Zo'n kampvuur is natuurlijk gezellig, maar ook gevaarlijk. Aan alle Nederlandse stranden geldt daarom een verbod om zelf een vuur te maken op het strand.
In principe is vuur maken op een openbare plek, zoals een pleintje of een bos, verboden. Als het wel mag, staat dit in de APV (Algemeen Plaatselijke Verordening) van de gemeente, waar en onder welke voorwaarden het wel mag. De APV kun je opvragen bij jouw gemeente.
Boete. Voor het stoken van open vuur zonder vergunning staat een boetebedrag van € 300,-.
Het is verboden om geverfd of geïmpregneerd hout, bewerkt hout, snoeihout, afval, papier of karton te verbranden. Een vuurtje stoken mag alleen in een buitenkachel, tuinhaard, barbecue, vuurkorf, vuurpot of gelpot. Ook tuinfakkels zijn toegestaan.
Neem hiervoor zacht hout en harshoudend hout.Rondom het tondelbed maak je een kleine piramide van aanmaakhout.Tondel maakt het aanmaakhout aan dat vervolgens de grotere balken aansteekt. Aanmaakhout verbrandt snel, verzamel er daarom genoeg van.
Een vuurschaal of vuurkorf wordt beschouwd als een sfeerverwarmer. In een vuurschaal mag wel enkel droog en onbehandeld hout worden gebruikt. Er zijn geen beperkingen over de plaats of het tijdstip voor het gebruik van een vuurschaal.
Aanmaakhout Maak rondom de tondel een kleine piramide van aanmaakhout: kleine en dunne droge takken en twijgjes die snel vlam vatten. Laat aan de kant waar de wind vandaan komt een opening over om het vuur later aan te steken. Verzamel veel aanmaakhout, want dit verbrandt snel en je kunt er veel van nodig hebben.
Een vuur bouw je op van klein naar groot: eerst aanmaakmateriaal, dan dunne takjes, daarna wat dikkere takken. Als het vuur goed brandt, kun je er houtblokken op leggen. Zin in een broodje? Rijg een afbakbroodje aan een tak en houd deze boven het vuurtje tot je broodje een lekker bruin kleurtje krijgt.
Stukhout, gecertificeerde houtpellets (geperst houtstof), houtbriketten (geperst hout), fossiele vaste brandstoffen (steenkool) zijn wettelijk toegelaten brandstoffen. Afval en behandeld hout verbranden is sowieso verboden.
Algemene regels voor het stoken van snoeihout
Je mag het snoeihout alleen in de maanden maart en november stoken.
Het verbodsbord voor open vuur wordt toegepast als er sprake is van een verhoogd risico op brand. Met open vuur wordt elk voorwerp bedoeld dat gloeit of een vlam heeft. Voorbeelden zijn sigaret, aansteker, lasapparaat, snijbrander enz. Verbodsborden hebben een rode rand en een zwart pictogram op een witte achtergrond.
OPEN VUUR. Onder open vuur vallen onder andere kaarsen, fakkels en vuurkorven. Deze worden vaak toegepast voor de sfeer. Het is belangrijk altijd rekening te houden dat er bij open vuur kans is op brandoverslag.
In de Wet milieubeheer (artikel 10.2) staat dat het verboden is om afvalstoffen te stoken. Daarom mag iemand in een houtkachel of vuurkorf alleen onbehandeld en ongeverfd hout verbranden. Gemeenten kunnen een ontheffing verlenen als het niet om gevaarlijke afvalstoffen gaat.
Bepaalde houtsoorten
Niet alle houtsoorten zijn geschikt om te branden. Gebruik het liefst alleen onbehandeld, droog hout in de houtkachel of open haard. Bij geverfd, gebeitst, gelijmd of geïmpregneerd hout komen schadelijke stoffen vrij. Voorbeelden daarvan zijn spaanplaat of multiplex.
Het is in principe verboden om een kampvuur te maken op een openbare plek, zoals een plein of een bos. Tenzij de gemeente daar in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV, op te vragen bij je gemeente) toestemming voor geeft. Wat is dan wel een goede kampvuurplaats? De meest voor de hand liggende optie is een camping.
Hoelang mag je nog hout stoken? Zoals hierboven omschreven, mag er hout worden gestookt zolang de Europese regels niet veranderen. Wij hebben geen glazen bol, maar vooralsnog zijn er geen plannen voor een verbod op houtkachels.
Een stookverbod kan enkel worden ingesteld door het Rijk. Verder mag je geen geïmpregneerd hout, bewerkt hout, snoeihout en afval in je vuurkorf verbranden: dat is bij wet verboden. Ook mag je geen papier en karton verbranden omdat dit voor veel rook en vliegas zorgt.
Als u zich beperkt tot het gebruik van niet-chemisch behandelde pallets, kunnen ze dus inderdaad zonder risico worden verbrand. Door onbehandelde pallets te gebruiken, vermijdt u ook het risico op nare geurtjes en zwaar roet in uw afvoer.
Door met een vuursteen op een stuk ijzer of pyriet te slaan creëer je vonken. Vonken welke met behulp van goed tondel omgezet kunnen worden in vuur. Een vuurboog is een simpele maar effectieve manier om vuur te maken van spullen die je in de natuur kan vinden. Door de boog te bewegen spin je een stuk hout rond.
Overleg met uw buren
Praat eens met uw buren om te horen of zij hinder hebben van de rook. En of u iets kunt doen om de overlast te beperken. Bijvoorbeeld door bij een bepaalde windrichting het vuur uit te laten. Of door alleen op bepaalde tijden te stoken, zodat uw buren hun huis beter kunnen ventileren.
Een vuur bouw je op van klein naar groot: eerst aanmaakmateriaal, dan dunne takjes, daarna wat dikkere takken. Als het vuur goed brandt, kun je er houtblokken op leggen. Zin in een broodje? Rijg een afbakbroodje aan een tak en houd deze boven het vuurtje tot je broodje een lekker bruin kleurtje krijgt.
Het maken van vuur kan door warmte op te wekken bij de wrijving van twee oppervlakken. Bij voldoende druk en beweging gaat het hout verkolen en zelfs gloeien. Dit gloeien is meteen het begin van vuur (je gebruikt geen tondel). Er zijn twee manieren: een handboor en een vuurboog.
Met (een stukje) glas of een bril. Door het stuk glas of de bril in de zon op de tondel te richten, ontstaat een gecentreerde lichtbundel. Deze zal het sterkst zijn als je het glas dicht tegen de tondel houdt. Afhankelijk van de sterkte van de zon op dat moment, zal de tondel ontbranden.
Een gewoon vuur van brandhout heeft een temperatuur tussen de 750 en 800 graden Celsius. Een typisch haardvuur.