Open vragen beginnen altijd met een vraagwoord, zoals 'wie', 'wat', 'waar' of 'hoe'.
De vragend voornaamwoorden (ook wel vraagwoorden genoemd) die in onze taal voorkomen zijn: wie, wat, welk, welke, wat voor (een) en wiens. Het vraagwoord staat vaak vooraan de zin, maar kan ook in het midden van de zin staan.
De vragende voornaamwoorden of vraagwoorden (interrogative pronouns) gebruik je om iets te vragen. In de Engelse taal kennen we de volgende vragende voornaamwoorden: what, where, when, who, which, why en how.
Is 'hoe' een vragend voornaamwoord? Nee, 'hoe' is geen vragend voornaamwoord. Dit woord staat weliswaar vaak vooraan in een zin met een vraagteken, maar het verwijst niet naar een persoon of ding. 'Hoe' behoort vaak tot de bijwoorden of vraagwoorden.
Een vraagwoord is een woord dat een open vraag inleidt. Het kan een vragend voornaamwoord zijn (bijvoorbeeld wie, wat, welke), een vragend bijwoord (bijvoorbeeld waar, wanneer, hoe), een vragend voornaamwoordelijk bijwoord (bijvoorbeeld waarmee, waarvan) of het vragende telwoord hoeveel.
Vragende bijwoorden: hoe, waarom, waarheen, wanneer.
Overige bronnen
Vraagwoordvragen of leemtevragen zijn vragende zinnen waarvan het eerste zinsdeel een vraagwoord is of er een bevat. Vraagwoorden zijn: vragende voornaamwoorden (bijv. ), vragende bijwoorden (bijv. ), het vragende telwoord hoeveel en vragende voornaamwoordelijke bijwoorden (bijv.
Zelfstandig naamwoord
een vraag met een vraagwoord, ook wel een open vraag genoemd, een vraag waarbij een ja/nee antwoord onvoldoende is. Een vraagwoordvraag geeft meer informatie dan een gesloten vraag en nodigt de ondervraagde uit tot spreken.
Het woord wie als betrekkelijk voornaamwoord gebruik je alleen maar als het de functie van meewerkend voorwerp heeft. Je kunt er dan ook voor kiezen om die of een voorzetsel + wie te schrijven. Het gebruik van wie zónder voorzetsel is formeler en een beetje ouderwets.
Een voornaamwoord is een woord dat verwijst naar personen, dieren of dingen (concreet of abstract), zonder die met name te noemen. Voornaamwoorden komen dus in feite 'in de plaats van' een zelfstandig naamwoord, bijvoorbeeld die in plaats van 'Andrea', of het in 'Ik begrijp het! '
De naam van deze zin verklapt eigenlijk al wat voor een soort zin het is. Met een vraagzin wordt namelijk iets gevraagd aan iemand. Dit betekent automatisch ook dat je een antwoord verwacht van iemand als je een vraagzin stelt. Omdat er een vraag wordt gesteld, eindigt een vraagzin altijd met een vraagteken.
Een 'vraagwoordzin' begint met een vraagwoord en eindigt met een vraagteken. De vraagwoorden zijn: Wie..? Wat..? Wanneer..?
Je gebruikt een vraagteken om een zin die een vraag betreft af te sluiten. Een vraagteken vervangt dus de eindpunt van de zin. Een vragende zin begint meestal met een persoonsvorm of vraagwoord aan het begin van de zin.
Vraagwoord definities
waar, wanneer, hoe), een vragend voornaamwoordelijk bijwoord (bijv. waarmee, waarvan) of het vragende telwoord hoeveel.
Vraagwoorden. Een vraagwoord vervangt een zinsdeel dat bevraagd wordt.
Een vraagwoord is vaak onderwerp of lijdend voorwerp, maar het kan ook dienen als MANIER, PLAATS, TIJD of als voorzetselvoorwerp.
Wie/wat. Wie en wat kunnen aan het begin van een zin staan, zonder dat er een antecedent aan voorafgaat. Wie betekent dan 'degene die', en wat 'dat wat'.
Wie verwijst altijd naar personen en kan (onder meer) meewerkend voorwerp zijn. De Algemene Nederlandse Spraakkunst vermeldt de voorbeelden 'De man die we dat gevraagd hebben, is psycholoog' én 'De man wie we dat gevraagd hebben, is psycholoog. ' Daaruit valt op te maken dat wie en die allebei mogelijk zijn.
onbepaald voornaamwoord (indefiniet pronomen): iemand, niemand, iets, niets, alle, iedereen. wederkerend voornaamwoord (reflexief pronomen): me, je, u, zich, ons, zichzelf, jezelf.
Vragend bijwoord
Deze bijwoorden zijn bedoeld om een vraag te beginnen en hebben veelal een relatie met het werkwoord in de zin. Een vragend bijwoord is niet hetzelfde als een vragend voornaamwoord, omdat dit laatste betrekking heeft op een zelfstandig woord, zoals een zelfstandig of bijvoeglijk naamwoord.
Een vraag is een uiting waarin een verzoek wordt gedaan. Vaak zal dit enkel gaan om het inwinnen van informatie, maar soms bevat het verzoek ook een opdracht iets te doen (meer dan enkel het geven van informatie). Of nog meer samengevat: Een verzoek - vaak maar niet altijd alleen - om informatie.
Een vragende zin of vraagzin is een zin in de vorm van een vraag. Dit soort zinnen staat haaks op de stellende zin. Er zijn drie hoofdsoorten vraagzinnen te onderscheiden: de bijwoordelijke vraagzin, de werkwoordelijke vraagzin en de voornaamwoordelijke vraagzin.