Euthanasie mag alleen als de patiënt dit zelf wil. De patiënt moet zelf om euthanasie vragen. Of een document hebben waarin de euthanasiewens duidelijk staat opgeschreven. Ook moet de vraag en de situatie van de patiënt voldoen aan de 6 eisen van de euthanasiewet.
De NVVE komt in actie om euthanasie via de Levenseindekliniek door de zorgverzekeraars vergoed te krijgen. Nu vergoedt alleen nog Menzis die kosten, gemiddeld zo'n 2500 euro per patiënt. De andere verzekeraars weigeren.
Mensen hoeven niet bang te zijn dat hun naaste pijn lijdt. Er kan soms een korte pijnsensatie optreden bij het inspuiten van de thiopental, dat valt ondanks een verdovend middel niet geheel uit te sluiten.
Een zachte dood: euthanasie bij ondraaglijk en uitzichtloos psychisch lijden.
De patiënt verliest heel snel het bewustzijn (binnen 30 seconden is niet ongebruikelijk) door het slaapmiddel en houdt soms zelfs al op met ademen. Als de spierverslapper gegeven wordt is de patiënt meestal na een aantal minuten overleden.
De euthanasiewet bepaalt dat de arts die euthanasie overweegt bij een psychiatrische patiënt, zeker moet zijn dat de patiënt zich in een medisch uitzichtloze toestand van aanhoudend en ondraaglijk psychisch lijden bevindt.
De wet stelt nadrukkelijk dat alleen de patiënt zelf om euthanasie kan verzoeken. Familieleden kunnen dus niet om euthanasie vragen, bijvoorbeeld voor een terminaal familielid dat niet meer bij bewustzijn is. De patiënt moet op het moment van zijn verzoek wilsbekwaam zijn.
Euthanasie wordt door verzekeraars niet gezien als zelfmoord. Sluit je een overlijdensrisicoverzekering af en pleeg je in de eerste twee jaar euthanasie? Dan keren de meeste verzekeraars een geldbedrag uit. De verzekeraars eisen dan wel dat de euthanasie volgens de regels van de Euthanasiewet is gepleegd.
Kostprijs: € 225, excl. verplaatsingskosten, betaling na de LOK-training aan de Federatie Palliatieve Zorg Vlaanderen vzw of aan LEIF Antwerpen.
Er zijn twee vormen voor een vrijwillig levenseinde: Bij euthanasie dient de arts de dodelijke middelen (euthanatica) toe aan de patiënt. Hulp bij zelfdoding houdt in dat de arts de euthanatica aanreikt aan de patiënt, die deze zelf inneemt.
Bij euthanasie dient u de euthanatica intraveneus toe. Eerst wordt een coma geïnduceerd. Aansluitend, nadat u heeft vastgesteld dat er sprake is van een medicamenteus geïnduceerd coma, dient u een spierrelaxans toe. Hierdoor treedt een verlamming op van alle dwarsgestreepte spieren, met uitzondering van het hart.
Conclusie. Bij de uitvoering van euthanasie en hulp bij zelfdoding kunnen zich problemen voordoen. Artsen die besluiten om hulp bij zelfdoding te verlenen of euthanasie uit te voeren, moeten hierop voorbereid zijn.
Ondraaglijkheid van het lijden
Het gaat om de beleving van de individuele patiënt, in het licht van zijn levens- en ziektegeschiedenis, persoonlijkheid, normen en waarden en (fysieke en psychische) draagkracht. Het is dan ook belangrijk om bij het beoordelen van het lijden de 'biografie' van de patiënt te betrekken.
U kunt in de wilsverklaring één of meer vertrouwenspersonen aanwijzen die, als het zover is, de behandelende arts op de hoogte brengen van de wil van de patiënt. De wilsverklaring moet worden gedateerd en ondertekend door de opsteller, de getuigen en de eventuele vertrouwenspersonen.
Verschil euthanasie en hulp bij zelfdoding
Bij euthanasie geeft een arts de patiënt een dodelijk medicijn. Bij hulp bij zelfdoding geeft de arts een dodelijk medicijn aan de patiënt. Maar de patiënt neemt deze zelf in.
Indien alle wettelijke vereisten zijn vervuld en de wettelijke procedure gevolgd wordt, dan kan de familie de euthanasie niet weigeren. Wanneer familie en naasten achter de euthanasie staan, is dat uiteraard het beste, maar wettelijk gezien is hun goedkeuring niet noodzakelijk.
Het staat elke arts vrij om een euthanasieverzoek te weigeren. Als patiënt moet je dan een andere arts raadplegen. Deontologisch gezien moet een arts die uit gewetensbezwaren een behandeling weigert de patiënt doorverwijzen naar een andere arts of een andere zorginstelling.
In het geval van psychisch lijden moet er minstens een maand zitten tussen de eerste vraag en de uitvoering van de euthanasie. Er moeten naast de arts die de euthanasie uitvoert ook twee andere onafhankelijke artsen hun advies geven, onder wie een psychiater. Dat advies is niet-bindend.
Bij psychiatrische problematiek gaat het om aandoeningen die het dagelijkse leven van mensen verstoren (vandaar het woord psychische stoornissen) en waarbij het nodig kan zijn om behandelingen te ondergaan, soms in combinatie met medicijnen.
Mensen die depressief zijn, zijn langdurige tijd somber en hebben vrijwel nergens zin in. Ze verliezen vaak interesse in de dingen om zich heen en kunnen niet echt meer genieten. Men spreekt van een depressie als de gevoelens van neerslachtigheid minstens twee weken duren. Hierbij hoort ook een gebrek aan motivatie.
Het bloed trekt weg, de huid wordt vaalbleek en slap. Omdat het hart het bloed niet meer rond pompt, zakt het bloed naar de laagst gelegen lichaamsdelen, de billen en de rug. Op sommige plekken waar het bloed zich verzamelt, ontstaan paarse lijkvlekken (livor mortis). Medicijnen kunnen die verkleuring versnellen.
Inductie van coma met daarop volgend overlijden gebeurt door inname van 15 gram barbituraat in 100 ml mixtura nontherapeutica. U als arts bent de enige die het drankje mag overhandigen.