In de Nederlandse taal gebruiken wij het ontbijt.
Wat is het verschil tussen de en het? 'Het' is voor onzijdige woorden.'De' voor mannelijke en vrouwelijke woorden. Hoewel er regels zijn, komt het uiteindelijk vaak neer op het één voor één uit je hoofd leren van "de" en "het" woorden.
Er is geen regel die bepaalt of een woord het lidwoord 'de' of het lidwoord 'het' krijgt. Wanneer het Nederlands je moedertaal is, weet je meestal of een woord een de- of een het-woord is. Is Nederlands niet je eerste taal dan moet je dat uit je hoofd leren.
Ezelsbrug: Voorkomen van lidwoordfouten. Twijfel je nog welke woorden “de” krijgen en welke “het”? Dan kun je denken aan “de man”, “de vrouw” en “het onzijdige woord”. Mannelijke en vrouwelijke woorden krijgen namelijk “de” en onzijdige woorden combineer je met “het”.
Is het 'de avondeten' of 'het avondeten'?
Het is 'het avondeten', want avondeten is onzijdig. Als je het aanwijst is het 'dat avondeten'.
Is het de of het lunch
In de Nederlandse taal gebruiken wij de lunch.
In de Nederlandse taal gebruiken wij de rijst.
Factuur is een vrouwelijk de-woord.
Een bijvoeglijk naamwoord bij factuur krijgt altijd een buigings-e: de onbetaalde factuur, een onbetaalde factuur, onbetaalde factuur. Stuur de factuur maar naar mijn huisbaas. Ik viel achterover toen ik het bedrag op die factuur zag! Hij heeft elke factuur netjes betaald.
Is het de of het huis
In de Nederlandse taal gebruiken wij het huis.
In de Nederlandse taal gebruiken wij het bedrag.
Order kan in het Nederlands zowel een de-woord als een het-woord zijn, zowel in de betekenis 'bevel' als in de betekenis 'bestelling'. De order is gebruikelijker dan het order.
Idee kan in alle betekenissen een het-woord zijn. Specifiek in de betekenis 'filosofisch denkbeeld', 'filosofische gedachte', 'algemeen geldende gedachte' kan idee ook een de-woord zijn, maar het idee is ook in die betekenissen gebruikelijker.
We schrijven eronder aan elkaar als de combinatie een voornaamwoordelijk bijwoord is. Dat is het geval als u de combinatie kunt vervangen door het oorspronkelijke voorzetsel en een naamwoord. Na eronder kan ook een dat-zin of een beknopte bijzin volgen.
Het woord zout is gewoonlijk een het-woord, oftewel een onzijdig woord.We hebben het dan over de stofnaam-betekenis. Een stofnaam is een zelfstandig naamwoord waarmee een onbepaalde hoeveelheid van een stof wordt aangeduid. Voorbeeld van zo'n stofnaam-betekenis is: 'Het zout is weer duurder geworden'.
Alleen 'Mag ik het zout? ' geldt als juist. Zout is een onzijdig woord (een het-woord).
Een lidwoord is afhankelijk van een zelfstandig naamwoord. Bijvoorbeeld: De nieuwe fiets en het nieuwe huis.
Is het de of het slaapkamer
In de Nederlandse taal gebruiken wij de slaapkamer.
Als afkorting van curriculum vitae is cv een het-woord.
Het cv van Johan is echt indrukwekkend.
Is het de of het tuin
In de Nederlandse taal gebruiken wij de tuin.
In de Nederlandse taal gebruiken wij de mail.
Adres is een het-woord, dus het juiste lidwoord is het adres.
Bureau is een het-woord, dus het juiste lidwoord is het bureau. De bureau is fout.
Voor meer dan de helft van de wereldbevolking is rijst het belangrijkste basisvoedsel. Indonesiërs zijn de grootste rijsteters, 139 kilo per persoon per jaar. Daarbij steken Nederlanders schril af met jaarlijks 4,5 kilo per persoon. Het Europese gemiddelde ligt op 5,5 kilo.
Het kan mogelijk schadelijk zijn voor de gezondheid als je er langdurig te veel van binnenkrijgt. Het advies geldt vooral voor baby's en peuters, maar oudere kinderen en volwassenen kunnen ook te veel binnenkrijgen, als ze vaak en veel rijst en rijstproducten eten.
Het woord is ontleend aan het Maleis en duidt in die taal op rijst die nog in de aarde staat.