Wie bepaalt of je arbeidsongeschikt bent? Belangrijk om te weten is dat je werkgever niet kan én mag bepalen of je wel of niet ziek bent. En of je dus (weer) moet komen werken. Jouw werkgever is namelijk geen arts.
Als u ziek bent, moet uw werkgever uw loon doorbetalen over een periode van maximaal 104 weken. De werkgever moet minimaal 70% van het laatstverdiende loon betalen en de eerste 52 weken ten minste het wettelijke minimumloon. Of de werkgever meer moet betalen, moet uit uw arbeidscontract of cao blijken.
De werkgever mag wel vragen naar noodzakelijke informatie rondom je ziekte. Bijvoorbeeld hoe lang je denkt dat je thuisblijft, of je enigszins in staat bent om thuis wat te werken, of er afspraken verzet moeten worden en hoe je te bereiken bent. Het is niet toegestaan om te vragen naar de aard en oorzaak van de ziekte.
Wanneer verplicht bedrijfsarts tot werken? Dat de bedrijfsarts verplicht tot werken komt nooit voor. Deze persoon heeft namelijk een adviserende rol. Hij of zij zal aan u als werkgever daarom aangeven of de werknemer wel of niet in staat is om te werken volgens de beoordeling.
Binnen acht weken na de ziekmelding moet je als werkgever, in overleg met je zieke werknemer, een Plan van Aanpak (PvA) maken voor zijn re-integratie. Iedere zes weken moet je als werkgever met je werknemer de voortgang bespreken. Je kunt ook een 'casemanager' kiezen die dit samen met jou of namens jou doet.
Je werkgever mag geen medische informatie van je vragen. Ook niet of je bij de huisarts bent geweest. Je werkgever mag wel vragen of je adequate behandeling hebt gezocht. En ook mag je werkgever vragen of de ziekte een gevolg is van een arbeidsongeval.
Als u ziek bent, moet u zich direct ziek melden bij uw werkgever. De regels voor ziekmelding staan in uw arbeidscontract, cao of bedrijfsreglement. U hoeft de werkgever niet te vertellen wat uw klachten zijn. Uw werkgever mag geen medische informatie van u vragen.
Het is absoluut onverstandig om aan te geven dat je écht niet meer wilt werken en/of terugkeren of dat je weigert om mee te werken aan het re-integratieplan dat de bedrijfsarts voor je heeft opgesteld. Als je je niet kunt vinden in dat plan, kun je aangeven wat je er niet prettig aan vindt.
Je mag volgens de wet een werknemer wel ontslaan tijdens zijn of haar ziekteperiode, maar niet omwille van die ziekte. Dat is een belangrijk juridisch verschil. Je mag namelijk niemand discrimineren vanwege zijn of haar gezondheidstoestand, waaronder ziekte dus valt.
De bedrijfsarts moet zich houden aan wettelijke privacyregels en mag geen medische informatie of andere privé-informatie van de werknemer aan jou verstrekken. De bedrijfsarts mag je wél informeren over de functionele beperkingen en mogelijkheden van de medewerker en de gevolgen daarvan voor zijn werk.
Psychisch verzuim is een vorm van ziekteverzuim. Een medewerker is dan niet in staat om te werken vanwege psychische klachten. Denk bijvoorbeeld aan overspannenheid, een burn-out, een depressie of een angststoornis. Het duurt vaak langer voor de werknemer helemaal is hersteld bij psychische klachten dan gemiddeld.
Dat zijn maximaal 2 dagen van je ziekte waarover je werkgever geen loon hoeft te betalen. Dat is in de wet geregeld en moet in je arbeidscontract of cao staan. Je werkgever mag hier niet van afwijken. Hoeveel en hoelang je doorbetaald krijgt, hangt af van je contract en hoe lang je ziek bent.
Veel bedrijven hebben in hun contract opgenomen wat geoorloofd is qua ziekteverzuim. Bedrijfsarts Jerry Mahadewsing zegt dat de regels verschillen per organisatie. "De meeste organisaties vinden drie keer verzuim per jaar geoorloofd." Als dat hoger is, volgt vaak een gesprek.
Regelmatig onevenredig hoog ziekteverzuim
Wanneer een werknemer regelmatig ziek is bestaat de mogelijkheid dat een werkgever deze werknemer wil ontslaan. Hiervoor is meer vereist dan dat de werknemer zich vaak ziek meldt. De mate van het ziekteverzuim moet regelmatig en onevenredig hoog te zijn.
En langdurig verzuim kent alleen maar verliezers. Het gaat ten koste van je inkomen, de relatie met je werkgever, het contact met je collega's en je dagritme. Daarnaast kost het je werkgever veel geld en moet hij vervanging voor je regelen.
U heeft minstens 1 keer in de 6 weken een gesprek met uw werkgever. Samen kijken jullie of het u lukt om het plan te volgen. Als dat niet lukt, kijken jullie waardoor dat komt. U en uw werkgever vertellen de bedrijfsarts steeds hoe het werken gaat.
Zowel werkgever als werknemer hebben een probleem als zij bij burn-out willen komen tot een ontslag. Zolang de werknemer ziek is, geldt het wettelijk opzegverbod (art. 7:670 lid 1 BW). Als een werknemer toch meewerkt aan zijn ontslag of tijdens burn-out zelf ontslag neemt, loopt hij zijn rechten op een uitkering mis.
Je mag dus tijdens een periode van ziekte in principe wel degelijk elders werken (zo bijvoorbeeld als je een bij-activiteit hebt tijdens de weekends), aan sport doen of werken aan je huis of het huishouden doen. Je werkgever kan je dat niet verhinderen.
Het medisch ontslag is een recht. Dit wil zeggen dat je werkgever het niet kan weigeren. Er is wel een procedure medisch ontslag die je dient te volgen.
En misschien dat we dan meteen ook het tweede grote misverstand kunnen tackelen: een burn-out kan je niet faken. Een getrainde professional prikt daar meteen doorheen en iemand met een burn-out wil dat ook helemaal niet faken, want wil niks liever als zijn werk gewoon blijven doen.
Het uitgangspunt is dat een werkgever alleen datgene mag vragen en registeren wat zij noodzakelijkerwijs zou moeten weten om te bepalen hoe het verder moet met de werkzaamheden van de werknemer, en een werkgever mag informatie hebben om te beoordelen of zij loon moet doorbetalen aan de werknemer.
Concrete informatie die u mag vragen en registreren
Het telefoonnummer waarop uw werknemer te bereiken is en het (verpleeg)adres. Hoe lang uw werknemer denkt dat de ziekte gaat duren. Wat zijn/haar lopende werkzaamheden en afspraken zijn. Of de ziekte van de werknemer verband houdt met een arbeidsongeval.
Het wettelijk uitgangspunt is dat een werknemer in beginsel zelf bepaalt wanneer en of er sprake is van ziekte en van herstel. Bij twijfel vanuit de werkgever is het oordeel van de bedrijfsarts leidend. Indien nodig kan er ook nog een deskundigoordeel bij het UWV aangevraagd worden.