Een beenmergpunctie is een onderzoek waarbij de arts wat beenmerg uit het bot haalt. Een beenmergpunctie vindt altijd onder narcose plaats.
Beenmergpunctie onder een “roesje”
Het slaapmiddel kan als bijwerking tijdelijk geheugenverlies geven, hierdoor kunt u zich delen van het onderzoek achteraf niet meer herinneren.
De arts prikt in de bekkenkam. Daarna gaat de arts met de holle naald via de huid naar het bot. Dit voelt u wel, echt pijn doet het niet. Alleen als de arts het beenmerg uit het bot zuigt, voelt u kort een scherpe pijn.
Het moment van opzuigen geeft een aparte heftige korte pijnsensatie, deze kan uitstralen tot in de tenen. Hierbij neemt de arts met behulp van een naald een stukje bot weg. Dit gebeurt met een draaiende (borende) beweging en kan een drukkend gevoel geven.
Het beenmergonderzoek duurt ongeveer 15 minuten. Na het beenmergonderzoek moet u 30 minuten op uw rug blijven liggen.
De eerste symptomen (verschijnselen) van acute leukemie zijn vooral vermoeidheid en bloedarmoede. Ook kunt u vaker infecties hebben, blauwe plekken en slijmvliesbloedingen in mond en neus. Daarnaast ontstaan soms klachten als botpijnen, gezwollen tandvlees en klachten als gevolg van vergrote lymfklieren en milt.
Bij een beenmergpunctie wordt een holle naald in een van de lange beenderen gebracht om wat beenmerg op te zuigen voor onderzoek. Een beenmergpunctie wordt vooral gebruikt voor de diagnose van een vloeibare kanker, zoals lymfomen en leukemie.
De diagnose wordt gesteld door onderzoek van uw bloed. Meestal onderzoeken we ook het beenmerg. Vaak is er geen sprake van leukemie, maar van bloedarmoede, te weinig bloedplaatjes of te veel of te weinig witte bloedcellen. Acute myeloide leukemie en acute lymfatische leukemie zijn agressieve vormen van leukemie.
Bij acute leukemie rijpen de witte bloedcellen in het beenmerg niet uit. Bij chronische leukemie rijpen de cellen nog redelijk goed uit, maar werken ze niet helemaal normaal. Het soort bloedcellen dat ongecontroleerd gaat delen, bepaalt of het om lymfatische of myeloïde leukemie gaat.
rode bloedcellen, die voor zuurstoftransport zorgen; witte bloedcellen, die verantwoordelijk zijn voor de afweer tegen infecties; bloedplaatjes (trombocyten), verantwoordelijk voor de bloedstolling.
Waarom iemand acute leukemie krijgt, is vaak niet te zeggen. De oorzaak zijn meerdere fouten (mutaties) in het DNA van de stamcellen in het beenmerg. Deze mutaties ontstaan spontaan. Wel neemt de kans op deze mutaties toe door bestraling of blootstelling aan bepaalde chemische stoffen.
De symptomen van beenmergfalen hangen af van welke cellen uitvallen. Een laag aantal rode bloedcellen veroorzaakt vermoeidheid, bleek zien, kortademigheid en duizeligheid. Door een tekort aan witte bloedcellen is de afweer verminderd en kunnen er vaak en ernstige infecties optreden met koorts.
Beenmerg wordt afgenomen door middel van een cristapunctie. Bij een cristapunctie ligt u op de linker- of rechterzij en wordt het beenmerg uit uw bekken opgezogen. Indien nodig kan er ook een botpijpje (beenmergbiopt) worden afgenomen. De plaats van de punctie wordt eerst goed verdoofd.
De meest voorkomende klacht is pijn aan de botten. Vooral die botten waarin veel beenmerg zit zoals de wervels, bekken, heupen en het borstbeen kunnen ernstig aangetast raken door de ziekte. Er ontstaat pijn en er kunnen gaten in de botten komen. Hierdoor ontstaan botbreuken en ingezakte wervels.
Ondanks de plaatselijke verdoving kan het zijn dat u wel pijn voelt tijdens de biopsie. Dit varieert heel erg per patiënt en is moeilijk te voorspellen. Sommige mensen merken er vrijwel niets van, anderen voelen enige pijn die wel goed te verdragen is, maar soms is de biopsie erg pijnlijk.
Beenmerg is het vloeibare weefsel en bloed in het binnenste deel van onze botten, ook wel de mergpijpen of mergholten genoemd. De vorming van bloedcellen gebeurt voor een belangrijk deel in het beenmerg van het bekken, de wervels, de ribben, het borstbeen en in de schedel. Dit 'actieve' beenmerg is rood van kleur.
De woekering van abnormale witte bloedcellen komt vooral tot uiting in: zwelling van de lever, de milt en de lymfeklieren. bot- of gewrichtspijn, zozeer zelfs dat het kind mank gaat lopen (dit is te wijten aan de woekering van leukemische cellen in het betrokken beenmerg)
Leukemie kan in principe op alle leeftijden voorkomen, maar gemiddeld genomen komen de chronische vormen meer op oudere leeftijd voor (vanaf 50 jaar).
Afhankelijk van de bij u ontdekte vorm is de levensverwachting langer dan 10 jaar met een goede kwaliteit van leven en geen of nauwelijks behandelingen of korter dan 10 jaar met meer noodzaak tot behandelen. CLL is tot nu toe nog niet te genezen.
Meest voorkomende symptomen
Toename van infecties door verminderde afweer; Zwaar of pijnlijk gevoel in de bovenbuik door een vergrote lever en/of milt; Vergrote lymfeklieren, die meestal niet pijnlijk zijn; Jeuk.
In een verder gevorderd stadium van acute leukemie komen de zieke witte bloedcellen in de bloedbaan terecht. En soms ook in de organen. Die kunnen dan overvol raken met leukemiecellen. Mogelijke symptomen hiervan zijn hoofdpijn en zwelling van het tandvlees.
Bij leukemie bijvoorbeeld geeft het bloedonderzoek een abnormale stijging van het aantal witte bloedlichaampjes weer, maar ook een daling van het aantal rode bloedcellen en bloedplaatjes. Controle van kanker. Het onderzoek laat zien of het lichaam reageert op een behandeling.
Leukopenie is een tekort aan witte bloedlichaampjes in uw bloed. Deze witte bloedlichaampjes zorgen voor afweer tegen infecties. Als u hier een tekort aan heeft, dan bent u vatbaarder voor infecties. Het kan zijn dat u last krijgt van misselijkheid en braken.
Bloedarmoede betekent dat er te weinig rode bloedcellen in het bloed zitten of dat de rode bloedcellen niet goed werken. Daardoor kan het bloed minder zuurstof vervoeren. Dit kan verschillende klachten veroorzaken, waaronder vermoeidheid, bleekheid en kortademigheid. In de rode bloedcel zit hemoglobine (Hb).
Als er een verdenking is op een verstoorde aanmaak van de bloedcellen, kan het nodig zijn het beenmerg te onderzoeken. Hiervoor wordt een kleine hoeveelheid beenmergcellen opgezogen, dit noemen we een beenmergpunctie. Soms wordt ook een dun pijpje beenmerg afgenomen, dit noemen we een beenmergbiopsie.