Denk bijvoorbeeld aan schrijven. Het evenwicht (grove motoriek) van je peuter speelt een belangrijke rol bij het schrijven (fijne motoriek). De motorische ontwikkeling is ook weer nauw verbonden met andere ontwikkelingsgebieden.
Motoriek is het kunnen bewegen. Er is een verschil in grove motoriek en fijne motoriek. Grove motoriek zijn grote bewegingen die kinderen met hun lijf maken zoals kruipen, lopen, rennen, springen, gooien of zwemmen. Fijne motoriek zijn kleine bewegingen van de hand en vingers, maar ook de tenen of mond.
Bij de fijne motoriek draait het allemaal om de fijne bewegingen: grijpen naar een speeltje, hanteren van een voorwerp, het bouwen van een torentje, een vorm in een vormenstoof doen, knoopjes dichtdoen, veter strikken, tekenen, knippen, met een lepel eten of het vasthouden van een potlood.
De grove motoriek bestaat uit grote, grove bewegingen die men met (grote delen van) het lichaam maakt, bijvoorbeeld lopen, zwemmen of schoppen.De fijne motoriek omvat de kleine bewegingen. Hiervoor gebruikt men de handen en de vingers om voorwerpen te grijpen en te manipuleren.
Denk hierbij aan schrijven, knippen, scheuren, kleien en prikken. Grove motoriek bestaat uit grote en grove bewegingen. Denk hierbij aan springen, gooien, mikken, klimmen, balanceren, fietsen en nog veel meer. In veel kleuterklassen wordt aan de fijne motoriek veel aandacht besteed in de klas.
Als je kind 3 jaar is, loopt het al veel beter. Ook leert je peuter in deze fase steeds beter om complexe bewegingen te maken zoals rennen, springen, klimmen en klauteren en met voorwerpen omgaan.
In de loop van de basisschool worden de fijne bewegingen van je kind steeds beter. Je kind leert bijvoorbeeld tekenen, schrijven, en met mes en vork eten.
Het omvat activiteiten zoals knippen met een schaar, schrijven, knoopjes vastmaken, puzzels maken, tekenen en schilderen, en het manipuleren van kleine voorwerpen zoals kralen of legoblokjes.
De grove motoriek is nu goed ontwikkeld. Hinkelen, met een bal overgooien, steppen, fietsen, springen en draaien zijn vaardigheden die kinderen op deze leeftijd veel oefenen. De fijne motoriek is nu zo ver dat je kind allerlei vormen tekent en soms zelfs al letters kan schrijven, meestal met dezelfde hand.
Fijne motoriek draait om de kleine en fijne bewegingen van de armen, handen en vingers. Op 3- tot 4-jarige leeftijd leren kinderen bijvoorbeeld zelf met een vork eten en handen wassen.Ook kunnen ze steeds beter puzzels met meer stukjes maken.
Met de fijne motoriek worden handelingen als veters strikken, knippen met een schaar, knoop losmaken of kralen rijgen bedoeld: het zijn bewegingen waar wat meer concentratie voor nodig is.
Het schrijven is een complexe taak waarbij veel gevraagd wordt van de fijn motorische vaardigheden. Bovendien spelen taal en spelling ook een grote rol, waardoor de aandacht en concentratie niet volledig op het motorische aspect kunnen worden gericht.
Deze activiteit stimuleert vooral de grove motoriek. Met het lichaam maakt het kind allerlei dansbewegingen. Daarbij houdt het rekening met de andere kinderen in de ruimte (sociaal-emotionele ontwikkeling).
Onder grove motoriek worden bewegingen bedoeld die je met heel je lichaam maakt.Zoals lopen, rennen, zwemmen, springen, fietsen, hinkelen, traplopen, gooien en vangen met ballen etc.
Ontwikkelingsgebieden stimuleren
Stimuleer tijdens deze activiteit verschillende ontwikkelingsgebieden. Tijdens het verven maakt het kind gebruik van zijn fijne motoriek. Daarnaast kan het kind zijn fantasie kwijt op papier. Hiermee stimuleer je de beeldende expressie.
De motorische ontwikkeling is het proces waarin een kind controle krijgt over de spieren en deze leert gebruiken. Vanaf de geboorte ontdekken baby's nieuwe bewegingen stap voor stap en meestal in een vaste volgorde. Als ouder kun jij je baby helpen zich veilig te ontwikkelen.
Je kind is nu op een leeftijd dat het meer gaat oefenen om bepaalde motorische bewegingen onder de knie te krijgen. Een zesjarige kan nu ongeveer tien seconden op een been staan en een kleine stuiterbal vangen. Met zeven jaar kan je kind over een balk lopen en touwtje springen.
De fijne motoriek zijn de kleinere bewegingen en handmotoriek zoals kunnen schrijven, tekenen of knutselen. Deze bewegingen worden over het algemeen later aangeleerd dan bewegingen van de grove motoriek. De fijne motoriek vraagt om aandacht en concentratie, iets wat voor een kind nog best lastig kan zijn.
Als we het hebben over de kleine motoriek, ook wel fijne motoriek genoemd, bedoelen we alle vaardigheden waarbij we nauwkeurig gebruik maken van de kleinere, fijnere bewegingen van de armen, handen en vingers. Daar is een goede oog-handcoördinatie en aansturing van de kleine lichaamsspieren voor nodig.
De verstandelijke ontwikkeling van je kind ontwikkelt zich voortdurend. Met verstandelijke of cognitieve ontwikkeling bedoelen we de ontwikkeling van het denken. Ons denken staat nooit stil en ook het denken van een kind ontwikkelt zich voortdurend. Het leert verbanden leggen , begrijpen en redeneren.
Waarom is fijne motoriek zo belangrijk? Deze fijne motorische vaardigheden zijn belangrijk voor je baby om later te gebruiken in onder andere een schoolomgeving. Ze hebben dit nodig om te leren tekenen, schilderen, schrijven, lezen en het helpt om te leren rekenen.
Enkele activiteiten die kinderen kunnen helpen om hun fijne motoriek te ontwikkelen zijn: kleuren, knippen, tekenen, verven en puzzelen. Deze activiteiten kunnen helpen bij het verbeteren van de hand-oogcoördinatie, de precisie van de bewegingen en de gripkracht van kinderen.