De nuldraad of de nulleider is de draad die meestal elektrisch gekoppeld is met de aarde, hij wordt daarom ook wel de neutrale geleider genoemd. Omdat de nuldraad elektriciteit terugleidt staat deze onder spanning, het is daarom belangrijk dat je de draad niet aanraakt, tenzij de stroom eraf is gehaald natuurlijk.
Als je deze aanraakt krijg je een schok. De nuldraad (blauw) is de draad waar geen spanning op staat en zorgt er voor dat bij het gebruik van elektrische apparaten een gesloten stroomkring ontstaat. Je kunt deze veilig aanraken.
In tegenstelling tot de nuldraad is de fasedraad zeer gevaarlijk. Wanneer je bijvoorbeeld een spijker in één van de twee gaatjes van een stopcontact steekt, heb je 50% kans dat je een schok krijgt. Je hebt dus 50% kans dat je de fasedraad raakt met de spijker. De fasedraad mag daarom dan ook niet worden aangeraakt.
De fasedraad (f) en de nuldraad (n) zijn namelijk direct met elkaar verbonden. De elektrische stroom zal dan door deze verbinding lopen in plaats van door de motor. Aangezien de weerstand (bijna) nul is zal de stroomsterkte bijzonder groot worden. De zekering van de bijbehorende groep zal de stroomkring verbreken.
In Europa staat tussen een enkele fase en de nuldraad een wisselspanning van 230 V, en tussen twee fasedraden 400 V.
De nuldraad of de nulleider is de draad die meestal elektrisch gekoppeld is met de aarde, hij wordt daarom ook wel de neutrale geleider genoemd. Omdat de nuldraad elektriciteit terugleidt staat deze onder spanning, het is daarom belangrijk dat je de draad niet aanraakt, tenzij de stroom eraf is gehaald natuurlijk.
De spanning tussen de fasen is 220 à 230 volt. De spanning tussen de fase en de aarde is 127 à 133 volt. Om het stroomverbruik te kunnen meten op een dergelijk net, wordt vaak de Aronschakeling (2 wattmetermethode) gebruikt.
Samen zorgen de nuldraad en de fasedraad voor het transport van stroom naar elektrische apparaten en van elektrische apparaten. Hierdoor kan het, zelf wanneer de nuldraad is geaard, voorkomen dat de nuldraad bij een grote belasting toch spanning voert. De nuldraad mag daarom niet worden aangeraakt.
De nulleider voert dus voor 100% van de tijd stroom. Deze stroom is dus 3x zo groot als de stroom door elk van de fasedraden. Zou de stroom door de fasedraden elk 16A zijn (voordat de zekering aanspreekt), dan is dus de stroom door de nulleider in dat geval 48A.
Maar wat is de functie van de nulleider? De nulleider is verbonden met elektrische apparaten en zorgt voor de afvoer van spanning. Dit gebeurt in combinatie met de fasedraad. Let op: net als fasedraad, mag ook nuldraad niet aangeraakt worden omdat hier spanning op kan staan.
Bij een elektrische schok trekken zijn spieren namelijk heel sterk samen en kunnen ze scheuren. Als een spier heel erg krachtig samentrekt, kunnen er zelfs botbreuken optreden. Je kind kan door een elektrische schok ook brandwonden oplopen op de zogenaamde contactplekken.
De kleurcodering van de draden voor netspanning zijn: blauw = nul, bruin = fase, geel/groen = aarde. Daarnaast is er nog zwart, dat is een geschakelde fase-draad (kan dus wel of geen fase bevatten).
Tegenwoordig is de spanning tussen fase en nul ongeveer 230 volt, maar tot in de jaren zestig van de twintigste eeuw kwam in een aantal Nederlandse steden 127 volt voor.
Laagspanning is de veel gebruikte spanning van 230V en 400V. Denk aan het stopcontact, een schakelaar, de aansluiting van een lamp etc. lichaam die direct dodelijk kan zijn. ernstige brandwonden kan zorgen.
Een zwevende NUL houd in dat de nul van je schakeling losgenomen word van het net. Hierdoor word het nulpunt afhankelijk van de belastings symmetrie in je schakeling. De kleinste verbruiker krijgt dan de hoogste spanning tussen de fase en de nul.
Tussen de fase en de nul heb je 230V en tussen de fases zelf heb je 400V... De meeste krachtstroom motoren werken op 400V dus dan heb je die nul niet nodig.
Bij gebruik van de 3 fasen tegelijk bij een verbruiker, is er voorschrift dat de installatie, machine enz. de 3 fases gelijkelijk moet belasten, dan is er in principe geen nul nodig. Aangezien deze voorwaarde ook geldt voor hoogspanning, tussenspanning en middenspanning, is daar dan ook geen nul aanwezig.
Een blauw stroomdraad noemt men ook wel de nuldraad. Een andere benaming voor de stroomdraad is mindraad. Waar op een bruin stroomdraad altijd spanning staat, geldt voor een nuldraad het tegenovergestelde: op deze stroomkabel staat geen spanning. De blauwe stroomdraad zorgt voor de afvoer van stroom uit uw woning.
In Nederland staat er 230 Volt op het stopcontact. Daar de stroomsterkte hier 16 Ampère is, betekent dit dat er een vermogen van 3680 Watt geleverd kan worden.
China krijgt 's werelds langste ultrahoogspanningslijn van 1100 kilovolt. State Grid, het door de Chinese staat beheerde en tegelijk 's werelds grootste elektriciteitsbedrijf, is onlangs begonnen met een gelijkstroomproject waarbij de spanning van de gelijkstroom 1100 kilovolt bedraagt.
Er zijn eigenlijk maar twee grote soorten elektrische systemen in de wereld, weliswaar met diverse aansluitingen: 110-120 Volt, aan een frequentie van 60 Hertz (grofweg: Noord- en Centraal-Amerika, West-Japan) 220-240 Volt, aan een frequentie van 50 Hertz (grofweg: de rest van de wereld, uitzonderingen daargelaten)
Spanning kan zonder stroom, stroom kan niet zonder spanning. Dat is logisch. Als de kraan dicht zit verplaatst het water in de leiding zich niet terwijl er wel druk op staat. Andersom kan stroming niet zonder druk.
De nul 'hoort' spanningsloos te zijn ten op zichte van de aarde. Maar bij belasting valt er wel enige spanning over de weerstand van de draad, waardoor er t.o.v. de aarde een kleine spanning op kan staan.
Bruine stroomdraad
Een fasedraad heet ook wel ''L'' is aangesloten op een 1 fase groepenkast. Mocht je beschikken over een 3 fase groepenkast dan kan een fasedraad ''L'' ook wel aangeduid zijn met L1 en L2 omdat je hier meerdere fasedraden gebruikt.