreven instructies. Uitgebreidere AED's hebben vaak ook gesproken instructies of visuele instructies.
In de richtlijnen voor reanimatie van een volwassen persoon staat het volgende: De eerste defibrillatieschok wordt gegeven met een energie van 150 tot 200 Joule bifasisch (of 360 Joule monofasisch). Voor kinderen ligt dat maximum veel lager.
Ja, dat mag. Wanneer iemand met een pacemaker een hartstilstand krijgt dan moet net als bij ieder ander zo snel mogelijk begonnen worden met reanimatie. Reanimatie en defibrillatie is ook bij mensen met een pacemaker de enige manier om te overleven.
Een interne versus externe defibrillator
De ICD reguleert een te snel of te langzaam tempo van het hart. Als dat niet voldoende lukt, geeft een ICD een stroomstoot waardoor het hart alsnog in het juiste ritme schiet. Waar het op neerkomt: elke AED is een defibrillator, maar niet elke defibrillator is een AED.
Je plakt een elektrode op elke borst, vlak boven de tepel en onder het sleutelbeen.
Gasping is een reflex van het lichaam als reactie op een laag zuurstofgehalte in de hersenen. Gasping kan er op allerlei manieren uit zien. Dat hangt ook een beetje af van hoe lang de circulatiestilstand al duurt. Het wordt vaak beschreven als een schokkende, onregelmatige en/of luid snurkende ademhalingsbeweging.