De namen van de maanden worden klein geschreven.
Sinds 1954: kleine letter
De officiële woordenlijst van 1954 bepaalde dat namen van maanden en de dagen van de week een kleine letter krijgen, omdat het geen unieke namen zijn. Dat is sindsdien zo gebleven. Alleen feestdagen krijgen een hoofdletter: Pasen, Goede Vrijdag, Witte Donderdag, enz.
Schrijf woorden waarmee we de tijd indelen, zoals dagdelen, dagen, maanden en seizoenen, klein. Ze worden als soortnamen beschouwd.
Hoofdletters gebruik je alleen voor namen van personen, bedrijven, instellingen, merken, wetten, boeken, aardrijkskundige plaatsen, talen, dialecten, volkeren, feestdagen en historische gebeurtenissen. Ook afleidingen van namen en namen in samenstellingen schrijf je met een hoofdletter.
Als we verwijzen naar de feestdag, krijgen Hemelvaart en Hemelvaartsdag een hoofdletter. Officiële namen van feestdagen schrijven we met een hoofdletter.
De goede schrijfwijze is dus Pasen. Ook met een hoofdletter zijn: Kerstmis, Nieuwjaar, Pinksteren, Goede Vrijdag, Hemelvaart, Oud en Nieuw, Loofhuttenfeest, Suikerfeest, Bevrijdingsdag, Moederdag, Sinterklaas, Koninginnedag, Valentijnsdag.
Officiële namen van feestdagen schrijven we met een hoofdletter. Niet-officiële en informele namen van feestdagen schrijven we met een kleine letter. Samenstellingen met namen van feestdagen schrijven we klein.
Officiële namen van feestdagen, zoals Kerstmis, schrijven we met een hoofdletter. Niet-officiële en informele namen, zoals kerst, schrijven we met een kleine letter. Samenstellingen met kerst schrijven we klein: kerstavond, kerstbal, kerstdag, kerstfeest, kerstkaartje, kerstvakantie.
Alle aardrijkskundige namen en afleidingen daarvan schrijf je met een hoofdletter. Dus het wordt Belgische chocola, Franse hoofdstad, Nederlandse BTW, Amerikaans eten. Alle aardrijkskundige namen en afleidingen daarvan schrijf je met een hoofdletter.
Namen van feestdagen, (religieuze) feesten en gedenkdagen krijgen een hoofdletter. Behalve voor Hemelvaart en Hemelvaartsdag geldt dat bijvoorbeeld voor: Pasen, Kerstmis, Suikerfeest, Offerfeest, Chanoeka, Divali, Moederdag en Nieuwjaar.
Maar kerst is geen officiële naam van een feestdag en krijgt dus geen hoofdletter. Ook het woord kerstfeest schrijf je zonder hoofdletter. Het woord kerstfeest is namelijk een samenstelling van de woorden kerst en feest. Samenstellingen met een feestdag worden nooit met een hoofdletter geschreven.
De namen van de maanden worden klein geschreven.
Dus: January, February, March, April, May, June, July, August, September, October, November, December. Hetzelfde geldt voor dagen van de week, die schrijf je in het Engels ook met hoofdletters. Dus: Monday, Tuesday, Wednesday, Thursday, Friday, Saturday, Sunday.
Waarom krijgen de maanden en dagen geen hoofdletter? Historische periodes en indelingen van tijd krijgen een kleine letter. Daarom is het februari, augustus, zaterdag, woensdag, winter en lente. Dit geldt natuurlijk niet als het woord aan het begin van de zin staat.
De officiële namen van feestdagen, zoals Pinksteren, worden met een hoofdletter gespeld volgens de Nederlandse spellingsregels.
We schrijven koning en koningin, al dan niet gevolgd door een naam, doorgaans met kleine letters.
HOOFDREGEL: Schrijf een eigennaam met een hoofdletter, een soortnaam met een kleine letter. Een eigennaam is de officiële naam waarmee we verwijzen naar iets unieks, bijvoorbeeld een persoon, plaats, instelling, merk of historische gebeurtenis.
(1) De naam van een taal of dialect wordt met een hoofdletter geschreven. (2) Samenstellingen* en afleidingen* behouden de hoofdletter, maar werkwoorden en daarvan afgeleide zelfstandige naamwoorden schrijven we met een kleine letter.
Aardrijkskundige namen én hun afleidingen schrijf je altijd met een hoofdletter. Het is ook Fransman, Franssprekend en Franstalig. Alleen als een aardrijkskundige naam niet meer als zodanig wordt gebruikt, maar als een aanduiding voor iets anders fungeert, vervalt de hoofdletter.
Het woord waarmee we een historische periode benoemen of waarmee we de tijd indelen, krijgt een kleine letter. Deze regel geldt voor courante teksten.
Als het gaat om een persoon die de rol van Sinterklaas speelt, wordt sinterklaas met een kleine letter geschreven. De schrijfwijze met kleine letter is ook correct als het gaat om een voorwerp, bijvoorbeeld eetwaar of versiering, in de vorm van Sinterklaas.
Wist je dat je I, 'ik' in het Nederlands, altijd met een hoofdletter schrijft? Of je het het nou aan het begin van een zin schrijft of in het midden van een zin, je schrijft I altijd met een hoofdletter.
De namen van de dagen van de week worden klein geschreven.
1 - Een zin begin je met een hoofdletter. 2 - De eerste letter van een naam schrijf je met een hoofdletter. 3 - Aardrijkskundige namen schrijf je met een hoofdletter. 4 - Namen van talen/dialecten schrijf je met een hoofdletter.
Maanden, weekdagen en feestdagen
De namen van de dagen van de week en van de maanden van het jaar worden met een hoofdletter geschreven. Dat geldt ook voor feestdagen. De namen van seizoenen worden niet met een hoofdletter geschreven.