astma of bloedarmoede) en doorbloedingsstoornissen (bijv.hartinfarct) kunnen verergeren tijdens een vlucht op grote hoogte. Daarnaast is er ook een constante verandering van de luchtdruk in het vliegtuig, waardoor ook de druk verandert in gesloten holtes, zoals de sinussen en het middenoor.
Wie veel en lang vliegt heeft meer kans op hartziekten, kanker, zicht- en hoorklachten en zelfs psychische problemen. Maar ook wie niet zo vaak de lucht in gaat, loopt risico, met name op kwaaltjes op de korte termijn. Zo heb je in een vliegtuig 100 keer zoveel kans om kou te vatten.
De vliegen en maden kunnen bijvoorbeeld samen in een kort tijdsbestek dode dieren opruimen. Binnen enkele dagen zijn er van een overleden dier in de natuur alleen nog botten en wervels over. Als vliegen dit niet zouden doen zou je in de natuur bijvoorbeeld veel dode dieren tegenkomen.
Wanneer je last hebt van luchtziekte ben je zeker niet de enige. Eén op de drie mensen heeft last van wagenziekte en kan zich ziek voelen tijdens het vliegen. Luchtziekte wordt ook wel bewegingsziekte genoemd en ontstaat als je evenwichtsorganen beweging ervaren, terwijl je ogen dit niet registreren.
Behalve tcp, welke gevaren zijn er nog meer? Radioactiviteit: op de hoogte waarop passagiersvliegtuigen gemiddeld vliegen, gemiddeld zo'n tien kilometer, is de radioactieve straling uit de ruimte vele malen hoger dan op zeeniveau. Een veelvuldige blootstelling aan die straling in vliegtuigen moet vermeden worden.
Wie vier uur in een vliegtuig zit, krijgt ongeveer evenveel straling in zijn lijf als tijdens een x-ray van de tandarts. Dat heeft nieuw onderzoek uitgewezen. Voor iemand die af en toe op reis gaat met het vliegtuig, kan die kosmische straling op zich weinig kwaad.
Hoe vaak wordt er gevlogen
De Nederlander reist gemiddeld 1,3 keer per jaar met het vliegtuig. Het gaat hierbij om het aantal retourvluchten dat de gemiddelde Nederlander maakt. Ook personen die in een jaar tijd geen enkele vliegreis hebben gemaakt zijn in dit gemiddelde meegerekend. Vliegen is populair.
astma of bloedarmoede) en doorbloedingsstoornissen (bijv. hartinfarct) kunnen verergeren tijdens een vlucht op grote hoogte. Daarnaast is er ook een constante verandering van de luchtdruk in het vliegtuig, waardoor ook de druk verandert in gesloten holtes, zoals de sinussen en het middenoor.
Luchtdruk en zuurstof
In een vliegtuig heerst een zelfde luchtdruk als je normaal op 2000-2400 meter hoogte tegenkomt. Deze luchtdruk bedraagt ongeveer 80% van de luchtdruk op zeeniveau. Dat betekent ook, dat de lucht in een vliegtuig zo'n 20% minder zuurstof bevat dan lucht op zeeniveau.
Mensen met hartproblemen, hoge bloeddruk, een pacemaker of trombose kunnen meestal prima reizen. Ook als je ziekte ernstig is, hoeft dit geen belemmering te zijn.
Een jetlag wordt veroorzaakt door een verstoring van je biologische klok. Die komt niet overeen met de lokale tijd. Onze hersenen geven op regelmatige tijdstippen het signaal dat we honger hebben, dorstig of moe zijn.
Vliegen zitten vaak hun poten tegen elkaar te wrijven. Dat doen ze om pollen en stof te verwijderen om beter te kunnen ruiken, voelen en proeven. Hoe meer vocht, hoe beter. Daarom richten vliegen zich altijd op de vochtigste gebieden van het lichaam: het speeksel in de mondhoeken en het traanvocht in de ooghoeken.
Vliegen is een van de meest klimaatvervuilende manieren van transport. Een vliegreis is wel 7 tot 11 keer meer belastend voor het milieu dan dezelfde route per trein, en 2 tot 4x meer dan een autoreis. Er is een gigantisch gat tussen onze ambitie om in 2050 klimaatneutraal te zijn en het huidige luchtvaartbeleid.
Is de zuurstofspanning in het bloed lager dan normaal (90 i.p.v. 98 procent) dan kunt u bij een snelle daling van de zuurstofspanning al problemen ondervinden. Dat kan ook bij ernstige bloedarmoede. Met een Hb onder de 5,3 mag u niet vliegen.
Bij COPD kan door spirometrie en pulsoximetrie een goede inschatting gemaakt worden of vliegen verantwoord is. Bij FEV1 ≥ 50% van de voorspelde waarde en SpO2 ≥ 95% is er geen bezwaar tegen een vliegreis. Dit geldt ook bij SpO2 ≥ 92% als er geen andere risicofactoren zijn.
Wanneer in een vliegtuig een raam breekt, een deur opent of een gat ontstaat, daalt de luchtdruk in het vliegtuig aanzienlijk. Er zal dan ook minder zuurstof op te nemen zijn, wat verklaart waarom er zuurstofmaskers naar beneden komen op zulke momenten.
Bij enorm zware turbulentie kan een toestel beschadigd raken, maar dat is erg ongewoon voor moderne jets van bijvoorbeeld Boeing of Airbus. De meeste toestellen kunnen ook na een blikseminslag gewoon verder vliegen, en zelfs als de aandrijving uitvalt kan een Boeing 777 op 10 kilometer hoogte nog 160 kilometer vliegen.
Het grootste risico van verkoudheid bij vliegen is dat de Buis van Eustachius, de buis die tussen oor en neus loopt, niet goed functioneert. Waardoor u oorpijn krijgt bij stijgen en bij dalen. Over het algemeen kunt bij een verkoudheid het beste de dag voor een vlucht beginnen met neusdruppels.
Hoe hoger je vliegt, des te ijler de lucht. En dat betekent dat je minder luchtweerstand ondervindt en minder brandstof verbruikt. 'Het probleem is dat er op een gegeven moment niet genoeg zuurstof meer in de lucht zit om de motoren goed te laten functioneren', zegt luchtvaartdeskundige Joris Melkert van de TU Delft.
Bij een recente chirurgische ingreep is een medische verklaring vereist met bevestiging dat u in staat bent om te vliegen. 7 dagen bij een lichte hartaanval of een zonder complicaties. Voor een zware hartaanval of een met complicaties moet u een arts raadplegen voordat u kunt vliegen.
Hoogopgeleiden en personen met een hoog inkomen vliegen het meest. Ook vliegen mannen vaker dan vrouwen. Verder valt op dat het vooral de mensen uit (hoog)stedelijke gebieden of uit woonplaatsen nabij Schiphol zijn die vaker vliegen.
Vliegen is de meest vervuilende manier om te reizen en vooral verre reizen hakken er aardig in. Door naar een ver land te reizen of een paar keer per jaar kort op reis te gaan, kun je jouw eigen CO2-uitstoot in een heel jaar opeens flink verhogen.
Behandeling. In principe bestaat er geen behandeling tegen de directe effecten van ioniserende straling. Slechts de secundaire effecten kunnen eventueel bestreden of beperkt worden. Het maakt overigens verschil of de bestraling lokaal of over het gehele lichaam plaatsvond.