Ja hoor eet ze gerust, maar snij de uitlopers wel ruim uit. Op plaatsen waar uitlopers groeien, zit namelijk de natuurlijke gifstof solanine. Deze stof breekt niet af tijdens koken. Je kunt er allerlei klachten van krijgen, zoals buikpijn, diarree of koorts.
Uitlopers ontstaan wanneer je een aardappel te lang of te warm bewaart. Als je aardappel uitlopers heeft, hoef je die niet meteen weg te gooien. Het is voldoende om ze te verwijderen en de ogen rond de uitlopers weg te snijden. Die bevatten namelijk solanine, een toxische stof die ook bij het koken niet verdwijnt.
Hoe weet ik of een product niet meer goed is? De aardappelen zijn beschimmeld, uitgedroogd of verrot. Bederf herken je snel door goed te kijken, ruiken of proeven.
Kun je die gekiemde aardappels eten? Gelukkig kun je uitgelopen aardappels nog gewoon eten, dus weggooien is niet nodig. Ze zijn als ze gekiemd zijn vaak wel wat taaier en bevatten minder vitamines. De solanine zit met name in de uitlopers, als je die ruim wegsnijdt is er niets aan de hand.
Deze ontstaan door verschillende oorzaken. De twee grootsten zijn het opslaan op een te warme plek en het te lang bewaren van de aardappel. Om te voorkomen dat uw aardappel scheuten krijgt luidt ons advies om de aardappelen altijd op een koele en donkere plek te bewaren, zoals een schuur of kelder.
Wanneer u de aardappelen namelijk bewaart in de koelkast gaat de kwaliteit razendsnel achteruit. Door de kou wordt het zetmeel in de aardappelen omgezet in suikers. Ook kunnen aardappelen niet goed tegen het vocht in een koelkast. Daar kunnen ze van gaan rotten.
Aardappels bereiden & bewaren. Ongeschild blijven aardappelen op een koele (8-10°), donkere plek 2-3 weken goed. Bewaar de aardappels in een papieren zak, een doos of een mandje: in een plastic zak ontkiemen of schimmelen ze eerder. De kwaliteit van aardappels neemt wel af naarmate je ze langer bewaart.
Solanine en tomatine geeft een bittere smaak en een wat brandend gevoel in de mond. In grote hoeveelheden zijn solanine en tomatine giftig voor mensen. Ze kunnen misselijkheid, overgeven, buikkramp en diarree veroorzaken. In ernstige gevallen kunnen bewustzijnsverlies, ademhalings- of hartproblemen ontstaan.
In de schil van de pieper zitten namelijk veel vezels. Als u de aardappel met schil eet, vergroot dit uw inname van voedingsvezels. De schil zorgt ervoor dat oplosbare vitamines niet in water oplossen tijdens het koken. Deze blijven in de knol.
Groene delen van de aardappel bevatten een giftige stof: solanine. Dat kun je beter niet eten. Wat moet je doen met een groene aardappel? Bij een aardappel met groene schil of met groene uitlopers verwijder je simpelweg de groene delen.
Een bedorven aardappel ruikt zuur en muf.
Bewaaradvies. Bewaar aardappels wel in de koelkast, tenzij er frites van gemaakt worden. Zoek hiervoor en voor te grote verpakkingen een koele donkere plek. Koelverse verpakte aardappelen hebben een houdbaarheid van ongeveer een week.
Ja, groene, bruine en beurse plekken en uitlopers moet je goed wegsnijden uit aardappels. In de uitlopers van oudere aardappelen en in de schil van onrijpe aardappelen kan namelijk de stof solanine voorkomen. In grote hoeveelheden is deze stof giftig voor de mens.
Ongekookte, geschilde aardappelen kan je, ondergedompeld in water, tot 2 dagen bewaren in de koelkast. Opgelet, de kwaliteit van de aardappelen gaat op deze manier wel snel achteruit. Kook ze eerder mee en bewaar je restje nadien in de koelkast.
De vitaminen in aardappelen zijn gevoelig voor warmte, lucht, licht en water. Aardappelen bewaren doe je daarom best op een koele (tussen 2 en 10 °C), donkere, droge en goed verluchte plaats (bv. kelder (kast)) in een geperforeerde papieren zak, een net of een open mand. Schud ze af en toe om.
Tot deze familie behoren de aardappel, nachtschade en tomaat. In deze planten komt de gifstof solanine voor. Dit is een glycoalkaloïde dat bij koken in glucose en saponine uiteenvalt. Bij nachtschade bevatten de zwarte bessen solanine.
Aardappelen bevatten minder calorieën
Vergeleken met eenzelfde portie gekookte aardappelen leveren gekookte deegwaren en rijst meer calorieën, minder kalium en geen vitamine C.
Bij het bakken of frituren van aardappels wordt vet gebruikt. Dit vet wordt deels door de aardappels opgenomen en vervolgens geconsumeerd. Hiermee bevatten gebakken of gefrituurde aardappels vet, en leveren ze per portie meer calorieën dan gekookte of gepofte aardappels waarbij geen vet wordt toegevoegd.
Eet aardappelen alleen in de schil als ze vers en onbeschadigd zijn. Gebruik eventueel een schubhandschoen om de schil van de aardappelen schoon te maken. Of kook de aardappelen in de schil, laat ze dan even 'schrikken' in ijskoud water als ze gekookt zijn. De schil gaat er dan gemakkelijker af.
Bewaar je aardappelen te warm (>8°C), dan lopen ze uit. De uitlopers (wortels) en 'pitten' zijn niet gezond, ze bevatten solanine, een voor sommige mensen licht giftige stof die in grote hoeveelheden buikklachten, depressies en slapeloosheid kan veroorzaken.
Het remmende effect van alkaloïden uit aardappels op het enzym acetylcholine-esterase kunnen de volgende symptomen tot gevolg hebben: Zweten. Overgeven. Diarree.
De groene kleur is een aanwijzing dat er verhoogde hoeveelheden van de glycoalkaloïden solanine en chaconine aanwezig zijn. Groengekleurde delen van de aardappel zijn daarom niet meer geschikt voor consumptie. Vermijd dat aardappelen groen worden en bewaar ze in een koele donkere plaats.
Kun je gekookte aardappelen opnieuw opwarmen? Ja! Aardappelen zijn een van die voedingsmiddelen die blijven koken nadat ze van de warmtebron zijn gehaald. De beste manier om ze opnieuw op te warmen is ze in een microgolfoven te plaatsen en ze te verwarmen op 50% vermogen tot ze door en door gaar zijn.
Het kan maar ideaal is het zeker niet. De aardappel verliest veel van zijn smaak en neemt veel vocht op dat ijs vormt in de vriezer. Bij het ontdooien gaat de aardappel dat vocht vrijlaten en dus weer redelijk wat smaak erbij. Wanneer je het toch doet, zorg er dan voor dat ze heel goed luchtledig verpakt zijn.
Eieren in de koelkast: langer vers
De koude temperatuur remt ook de groei van bacteriën. Ziekmakers zoals salmonella krijgen zo minder kans. Eieren bewaar je daarom het beste in de koelkast op 4 °C. Als je ze in het doosje bewaart, drogen ze niet uit en blijven ze langer goed.