Afasie is een taalstoornis die ontstaat door niet-aangeboren hersenletsel(NAH). Mensen met afasie kunnen moeite hebben met praten, lezen, schrijven en begrijpen.
Bij afasie kan de patiënt minder goed praten, gesproken of geschreven taal minder goed begrijpen en moeite hebben met lezen en schrijven. Communiceren met zijn of haar omgeving kan hierdoor lastig zijn. Hoe ernstig de afasie is, hangt af van verschillende dingen: de plaats van de hersenbeschadiging.
Mensen met afasie ervaren problemen met taal in alle modaliteiten: spreken, begrijpen, lezen en schrijven.
Maak oogcontact en let goed op non-verbale signalen (mimiek, intonatie, gebaren). Maak duidelijk waar het gesprek over gaat. Gebruik eventueel een tekening, afbeeldingen of foto's om het onderwerp te verduidelijken. Spreek rustig en in korte zinnen, benadruk de belangrijkste woorden uit een zin.
Bijna altijd is er in de eerste 3 maanden na het ontstaan van afasie enig spontaan herstel van de taal. Zelden of nooit is dat herstel volledig. Toch is er met veel oefenen, telkens weer proberen en volhouden vaak verbetering te verkrijgen. Degene die kan helpen met het oefenen van de taal is de logopedist.
Dementie en moeite met praten en begrijpen van taal
Dementerende mensen maken kortere zinnen en vreemde zinsconstructies. Het is steeds moeilijker dingen onder woorden te brengen of te begrijpen wat anderen zeggen. Dan is er sprake van een taalstoornis, ook wel afasie genoemd.
Afasie wordt veroorzaakt door een hersenbeschadiging. Het hersenletsel ontstaat plotseling, bijvoorbeeld door een beroerte of een trauma. Vaak is verbetering mogelijk. PPA ontstaat geleidelijk, en wordt steeds erger.
De oorzaken en risicofactoren van primair progressieve afasie zijn niet bekend. Het kan zijn dat er sprake is van een erfelijke vorm. De erfelijkheid van deze ziekte kan getest worden. Via het Alzheimercentrum kunt u in contact gebracht worden met de klinische genetica die u begeleidt in dit traject.
Afasie kan blijvend zijn, maar ook tijdelijk. De hersenen zijn gedeeltelijk in staat zich aan te passen aan veranderingen na een beroerte, maar de mate waarin een taalfunctie herstelt is verschillend. Als er geen verder herstel meer mogelijk is richt de therapie zich op het leren omgaan met de veranderingen.
Door afasie krijg je problemen met taal. Zoals moeite met lezen, schrijven, spreken, en begrijpen wat iemand zegt. Dit maakt het lastig om bijvoorbeeld te begrijpen wat ze op tv zeggen, of wat er in de krant staat. Zo kun je regelmatig moeite hebben met het vinden van het juiste woord.
Maar dat je mond ook dingen doet als je niet praat, is minder geweten. En dat hierbij ook dingen fout kunnen gaan, is al helemaal onbekend. Zo kun je bijvoorbeeld dag en nacht door je mond ademen in plaats van door je neus. Hierdoor kunnen je tanden verkeerd groeien en kan je gezicht uitdrukkingsloos worden.
De behandeling is gericht op de individuele problematiek. Er worden oefeningen gedaan om het begrijpen, spreken, lezen en schrijven te verbeteren. Ook wordt de patiënt en zijn directe omgeving geleerd hoe zij op een andere manier met elkaar kunnen communiceren. Het kan zijn dat een communicatiehulpmiddel zinvol is.
Vaak is dit het gevolg van een neurologische aandoening, bijvoorbeeld een beroerte, Multiple Sclerose of de ziekte van Parkinson. Ook overmatige spanning, zoals in een drukke periode met veel zorgen of stress, kan voor problemen zorgen.
Maar terwijl de klassieke vormen van afasie gekarakteriseerd worden door plotseling hersenletsel en taalverlies, is Primaire Progressieve Afasie toch echt een vorm van dementie, omdat de ziekte toenemende (progressieve) aantasting van de hersenen veroorzaakt.
Risicofactoren. Primair progressieve afasie treedt voornamelijk op boven de leeftijd van 45 jaar. Er zijn enkele genetische oorzaken van gekend (mutaties van progranuline, MAPT of C9orf72 maar de meeste vormen zijn sporadisch, d.i. niet-familiaal.
Klachten / symptomen afasie
Zoeken naar woorden / niet op woorden komen. Veel pauzes tijdens spreken of vaker 'uh' zeggen. Klanken of delen van woorden verwisselen. Een woord kan ook vervangen worden door een niet bestaand woord, bv.
Wel kan het zo zijn dat de patiënt met afasie door het hersenletsel ook een spraakstoornis heeft. Dat heet een dysartrie. Veel mensen ondervinden tijdens hun vakantie in het buitenland de frustratie van het niet goed kunnen duidelijk maken wat ze bedoelen, of het niet goed begrijpen wat de ander zegt.
Personen met een afasie van Broca: spreken niet vloeiend: - Het spreken kost hen veel moeite en er zijn veel pauzes. - De zinsbouw is sterk vereenvoudigd en sommige personen spreken in zinnen van één à twee woorden (telegramstijl).
Gevolgen. Afasie geeft problemen in de communicatie doordat een gesprek voeren niet goed meer lukt, er kunnen misverstanden ontstaan omdat de persoon met afasie niet goed begrijpt wat er tegen hem/haar gezegd wordt. Men kan de krant niet meer lezen, of men heeft problemen om een e-mail te schrijven.
Veel behandelaars denken dat taalproblemen verminderen tot drie maanden na een beroerte, maar dat is niet zo. Pas na zes maanden is er geen duidelijke vooruitgang meer in de taalvaardigheid. In de eerste zes weken herstellen woordbegrip en zinsopbouw en in de eerste drie maanden kan de woordklank verbeteren.
Meestal blijft het tot in een gevorderd stadium van de aandoening goed mogelijk om zelfstandig te functioneren. Uiteindelijk zal er vaak wel hulp nodig zijn bij de zelfverzorging.
Wanneer iemand niet-aangeboren hersenletsel heeft, kan er sprake zijn van communicatieproblemen die niet door het taalsysteem verklaard kunnen worden. Er is dan géén sprake van een afasie. Deze communicatieproblemen worden dan cognitieve communicatieproblemen genoemd.