Binnen het strafrecht komen de volgende strafbare feiten voor: inbraak, insluiping en huisvredebreuk. Hierbij kan er ook sprake zijn van diefstal. Ook kan er moedwillig schade aan het pand worden toegebracht.
Een inbraak valt onder gekwalificeerde diefstal, omdat er naast de diefstal (wegnemen van het eigendom van een ander) tevens sprake is van het betreden van een niet-openbare ruimte. De straffen voor gekwalificeerde diefstal zijn hoger dan voor eenvoudige diefstal.
Als je een inbreker op heterdaad betrapt, mag je hem aanhouden. Maar je mag daarbij geen onnodig geweld of wapens gebruiken. Doe je dat wel, dan maak je je schuldig aan 'eigenrichting'. Dat betekent: daders van misdrijven bestraffen zonder dat hier een rechterlijke procedure aan te pas komt, en dat is strafbaar.
Insluiping door een openstaande deur of een open raam valt gewoon onder de dekking van bijna alle inboedelverzekeringen. U krijgt de schade ook vergoed als er is ingebroken met een valse of gestolen sleutel, maar een verzekering kan wel vragen om een proces verbaal. Dus doe altijd aangifte bij de politie.
Huisvredebreuk is het binnengaan van een woning, besloten ruimte (zoals een winkel) of erf van een ander zonder dat daarvoor toestemming is gegeven. Volgens de Hoge Raad is er sprake van “binnendringen” als dit tegen de wil van de eigenaar gebeurt. Wederrechtelijk betekent zonder toestemming en rechtvaardiging.
Dit is dus ongewenst gedrag en kan reden zijn om een gast toegang te weigeren. Heb je een detectiepoort of laat je gasten fouilleren voordat ze naar binnen mogen en willen gasten niet meewerken, dan mag je ze weigeren.
Bewijs huisvredebreuk/lokaalvredebreuk
Naast de aangifte, moet er ook een verklaring zijn van een getuige dat de woning of het lokaal wederrechtelijk bent binnengedrongen. Datzelfde geldt voor het geval u wordt verweten dat u niet op vordering van de eigenaar de woning of het lokaal hebt verlaten.
Je inboedelverzekering dekt veel schades door diefstal en/of inbraak. Denk bijvoorbeeld aan een vergoeding voor je gestolen televisie of laptop. Maar je inboedelverzekering vergoedt ook vervangende sloten als het slot van je woning geforceerd is. Let op: geef diefstal en/of inbraak altijd aan bij de politie.
Bij een woninginbraak is men uw woning binnengekomen door middel van braak. Meestal het forceren van een deur of raam. Bij een insluiping is men, de naam zegt het al, stiekem naar binnen geslopen. Inbraak is bijna bij iedere inboedelverzekering gedekt, maar insluiping vaak niet.
Gestolen goederen en geld uit uw huis vallen onder de dekking van de inboedelverzekering. Contant geld is ook verzekerd, maar de verzekeraars hanteren hiervoor wel een maximumbedrag. Indien er bijvoorbeeld € 20.000 uit uw huis is gestolen aan contant geld, krijgt u slechts een klein deel uitbetaald.
Nee, je mag jezelf beschermen tijdens een inbraak of overval. Maar dat betekent niet dat je zomaar elke overvaller, inbreker, of insluiper mag neerslaan. De wet schrijft voor dat je je eigendommen en jezelf mag verdedigen, maar het moet echter wel in verhouding staan tot het strafbare feit van de inbreker.
Hou inbrekers op afstand met buitenverlichting. Een goede manier om inbrekers af te schrikken, is met buitenverlichting met een bewegingssensor. Ex-inbreker Evert Jansen legt uit waarom je het beste kunt kiezen voor sensorverlichting: “Stel dat je op vakantie gaat en je zet de vaste verlichting aan.
Het is verboden om inbrekers in het toilet op te sluiten, want dat is beperking van bewegingsvrijheid. Zo luidt een (vreemde) Nederlandse wet. Je mag 'm dus overal opsluiten, maar niet op je W.C. Da's vreemd.
Bij diefstal of inbraak waarbij geen dreiging of geweld is gebruikt, gaat het over het algemeen om een eenvoudig, licht misdrijf: de officier van justitie eist maximaal 1 jaar gevangenisstraf. Lichte misdrijven worden door de politierechter behandeld.
Een inbraak duurt gemiddeld slechts 5 minuten. Inbrekers weten dat ze weinig tijd hebben voordat ze opgemerkt worden. Ze hebben maar één minuut nodig om het huis binnen te dringen, 3 minuten om alle waardevolle spullen te verzamelen en nog een minuut om het huis weer te verlaten.
Wat doet de politie na uw melding van inbraak? De politie komt bij u thuis onderzoek doen en probeert sporen veilig te stellen. Ook neemt zij uw aangifte op. Als dat nodig is, voert de politie ook een buurtonderzoek uit.
Met 'braaksporen' bedoelen we de sporen die inbrekers achterlaten als ze zichzelf een weg naar binnen forceren. Bijvoorbeeld splinters aan je deurkozijn door een koevoet, of een gebroken raam.
Een inbraak is het breken van bijvoorbeeld een slot, waardoor u uzelf toegang verschaft tot een gebouw. Dat is inbraak. Ook zonder 'braak' kunt u toegang krijgen tot een gebouw. Dit kan bijvoorbeeld via een regenpijp en een open raam een pand binnen te gaan.
Wat betekent dat precies? Voor diefstal moet er sprake zijn van: Een goed (fietsen, auto's, huisdieren, elektriciteit: het zijn allemaal goederen voor het delict diefstal); Het goed moet geheel of ten dele aan een ander toebehoren (diefstal van je eigen bezittingen is onmogelijk);
Om je voor diefstal buitenshuis te verzekeren, sluit je de dekking Kostbaarheden verlies en buitenshuisaf bij je inboedelverzekering. Dan is ook kostbare inboedel verzekerd die je onderweg bij je hebt. Bijvoorbeeld sieraden die je in je tas hebt zitten.
Het wetboek van strafrecht plaatst diefstal onder de noemer misdrijven. In artikel 310 wetboek van strafrecht staat uitgelegd wat diefstal is: “Hij die enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort wegneemt, met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen“.
Braakschade. Schade veroorzaakt aan gebouwen, brandkasten, kluisdeuren enz. bij inbraak, overval of poging daartoe.
Om tot een bewezenverklaring te komen, moet er sprake van voldoende wettig en overtuigend bewijs. De eis dat er voldoende wettig bewijs is, houdt in dat er een minimum aan bewijs aanwezig moet zijn in het dossier om een verdachte te kunnen veroordelen.
Het bewijs moet wettig en overtuigend zijn. Dat betekent dat de veroordeling niet alleen gebaseerd moet zijn op de wettige bewijsmiddelen, maar dat de rechter ook persoonlijk de overtuiging moet hebben dat de verdachte het misdrijf heeft gepleegd. De overtuiging moet worden afgeleid uit de bewijsmiddelen.
Bewijsregels. In hoofdlijnen en vrij vertaald gelden de volgende bewijsregels binnen het strafrecht; Voor een bewezenverklaring zijn slechts twee bewijsmiddelen nodig. Dit noemen we ook wel het strafrechtelijk bewijsminimum.