Juridisch gezien hebben zowel de biologische vader als de juridische vader (na erkenning) recht op omgang met het kind. Ook als je als biologische vader het kind niet hebt erkend heb je recht op omgang. Dit is wettelijk vastgelegd. De omgang van de ouders met het kind wordt doorgaans vastgelegd in een ouderschapsplan.
In artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens staat het begrip family life omschreven. Het houdt in dat iedereen die in een nauwe betrekking staat tot het kind, recht heeft op omgang. Dit geldt dus ook voor de biologische vader, zelfs als erkenning niet heeft plaatsgevonden.
Om als vader of partner het ouderlijk gezag te krijgen, moet u samen een verzoek doen bij de rechter. Dit kan pas als u juridisch ouder bent. Daarvoor moet u het kind erkennen.
Gezag andere ouder stoppen
De rechter stopt het gezamenlijk gezag alleen als het in het belang is van het kind. De rechter bepaalt ook wie van u het gezag dan krijgt. Heeft u meer kinderen, dan bepaalt de rechter voor ieder kind apart wie het ouderlijk gezag krijgt.
Nee, u kunt niet zelf afstand doen van het gezag over uw kind. Het is wel mogelijk om het ouderlijk gezag aan te passen naar eenhoofdig gezag van de andere ouder. De andere ouder heeft dan alleen het gezag. U kunt dit samen met de andere ouder vragen bij de rechter.
Recht op omgang met je kind is dus een wettelijk recht voor vaders. De wet geeft aan dat alleen in uitzonderlijke gevallen dit recht van vader op een omgangsregeling kan komen te vervallen. Moeder kan niet zomaar een omgangsregeling van vader weigeren en het kind weghouden bij vader.
U heeft als partner recht op 1 werkweek geboorteverlof als uw vrouw of partner is bevallen. Het maakt niet uit of u fulltime of parttime werkt. Geboorteverlof wordt ook wel kraamverlof, partnerverlof of vaderschapsverlof genoemd.
Het staat je vrij om co-ouderschap te weigeren, al ben je de vader of de moeder. Als je denkt dat co-ouderschap in jullie situatie niet geschikt is, dan is het altijd goed om dat uit te spreken. Het helpt als je met een ander voorstel komt waarvan je denkt iedereen tegemoet te komen.
Ouders kunnen u als voogd aanwijzen door registratie in het gezagsregister. Ouders kunnen in een testament bij de notaris laten vastleggen dat zij u aanwijzen als voogd. Na hun overlijden krijgt u dan als voogd het gezag over hun kind indien u daarmee instemt.
U moet hiervoor een verzoek tot verkrijgen van gezag indienen bij de rechtbank. De rechter zal het verzoek alleen bij hoge uitzondering inwilligen, als dat voor uw kind echt nodig is. Nadat het gezamenlijk gezag stopt, moet de andere ouder nog steeds meebetalen aan de opvoeding en verzorging van het kind.
Ontzetting uit het ouderlijk gezag
Als ouders zich verwijtbaar misdragen tegenover hun kind, kunnen zij uit het ouderlijk gezag ontzet worden. Het gezag over het kind wordt dan meestal overgedragen aan het Bureau Jeugdzorg. Dit bureau oefent dan de voogdij over het kind uit. Het kind gaat naar een pleeggezin of tehuis.
Alleen de moeder heeft het gezag. Wilt u samen het gezag uitoefenen? Dan moet u bij de rechtbank een verzoek tot gezamenlijk gezag indienen. Voorwaarde hierbij is dat u als vader of duomoeder het kind heeft erkend.
Een kind kan medewerking aan een DNA-test verlangen van zijn vermoedelijke biologische vader om het vaderschap definitief vast te kunnen stellen. Daaraan moet de vermoedelijke biologische vader in beginsel meewerken. Slechts onder uitzonderlijke omstandigheden kan daarvan worden afgeweken.
De erkenning van een kind door de biologische vader kunt u niet ongedaan maken. Is de erkenner niet de biologische vader van het kind? Dan kan de rechter de erkenning soms terugdraaien. De moeder, vader of het kind vraagt dan om vernietiging van de erkenning.
Veroordeelden voor misdrijven waarvoor voorlopige hechtenis is toegestaan moeten verplicht DNA afstaan. Het DNA wordt opgeslagen in een DNA-databank. Dat maakt het makkelijker om veelplegers (recidivisten) op te sporen en te veroordelen.
Een kind mag vanaf zijn 12e verjaardag dus niet zelf kiezen waar hij/zij gaat wonen of hoe vaak hij/zij naar de andere ouder gaat. Pas vanaf het moment dat een kind volwassen is, vanaf zijn/haar 18e verjaardag, mag een kind zelf keuzes maken.
Ouders met gezag zijn verplicht om bij te dragen in de zorg en opvoeding over hun kinderen. In veel gevallen is het zo dat de moeder het eenhoofdig gezag heeft. Geeft de moeder geen toestemming voor het gezamenlijk gezag, dan moet de vader het gezag aanvragen via de rechtbank. Dit verloopt via een advocaat.
Als ouder heb je het recht – én de plicht – om je kind op te voeden en te verzorgen. Jij beslist over de schoolkeuze en vertegenwoordigt je kind in het ziekenhuis en bij de politie. Kortom, je beoefent het ouderlijk gezag. Als moeder krijg je dit ouderlijke gezag bijna automatisch toegewezen.
Omvang omgangsregeling in de praktijk
Anders dan eens wordt gedacht, bestaat er in de praktijk in principe geen 'minimale omgangsregeling'. Dit komt omdat de omvang van de omgang afhangt van alle omstandigheden van het geval.
Co-ouderschap na een scheiding regelt u in een ouderschapsplan. Hierin spreekt u af dat u allebei evenveel voor de kinderen zorgt. Soms moet u dit plan naar de rechtbank sturen.
Kinderen van afwezige vaders zijn bijvoorbeeld vaak rationeel en helder. Ze hebben leiderschapskwaliteiten en zijn zich erg bewust dat anderen ondersteuning en goedkeuring nodig hebben, juist omdat ze het zelf niet kregen. Ze kunnen opkomen voor zichzelf en voor anderen. Ze houden vast aan hun verantwoordelijkheden.
Een veelvoorkomende omgangsregeling is dat de kinderen gedurende een weekend om de veertien dagen bij de 'niet-inwonende' ouder verblijven. Vaak zijn de kinderen dan ook gedurende de helft van de schoolvakanties bij deze ouder en worden de feestdagen eerlijk verdeeld.
Als de moeder weigert om mee te werken aan een DNA-onderzoek, kan de rechter desgevraagd bepalen dat de moeder medewerking moet verlenen en daar een dwangsom aan verbinden. Daarnaast kan de rechter uit de weigering om mee te werken aan een DNA-onderzoek de gevolgtrekkingen verbinden die hij gerade acht.