Het-woorden zoals het huis, het licht en het kantoor zijn allemaal onzijdig. De-woorden zijn verdeeld in mannelijke en vrouwelijke woorden. Zo is het woord regering bijvoorbeeld vrouwelijk en het woord kano mannelijk.
Zelfstandig naamwoorden met het lidwoord 'het' zijn altijd onzijdig. Hiernaar verwijs je met 'het' en 'zijn'. De-woorden zijn daarentegen mannelijk of vrouwelijk. Hiernaar verwijs je respectievelijk met 'hij' en 'hem' en met 'zij' en 'haar'.
Een bijvoeglijk naamwoord dat bij een enkelvoudig het-woord staat, krijgt een buigings-e als het wordt voorafgegaan door het lidwoord het, een aanwijzend voornaamwoord (dit, dat) of een bezittelijk voornaamwoord (mijn, je, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun).
Is het 'de pand' of 'het pand'?
Het is 'het pand', want pand is onzijdig. Als je het aanwijst is het 'dat pand'.
Stad is bijvoorbeeld mannelijk en vrouwelijk (en heeft dus twee verwijzingsmogelijkheden), gemeente is vrouwelijk. Dorp en land zijn onzijdig; dan blijven de verwijswoorden dus het en zijn.
Sommige de-woorden zijn mannelijk, bijvoorbeeld bal, film, strijd. Andere zijn vrouwelijk, bijvoorbeeld informatie, regering, gunst. Een groot aantal de-woorden kan zowel mannelijk als vrouwelijk zijn. Dat geldt bijvoorbeeld voor stad, vaas, school, deur, taal, groep en jas.
Namen van steden, gemeenten, landen, regio's en werelddelen zijn doorgaans onzijdig. Als we een lidwoord toevoegen, gebruiken we het onzijdige lidwoord het.
Om te verwijzen naar het woord tafel is zowel hem, haar als ze correct. Zaaknamen als tafel kunnen zowel mannelijk als vrouwelijk opgevat worden. Andere voorbeelden zijn bloem, lamp, deur, kaars, kaart, kast, klok, pan, sigaret, vork. In het zuiden van het taalgebied is ze het gebruikelijkst.
Het-woorden zoals het huis, het licht en het kantoor zijn allemaal onzijdig. De-woorden zijn verdeeld in mannelijke en vrouwelijke woorden. Zo is het woord regering bijvoorbeeld vrouwelijk en het woord kano mannelijk.
Waarom zeg je 'een mooi huis' (zonder -e) en 'een mooie woning' (mét -e)? Dat komt doordat woning en huis niet hetzelfde woordgeslacht hebben. Het is de woning en daarom is het een mooie woning. Maar het is het huis, en dat leidt tot een mooi huis.
woning (zn) : appartement, behuizing, domicilie, flat, honk, huis, onderdak, tehuis, thuis, verblijf, verblijfplaats, woon, woongelegenheid, woonhuis, woonplaats, woonruimte, woonst. behuizing (zn) : appartement, etagewoning, flat, huis, huisvesting, onderkomen, studio, woning, woongelegenheid.
College is dus een onzijdig woord. In dit artikel een aantal tips om het woordgeslacht van zelfstandige naamwoorden te herkennen.
Zowel de stad en haar inwoners als de stad en zijn inwoners is correct. Gebruik in één tekst wel consequent hetzelfde verwijswoord om naar hetzelfde woord te verwijzen.
Ook hebben veel mensen het idee dat er een regel bestaat die bepaalt dat organisaties vrouwelijk zijn. Maar zo'n regel heeft nooit bestaan, alleen het woord organisatiezelf is vrouwelijk. Dát iets een bedrijf, een organisatie, een vereniging is, doet er in feite niet toe.
We gebruiken het bezittelijk voornaamwoord haar om naar vrouwelijke woorden te verwijzen (de regering en haar standpunt) en het bezittelijk voornaamwoord zijn om naar mannelijke en onzijdige woorden te verwijzen (de koning en zijn besluit, het comité en zijn rapport).
Hoewel er een tendens bestaat om naar steden, landen en werelddelen te verwijzen met haar, moet er naar onzijdige woorden verwezen worden met het bezittelijk voornaamwoord zijn. Correct is dus: Venetië en zijn gondels, Frankrijk en zijn kernproeven, Europa en zijn instellingen.
(beroep) (mannelijke vorm) receptionist. «Full-time receptionist position is available in our busy practice.» Een positie als receptionist in voltijd is beschikbaar in ons drukke praktijk. (beroep) (vrouwelijke vorm) receptioniste.
Als een de-woord mannelijk is, staat er in woordenboeken en spellinglijsten een m achter. Bijvoorbeeld: boom, de (m.). Bij vrouwelijke woorden staat er een v achter, bijvoorbeeld: begroting, de (v.). Als er alleen de achter een woord staat, is het mannelijk én vrouwelijk.
Bloemen kunnen zowel eenslachtig als tweeslachtig zijn. In het eerste geval bezit de bloem enkel de mannelijke of enkel de vrouwelijke voorplantingsorganen. Er zijn dus mannelijke bloemen, welke enkel meeldraden bezitten, en vrouwelijke bloemen welke enkel een of meerdere stampers bezitten.
in de meeste gevallen wanneer het woord eindigt op: -heid, -nis, -ing, -schap, -de, -te, -ij, -st. De onderneming en haar personeel. Een paar uitzonderingen zijn: het schilderij, het waterschap, het gezelschap, het burgerschap.
Een vrijstaande woning is een wooneenheid die niet direct gekoppeld is aan een andere woning. Daarmee wijkt dit woningtype af van een tussenwoning, appartement, twee-onder-een-kap of een hoekwoning.