In een zin als 'Zij verandert ook nooit! ' is verandert juist. In bijvoorbeeld 'Ze is het afgelopen jaar erg veranderd' is veranderd goed.
Antwoord van een tutor
Hier is 'verandert' de persoonsvorm (het werkwoord dat zicht aanpast aan de persoon: als er 'wij' stond, was het 'wij veranderen' geweest). De persoonsvorm is hier 'is' of 'heeft'. 'Veranderd' is hier geen persoonsvorm, maar voltooid deelwoord.
Voltooid deelwoord = stam + d/t
Die bestaat uit een vorm van het hulpwerkwoord “zijn” of “hebben” en een voltooid deelwoord. De werkwoorden waarvan de werkwoordstam op een letter uit 't kofschip eindigt, krijgen een “t” erachter. Werkwoorden waarvan de stam niet op een letter uit 't kofschip eindigt, krijgen een “d”.
Wanneer we de vorm be werkwoord gebruiken samen met de voltooid deelwoordvorm, geeft dit aan dat de actie is uitgevoerd door iemand of de doener. Als u de zinnen bekijkt, zult u zien dat de tweede zin be werkwoord heeft samen met de voltooid deelwoordvorm van het werkwoord. Hij is veranderd.
als je de werkwoorden verandert in een ander werkwoord, bijvoorbeeld smurfen. Dat komt doordat het werkwoord "veranderen" als voltooid deelwoord "veranderd" heeft en als persoonsvorm (1e persoon enkelvoud) verandert. Vermoedelijk bedoel jij met de zin: "ik heb het ook zo (over)getypt, en heb niets veranderd."
In de tweede persoon enkelvoud komt er een t achter de stam (vind).Je krijgt dan: u vindt. Ook wanneer het onderwerp u ná het werkwoord komt, schrijven we een t achter de stam: wat vindt u van de nieuwe minister?
Veranderd is het voltooid deelwoord van veranderen. Het voltooid deelwoord veranderd eindigt op een d, omdat de verleden tijd veranderde ook een d bevat. In de onderstaande zinnen is veranderd juist. Dat betekent dat een andere werkwoordsvorm de persoonsvorm is.
Eerst ben je jong en onbezonnen, wil je de wereld ontdekken. Daarna ga je werken aan je carrière, krijg je misschien een relatie en/of kinderen waar je leven dan om draait. Daarnaast kan ook het geloof, een scheiding, ernstige ziekte, trauma of het gevoel 'is dit alles' bijdragen aan veranderingen.
Zowel de vorm jij wilt als jij wil (zonder -t) is correct. De regel waarin de -t verdwijnt bij willen, geldt alleen voor de derde persoon (hij of zij). Dus: 'Jij wilt een training volgen' en 'Jij wil een training volgen' zijn allebei correct. De spelling zonder -t gebruiken we vaker in informele contexten.
Je hersenen regelen je gedrag en persoonlijkheid. Als door een hersenaandoening schade ontstaat in de hersenen, kan je gedrag veranderen. Wat dit precies betekent, is voor iedereen anders: de een doet bijvoorbeeld veel minder dan eerst, terwijl een ander plotseling allerlei dingen doet zonder erover na te denken.
Om te bepalen of het voltooid deelwoord of de persoonsvorm verleden tijd een d of t krijgt, neemt je kind eerst de stam (= hele werkwoord -en) van het werkwoord. Als deze op een medeklinker uit 't kofschip eindigt, krijgt het woord een -t. Wanneer de laatste letter van de stam er niet in zit, schrijft je kind een -d.
De correcte vervoeging is je/jij wordt.
Als het onderwerp je/jij achter de persoonsvorm staat, is de correcte vervoeging word je/jij. Bij combinaties met je is het niet altijd even duidelijk of je het onderwerp van de zin is. Als u daaraan twijfelt, kunt u je proberen te vervangen door jij of jou(w).
Samengevat, "is veranderd" verwijst naar de huidige staat van iets dat een verandering ondergaat, terwijl "is veranderd" verwijst naar een verandering die in het verleden heeft plaatsgevonden en die nog steeds gevolgen heeft voor het heden .
De vorm hij wilt* (of wilt hij*) is niet correct. Bij de meeste werkwoorden bestaat de derde persoon enkelvoud van de tegenwoordige tijd uit de stam + de uitgang -t: hij vindt, hij racet, ze bevestigt, ze deletet, het hagelt, het sneeuwt.
De vorm zul(t) is de neutrale vorm in het hele taalgebied: je zult, jij zult, zul je, zul jij. In België is ook de vorm zal neutraal; in Nederland wordt die als informeler beschouwd: je zal, jij zal, zal je, zal jij. Als je de betekenis van men heeft, zijn beide vormen gelijkwaardig.
Het is allebei goed. Je kunt is ouder en daardoor voor sommige mensen beter. Je kan is voor anderen juist weer wat moderner en aansprekender. In Nederland krijgt 'Je kunt je nu inschrijven' vaak de voorkeur in de schrijftaal.
Want moeite met veranderingen heeft vaak een duidelijke oorzaak en meestal een link met ervaringen in het verleden. Angst is een veelvoorkomende oorzaak van weerstand. Er kan angst zijn omdat de voorgestelde verandering misschien te moeilijk wordt. Of angst omdat een verandering onzekerheid en onduidelijkheid geeft.
Volgens Ben Tiggelaar en de wetenschappelijke wereld is het veranderen van gedrag moeilijk omdat we sterk de neiging hebben om pijn, ongemak en verlies te vermijden. Dit belemmert in vele gevallen onze motivatie om te leren en te experimenteren en om verandering door te voeren.
Het werkwoord verhuizen wordt als volgt vervoegd: ik verhuis, jij verhuist, wij verhuizen, jij verhuisde, wij verhuisden, wij zijn verhuisd. De stam (het hele werkwoord min -en) van verhuizen is verhuiz. Bij werkwoorden waarvan de stam op een z eindigt, verschijnt in de verleden tijd een d: verhuisde.
Dat komt omdat bij werkwoorden die beginnen met voorvoegsels als ver-, be-, ge- het voltooid deelwoord in uitspaak gelijk is aan de tegenwoordige tijd. Dus: Hij verandert. Hij is veranderd.
Gebeurd wijst op iets dat achter de rug is, op iets dat voltooid is.Gebeurt wijst op iets in het heden, op iets dat aan de gang is. Het verschil tussen gebeurd en gebeurt is een verschil in tijd. Gebeurd is een voltooid deelwoord: Het is gebeurd, Het was gebeurd of Het zou gebeurd zijn.