Je kunt al weken van tevoren 2-3 cm ontsluiting hebben zonder dat je echt weeën hebt, vaak heb je wel last gehad van voorweeën.
Je voelt ze als een pijnlijke kramp door je hele bekkengebied. De een voelt ze meer in de buik, de ander in de rug. Sommige vrouwen voelen ze (ook) in hun benen. De weeën worden krachtiger en pijnlijker naarmate de ontsluiting vordert.
De verloskundige of gynaecoloog brengt haar vingers in je vagina en voelt aan je baarmoedermond. Dit wordt toucheren genoemd. Past er één vinger tussen, dan heb je één centimeter ontsluiting, met twee vingers zit je op drie centimeter ontsluiting, kan ze een V maken, dan is het vier centimeter, en zo verder.
Oorzaken van het niet vorderen van de ontsluiting:
onvoldoende weeënactiviteit. De weeën zijn niet sterk genoeg, of komen niet vaak genoeg; het voorliggende deel (hoofdje of stuit) drukken niet goed om de ontsluitingsring (bijvoorbeeld bij niet ingedaald hoofd) wanverhouding tussen het hoofdje en het bekken.
Ontsluiting bij tweede kind
Bij een tweede kindje kun je al een paar centimeter ontsluiting hebben voordat de bevalling überhaupt begonnen is. Het is vrij normaal dat je bij een tweede, door de voorweeën, al een week of wat rondloopt met bijvoorbeeld 2-3 centimeter ontsluiting.
In geval van een thuisbevalling bellen we bij 5-6 centimeter ontsluiting de kraamverzorgster die ons komt ondersteunen bij de bevalling. Ga je poliklinisch bevallen dan gaan we bij 5-6 centimeter ontsluiting richting het ziekenhuis. De eerste vijf centimeter zijn voor de meeste vrouwen goed te doen.
Een verticale houding (lopen, staan, zitten) en het wisselen van houding helpt mee om de ontsluiting sneller te laten verlopen. Dit komt omdat bij een verticale houding het hoofdje van de baby optimaal op de baarmoedermond drukt. Het is soms even zoeken naar een goede houding.
Vaak kun je tijdens de latente fase ook nog gewoon doorgaan met wat je aan het doen was en hoef je je nog niet op de pijn te concentreren. Naarmate je 2 cm ontsluiting hebt, zullen de weeën steeds regelmatiger worden en zo'n 45 seconden duren. Bij 3 cm worden de weeën steeds krachtiger, pijnlijker en gaan langer duren.
Al dagen tot weken voor je bevalling kun je beginnen met “rommelen”. Hiermee bedoelen wij dat je regelmatig harde buiken hebt die soms ook echt wel een beetje pijn kunnen doen. Met deze harde buiken is je lichaam zich aan het voorbereiden op de bevalling.
De weeën beginnen en zijn regelmatig
Je kunt het vergelijken met menstruatiepijn of lage rugpijn. Na verloop van tijd komen die krampen regelmatig terug en worden ze ook krachtiger. Echte weeën zijn overduidelijk te herkennen. Je kunt ook misselijk zijn tijdens weeën.
Wanneer je kindje indaalt, zul je wel weer wat vrijer kunnen ademhalen. Dit komt omdat je baarmoeder wat lager komt te liggen. Andere signalen die aanduiden dat de bevalling eraan zit te komen zijn een meer slijmerige afscheiding, vermengd met wat bloed. Dit komt door de verandering aan de baarmoedermond (de cervix).
Deze fase van bevallen begint al tijdens de laatste weken van je zwangerschap en eindigt dan ook als de actieve fase van de bevalling begint. Dit kun je merken doordat je krampen in je onderbuik voelt, maar soms merk je er niets van. Normaal gesproken is de baarmoedermond een stug tuutje en staat deze wat naar achter.
