Het Nederlands wordt met het Duits, Engels, Zweeds en Deens gerekend tot de Germaanse talen. De onderlinge verstaanbaarheid tussen deze talen verschilt. Deens en Zweeds zijn onderling het meest verstaanbaar, maar ook Nederlands en Duits zijn over en weer verstaanbaar.
In het eerste millennium voor Christus breidde het Germaanse taalgebied zich uit vanuit Denemarken: in het noorden tot de zuidelijke kuststreken van Noorwegen en Zweden, en in het zuiden tot een deel van Noord-Duitsland tot in Polen. Destijds was het Germaans nog één taal met verschillende dialecten.
Het Nederlands is een West-Germaanse taal en de officiële taal van Nederland, Suriname en een van de drie officiële talen van België. Binnen het Koninkrijk der Nederlanden is het Nederlands ook een officiële taal van Aruba, Curaçao en Sint-Maarten. Het Nederlands is de op twee na meest gesproken Germaanse taal.
Toch wordt het wereldwijd door meer dan 24 miljoen personen gesproken. Hiermee is het de meest gesproken taal ter wereld die nauw verwant is aan het Engels. Met andere woorden, het Nederlands lijkt van alle talen het meest op de Engelse taal.
Toen sprak men hier dus Germaans. Na de volksverhuizingen, dus ongeveer rond het jaar 500 na Christus, zijn uit de Germaanse dialecten aparte talen ontstaan, waaronder het Oudnederlands. Het Nederlands is dus ongeveer 1600 jaar oud.”
Het Nederlands is hoorbaar verwant aan het Duits en aan het Engels, maar ook aan het Grieks en zelfs aan het Perzisch. Samen met nog zo'n 400 andere talen maken ze deel uit van de Indo-Europese talen, de grootste taalfamilie ter wereld.
Sommige daarvan zijn in de late middeleeuwen in het Zweeds terechtgekomen dankzij handelscontacten: het Nederduits, dat sterk op het Nederlands lijkt, was destijds de handelstaal in de Hanzesteden. Vooral aan het begin van de 17de eeuw was de Nederlandse invloed op het Zweeds groot.
Ook talen als Fins, Grieks, Thai, Pools, Hebreeuws, Vietnamees, IJslands, Slavische talen, Tsjechisch, Baskisch, Turks en Hongaars zijn redelijk lastig voor ons. Romaanse talen als het Frans, Spaans, Italiaans en Portugees zijn voor ons gemiddeld moeilijk.
Nederlands heeft eenvoudigere grammatica en is lexicaal meer vergelijkbaar met Engels dan Duits. Daarom zou het juiste antwoord logischerwijs moeten zijn dat: Nederlands makkelijker is! Echter, het leren van een taal is niet alleen een kwestie van hoe vertrouwd de grammatica en woorden zijn met talen die je al kent.
De Germanen is een verzamelnaam voor de volken en stammen uit de oudheid die een Germaanse taal spraken, zoals de Bataven, de Gothen, de Saksen en de Friezen. Ze ontwikkelden een eigen alfabet in runen. Lange tijd leefden ze in Europa naast de Romeinen en Kelten, van wie ze ook grote gebieden innamen.
Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
Deze krijgt de naam Bataafse Republiek (1795-1806). Onder Lodewijk Napoleon werd Nederland voor het eerst een Koninkrijk, het Koninkrijk Holland. Dit duurde slechts vier jaar (1806-1810). In 1813 herwon Nederland zijn onafhankelijkheid.
Fries. Fries en Nederlands zijn de officiële talen in de provincie Fryslân. Friese burgers hebben het recht om hun eigen taal (Nederlands of Fries) te gebruiken.
De Franken waren een federatie van reeds eerder bekende Germaanse stammen, die rond het midden van de 3e eeuw na Christus tot stand kwam. Wellicht verbonden deze stammen zich onder Saksische druk nabij de limes langs de Rijn van het Romeinse Rijk.
De Bataven, Batavi of Batavieren waren een West-Germaans volk/stam die leefden rond de Betuwe. De Bataven waren waarschijnlijk afgesplitst van de Chatten, een volk dat rond het huidige Baden-Württemberg woonde. Onder andere Julius Caesar en Publius Cornelius Tacitus beschrijven de stam! die ze als zeer moedig zien.
De Lage Landen worden dan bewoond door drie Germaanse volken, de Friezen in het westen en noorden, Franken in het zuiden en de Saksen in het oosten. De Franken ontwikkelen zich tot het dominantste volk.
Engels. Het zal je niet verbazen dat Engels over het algemeen gezien wordt als de makkelijkst te leren taal. Dit komt voornamelijk doordat vrijwel alle films, series en muziek die we zien en luisteren, in het Engels zijn. Hierdoor pikken de meeste mensen heel snel deze taal op.
De wereldtalen die binnen de Verenigde Naties als zodanig gebruikt worden, zijn Arabisch, Chinees, Engels, Frans, Russisch en Spaans.
Wat Nederlands moeilijk maakt
Het gebruik van "te", het gebruik van " er", de- en het-woorden en natuurlijk de woordvolgorde, om er een paar te noemen. Vooral die laatste is voor veel studenten een uitdaging, omdat je bij elke zin goed na moet denken in welke volgorde de woorden moeten staan.
Dat hangt vooral af van welke talen ze al spreken. Wie pakweg Arabisch, Turks, Chinees of Somalisch kent, zal het Nederlands razend moeilijk vinden, want de verschillen zijn gigantisch. Maar het Nederlands is een stuk gemakkelijker voor mensen die al een andere Germaanse taal spreken, zoals Engels of Duits.
1. Makkelijke vreemde talen (zo'n 600 uur) Er zijn een aantal talen die relatief eenvoudig zijn om te leren. Nederlands is zo'n taal, die buitenlanders gemiddeld in zo'n 600 uur studeren aardig onder de knie hebben.
Noors. De Noorse taal heeft een vrij consistente uitspraak en grammaticale regels die vergelijkbaar zijn met die van het Engels. Vooral Noorse werkwoorden zijn opmerkelijk eenvoudig om te leren vanwege het lage aantal vervoegingen die mogelijk zijn.
Denen en Zweden begrijpen elkaar maar voor de helft
Uit onderzoek van onder andere de linguïst Charlotte Gooskens aan de Rijksuniversiteit Groningen blijkt dat slechts zo'n 50 procent van het Deens en Zweeds wederzijds begrijpelijk is. En voor Zweden blijkt het moeilijker Denen te verstaan dan andersom.
Voor Nederlandstaligen is Noors makkelijker dan de meeste andere talen. Dit komt omdat deze twee talen een beetje op elkaar lijken. Je kunt als Nederlandstalige dan ook de betekenis van veel Noorse woorden en zinnen raden. Toch moet je er, zoals met elke taal, tijd en energie in steken om de taal goed te leren.