In de maanden mei en juni kunt u de campanula zaden uitzaaien op een zaaibed in de tuin. Rond september en oktober zijn de plantjes groot genoeg en kunnen ze worden uitgeplant op hun definitieve plek in de tuin. U kunt dan het jaar erop van juni tot augustus deze mooie plant in bloei zien staan.
Het zaaien van klokjes (Campanula medium) is heel simpel: je strooit de zaadjes uit in de tuin op een stukje geschoffelde grond. In een pot is ook goed mogelijk, het klokje is sterk genoeg om het ook goed te doen in de beperkte omgeving van een bloempot of bloembak.
Vermeerderen. Campanula zaait zichzelf gemakkelijk uit als je een aantal bloemen laat zitten zodat de plant zaad kan maken. Wil je dat juist niet: op tijd weg knippen die verwelkende bloemen! Ook kan je campanula na een aantal jaar gemakkelijk vermeerderen door de plant te scheuren in een aantal delen.
Snoeien: uitgebloeide bloemen verwijderen
Wanneer de campanula is uitgebloeid adviseren we de uitgebloeide stelen niet af te knippen. Dit omdat ze later in het seizoen opnieuw kunnen uitlopen en je opnieuw kan genieten van de prachtige bloemen. Zijn de bloemen uitgebloeid? Knip dan de uitgebloeide bloemen af.
De campanula portenschlagiana is een sterke en rijkbloeiende bodembedekker. Niet alleen vriendelijk voor bijen, maar ook voor de tuinier. Hij doet het zonder veel verzorging prima in de volle grond, in potten en bakken, in hangmandjes en op muurtjes. Bijna alle campanula's die je in de winkel vindt zijn (licht) blauw.
De Campanula groeit snel en het handigste is het om de plant een plek te geven waar de stengels alle kanten op kunnen groeien. Het plantje zal dan al snel uitgroeien tot een mooie hangplant. Van oorsprong komt de Campanula uit bergachtige gebieden in Europa. Daar groeien ze vooral als hangplant over de rotsen heen.
Wilde bijen en de Campanula
Wie omringd wordt door konijnen doet er goed aan, de tuin met gaas te omheinen want dan red je het niet met gekortwiekte Campanula alleen, maar zullen ze zich doorlopend vol eten van jouw goedgevulde dis. Konijnen zouden niet van vingerhoedskruid houden?
Campanula is zacht en heerlijk voor de slakken.
Campanula Addenda® Ambelle@purple verzorgen
Daardoor kun je er nu in huis volop van genieten, hoewel het eigenlijk vaste (meerjarige) planten voor buiten zijn. Breng ze koel, maar ingepakt tegen vorst naar huis. In huis moet je ze op een lichte plek zetten of (in een hangpot) hangen, maar niet in de volle zon.
De Campanula (Klokjesbloem) is een prachtige bloeiende vaste plant. De meeste Campanula soorten zijn bodembedekkende vaste planten.
Campanula portenschlagiana is een laagblijvende bodembedekker en halfwintergroen. Deze tuinplant sterft in de winter bovengronds af en maakt in het voorjaar weer nieuwe uitlopers.
Zoals gezegd zijn het vaste planten die ook best wat vorst verdragen. Met onze winters hebben ze weinig moeite zolang de grond maar niet voortdurend erg nat blijft. Ze zijn overigens niet wintergroen. In de tuin moet je wel een beetje op de slakken letten, want die houden ook van deze planten.
De Campanula is zo'n prachtige plant dat deze niet alleen een aantrekkingskracht heeft op jou, maar soms ook op je huisdieren. Bij de Campanula zijn de officiële bronnen verdeeld over de conclusie of deze plant giftig is of niet. Dit lijkt voornamelijk afhankelijk van de variant van de Campanula.
Campanula portenschlagiana
Portenschlagiana heeft blauw-paarse, wijd openstaande klokjes van ongeveer 2 centimeter groot en bloeit van juni tot september. Campanula portenschlagiana kan tot 15 centimeter hoog worden. Je kan hem in groepen, als bodembedekker, maar ook in potten, kuipen of plantenbakken plaatsen.
Eenjarige stokrozen kun je het best half april of in mei zaaien. Op die manier heeft de plant nog genoeg tijd om te kunnen bloeien in juli en augustus. Tweejarige stokrozen kun je het best in mei, juni of juli (of eventueel nog begin augustus) zaaien.
De nabijheid van andere planten heeft ook een praktisch voordeel : de lange stelen van de klokjesbloem zijn niet zo stabiel en kunnen bij wind tegen de buren aanleunen.
Het voordeel van het opschrijven, in plaats van uitspreken, van plantennamen is dat de klemtoon niet meer uit maakt.
Plantafstand: ongeveer 30 tot 25 cm of 8 tot 10 planten per vierkante meter. Kunnen redelijk tegen droogte.
De Klokjesbloem stekken doen we in het voorjaar, zodra de plant begint uit te lopen. Dan heeft de plant de meeste energie en is de kans van slagen het grootst. Gebruik bij het stekken altijd een schone en scherpe schaar. Met een botte schaar kun je de moederplant (onnodig) beschadigen.
Knoflook extract
Een extract met knoflook is dodelijk voor de meeste slakken. Doodt het ze niet, dan reduceert het in elk geval hun eetlust, waardoor uw planten minder aangetast worden. Slakkeneitjes die ermee geraakt worden komen bovendien niet meer uit.
Voorbeelden van inheemse planten die slakken uit de weg gaan zijn: bosanemoon, wilde akelei, zulte, vingerhoedskruid, klimop, inheemse viooltjes, inheemse varens, ooievaarsbek en kruiden als tijm, bieslook en daslook.
Plaats planten die geen slakken aantrekken
In de moesten zijn ze gek op sla, courgette en sperziebonen. Sterk ruikende planten zijn ouderwetse planten als salie, tijm, Oost-Indische kers, goudsbloem, geranium, lavendel, vingerhoedskruid, viooltjes, varens en klimop. Slakken hebben hier een hekel aan.