Wanneer begint de bevalling? Het is niet te voorspellen wanneer en hoe een bevalling begint. Het is mogelijk dat je een aantal dagen voordat de bevalling zich aankondigt, al last hebt van onregelmatige samentrekkingen van de baarmoeder. Dit zijn de zogenaamde oefenweeën.
De eerste uren van de bevalling beweegt de baby vaak tussen de weeën door. Dit kan pijnlijk zijn. Het bewegen van het kindje maakt het je soms moeilijk om te ontspannen. Warme handen op de buik maken het kindje rustig.
In deze fase wordt de baarmoedermond weker en korter (verweken en verstrijken) en zal zich iets gaan openen. De duur van deze fase kan zeer variëren. Gemiddeld duurt deze fase acht tot twaalf uur bij een eerste bevalling.
Tijdens de bevalling maakt jouw lichaam een stofje aan wat je de nodige hulp en energie geeft om een bevalling te “klaren”. Ook kort na de bevalling merk je daar nog het e.e.a. van. Je merkt vaak dat je over je hele lichaam begint te trillen, vooral je bovenbenen lijken niet te stoppen. Je kan ook gaan braken.
De baarmoederhals wordt week, er ontstaat soms al wat ontsluiting waardoor je je slijmprop kunt verliezen,die in de baarmoederhals zit. Ben je zwanger van je tweede of derde kindje, dan kan dit gerommel zomaar voor 3 cm ontsluiting zorgen.
Als de weeën beginnen is het tijdsinterval tussen twee weeën ongeveer 10-30 minuten en duurt elke wee ongeveer 40-60 seconden. De samentrekkingen van de baarmoeder komen gedurende de bevalling met steeds kortere intervallen en worden sterker, langer en pijnlijker. Dit wordt de ontsluitingsfase genoemd.
Bovendien gaat de baarmoedermond zich openen: je krijgt tot 2-3 centimeter ontsluiting. Tijdens deze fase is het vooral een kwestie van afwachten en kun je soms het beste wat afleiding proberen te zoeken: zet een film op of probeer bijvoorbeeld nog wat te strijken.
Als je pijnstilling tijdens je bevalling wilt en de verloskundige of gynaecoloog verwacht dat het nog een paar uur duurt voordat je gaat persen, kan een ruggenprik een goede pijnbestrijder zijn. Meestal is het te laat om nog een ruggenprik te krijgen na 7 à 8 centimeter ontsluiting.
Wanneer dit gebeurt, betekent dit meestal dat er 2-3 cm ontsluiting is. Het is de bedoeling dat de arts of klinisch verloskundige dan de volgende morgen inwendig onderzoek doet en bepaalt of uw baarmoedermond al rijp genoeg is om de vliezen te breken en de bevalling verder op gang te brengen.
Het helpt om de wee rustig weg te zuchten. Door op je ademhaling te concentreren ontspan je je bekkenbodem waardoor de ontsluiting makkelijker toeneemt. Doordat je je focust op de ademhaling kan je de wee ook beter opvangen. Probeer tijdens de ontsluitingsperiode regelmatig van houding te veranderen.
Als je lichaam klaar is voor de weeën, kan een orgasme de bevalling opwekken (eerder in de zwangerschap hoef je daar niet bang voor te zijn). Ook zoenen, knuffelen en het strelen of masseren van je tepels kan helpen. In sperma zit het hormoon prostaglandine, dat zorgt voor het verweken van de baarmoedermond.
Bevalling opwekken door te bewegen
Probeer bijvoorbeeld iedere dag een stukje te wandelen. Ook oefeningen als draaien met je heupen en een paar squats zijn een idee. Zo creëer je meer ruimte in je bekken en kan de zwaartekracht meehelpen.
De weeën blijven onregelmatig totdat je ongeveer 4 centimeter ontsluiting hebt. Ze zijn dan meestal nog niet heel erg pijnlijk. Na deze 4 centimeter ontsluiting worden de weeën vaak een stuk sterker en komen dan ook een stuk sneller achter elkaar. Je komt dan in de actieve fase.