Daarnaast is hout stoken ook nog beter voor het milieu dan het verbranden van fossiele brandstoffen. Het stoken op hout is zelfs milieuneutraal en hout valt onder hernieuwbare en duurzame energie.
Hout omzetten naar groene elektriciteit en warmte is een duurzame keuze, maar enkel wanneer het hout niet meer als grondstof voor producten kan worden ingezet.
Hout stoken en het klimaat
Dat is een broeikasgas dat zorgt voor klimaatverandering. Houtkachels en open haarden gaan onzuinig met hout om: een groot deel van de warmte vliegt zo de schoorsteen uit (bij de open haard gaat 90 procent van de warmte verloren, bij de houtkachel 20 tot 40 procent). Dat is niet duurzaam.
Veel mensen denken dat een houtkachel veel slechter voor het milieu is dan verwarmen met gas, maar dit is niet perse zo. Stoken met hout is qua CO2-productie duurzamer dan verwarmen met fossiele brandstoffen zoals aardgas.
Terugverdientijd. Hout geldt als hernieuwbare brandstof. In tegenstelling tot aardolie of steenkool raakt het nooit op, als je tenminste voor elk boom die je opstookt een nieuwe laat groeien. Tijdens de groei neemt de boom CO2 op, als hij verbrandt stoot hij dat weer uit.
Hout is goed voor het milieu
Als een boom groeit wordt CO2 vastgelegd. Als het hout daarna wordt gebruikt in bijvoorbeeld kozijnen, blijft het CO2 vastgelegd. Voor de productie van hout is bovendien geen grote hoeveelheid energie nodig. Een houten gevelelement is dus 100% klimaatproof.
Calorische waarde
Deze verschillen per houtsoort, per partij en zelfs binnen een partij. Gemiddeld heeft een kilogram hout een energie-inhoud van 15,5 MJ.
De afname van bomen en bossen (ofwel 'ontbossing') wordt -naast landwinning- hoofdzakelijk veroorzaakt door houtproductie. De keuze voor hout als bouwmateriaal is dus niet zonder meer een duurzame en milieuverantwoorde keuze al gaat het om een natuur(lijk) product.
Een van de belangrijkste oorzaken van milieu- en gezondheidsschade is een onvolledige verbranding. Hierbij krijgt hout te weinig zuurstof voor de verbranding en ontstaan gassen en stoffen die niet volledig zijn geoxideerd (verbrand). Koolmonoxide en fijnstof bijvoorbeeld.
De duurzaamheidsklasse van hout varieert van één tot vijf.Klasse één is het zeer duurzaam en klasse vijf is niet duurzaam. Bij duurzaamheidsklasse één heeft het hout een levensduur van 25 jaar en langer. Bij duurzaamheidsklasse vijf is dat minder dan 5 jaar.
Houtkachels blijken, na opnieuw rekenen, grootste bron van fijnstofuitstoot. Houtkachels en -haarden zijn vervuilender dan eerder werd aangenomen. Door een nieuwe rekenmethode van het RIVM blijkt dat houtstook de oorzaak is van 23 procent van de uitstoot van fijnstof in Nederland. Eerder werd van 10 procent uitgegaan.
Het houtmateriaal is immers van nature energiezuinig en verlaagt de uitstoot van CO2 tijdens productie en transport. Bovendien heeft hout een unieke celstructuur met isolerende eigenschappen. Wel is voor houtbouw natuurlijk bomenkap nodig, hoewel dat volgens experts niet tot ontbossing hoeft te leiden.
Zelfs de modernste, 'ecodesign' houtkachel is nog altijd een ramp voor de luchtkwaliteit. Volgens nieuw Engels onderzoek produceert een houtkachel 450 keer zoveel giftige luchtvervuiling als een centrale verwarming op gas. Oudere houtkachels stoten zelfs 3700 keer zoveel giftige stoffen uit.
Hout als milieuvriendelijk materiaal
Hout is een hernieuwbare grondstof. Tijdens zijn leven neemt een boom CO2op. Wanneer hij gekapt wordt, komt er plaats vrij voor een nieuwe boom.
Zon, wind en aardwarmte zijn duurzame energiebronnen. Ze raken nooit op, veroorzaken geen luchtvervuiling en hebben zelf geen CO2-uitstoot. De verbranding van kolen, olie en gas draagt sterk bij aan klimaatverandering.
Impregneren is het verduurzamen van onbehandeld hout met een impregneermiddel. Dit impregneermiddel trekt tijdens het impregneren in het hout en vormt zo een vocht- en schimmelwerende laag. Door deze behandeling gaat het hout 3 tot 5 keer langer mee dan onbehandeld hout.
Bij houtverbranding komen veel schadelijke stoffen vrij zoals fijn stof, dioxines …. Houtverbranding produceert meer fijn stof dan het wegverkeer. Houtrook inademen zorgt voor directe effecten zoals hoesten, hoofdpijn of prikkende ogen.
Bij de verbranding van hout komen er schadelijke stoffen vrij zoals fijn stof, dioxines en PAK's (polycyclische aromatische koolwaterstoffen zorgen voor DNA-schade en zijn daardoor kankerverwekkend). Deze stoffen hebben aanzienlijke gezondheidseffecten.
Bij de verbranding van hout komen chemische stoffen vrij. Bijvoorbeeld fijnstof, koolmonoxide, verschillende vluchtige organische stoffen en PAK Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen (Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen )'s. Deze stoffen zijn schadelijk voor de gezondheid.
Nadelen van hout
Krimp en zwelling van hout is een van de belangrijkste nadelen. Hout is een hygroscopisch materiaal.
Hout kan gaan rotten en schimmelen bij een onzorgvuldige uitvoering van de bouw. Wanneer je het hout zorgvuldig plaatst is dit niet aan de orde. Er is kans op ongedierte.
Wanneer hout aangestoken wordt zal als eerst het vocht in het hout verdampen, dit gebeurt al tussen de 50 en 100 graden Celsius. Bij hoge temperaturen van rond de 150 graden Celsius vormt er zich brandbaar gas in het hout.
Een kubieke meter komt overeen met een houtstapel (d.w.z. hout plus lucht) van 1 meter in lengte, breedte en diepte. Een kubieke meter dennenhout weegt circa 350 kg, een kubieke meter beukenhout circa 500 kg. 1 kubieke meter dennenhout (350 kg) komt overeen met: 150 liter of 120 kg stookolie.
De thermische waarde van 100 % droog hout varieert van 5,1 kWh/kg voor eik tot 5,3 kWh/kg voor den en berk. Vochtig brandhout geeft veel rook af en maar weinig vlammen. Daarnaast geeft het veel meer roetvorming die zich kan afzetten in je schoorsteen.