De aanvallen hebben een psychische oorzaak, zoals spanning, overbelasting of een trauma. Net als hartkloppingen of een hoge bloeddruk kun je PNEA zien als een uiting van emoties of spanningen.
Een aanval kan komen door spanning, stress en slaaptekort. Meestal is er geen duidelijke aanleiding. Het is niet mogelijk om na één aanval te zeggen of u epilepsie heeft. Vraag de mensen in uw omgeving goed op te letten als u weer een aanval krijgt.
Epilepsie is een aandoening waarbij aanvallen voorkomen. Die aanvallen ontstaan door een plotselinge, tijdelijke verstoring van de elektrische prikkeloverdracht in de hersenen. Epilepsie kent verschillende vormen en ook verschillende soorten aanvallen.
De aanvallen verdwijnen vanzelf naarmate kinderen ouder worden. Rolandische epilepsie stopt altijd. Bij 20 procent van de kinderen die absence epilepsie heeft, gaat dit later over in een andere vorm van epilepsie.”
Patiënten kunnen aanvallen hebben die sterk op epileptische aanvallen lijken, maar dat niet zijn. Zulke aanvallen laten dan geen elektrische ontladingen in de hersenen zien.
En Glut1-deficiëntie? Ik legde uit dat deficiëntie een soort ziekte is die je hebt. Het heeft met suiker in je hersenen te maken, dat dat niet helemaal goed gaat en dat je daar epilepsie van kunt krijgen of aanvallen. Het probleem zit in de suiker, die komt niet in je hersenen.
Na een epileptische aanval kan de betrokkene kortdurend verward zijn of klachten hebben van vermoeidheid, hoofdpijn, spierpijn of een tijdelijk verminderde functie van een arm en/of been.
Slaaptekort verhoogt het risico van epilepsieaanvallen. Werkbelasting en stress te beperken. Stimulerende middelen zoals koffie, alcohol, drugs en lawaai te mijden.
Er is lang niet altijd een afwijking in het EEG te zien. Dat komt omdat een EEG-onderzoek een momentopname is. Op het moment van de meting is in de hersenen vaak geen epileptische activiteit te zien. Daarom moet de EEG-meting soms een paar keer worden herhaald.
Epilepsie leidt niet bij iedereen tot gedragsproblemen, gedragsproblemen komen ook voor zonder epilepsie en gedragsproblemen bij epilepsie kunnen ook voorkomen bij mensen zonder een verstandelijke beperking. Tenslotte is er niet veel bekend over probleemgedrag voorafgaand aan, tijdens of na een aanval.
Als je jarenlang veel aanvallen hebt, kan het geheugen minder goed gaan werken. Dat risico is groter bij mensen met epilepsie die aanvallen hebben door een hersenbeschadiging. De kans op geheugenstoornissen is groter als de aanvallen ontstaan vanuit de temporaalkwab ook wel slaapkwab genoemd.
Een gewone aanval duurt doorgaans maximaal 4 minuten en gaat vanzelf over. Duurt de aanval langer dan 5 minuten, dan noemt men dit een langdurige epileptische aanval. Een status epilepticus is een aanval die langer dan 10 minuten aanhoudt. Het herstel na een gewone epileptische aanval is meestal volledig.
Veel alcohol drinken wordt sterk afgeraden. De combinatie van alcohol en bijvoorbeeld weinig slaap en onregelmatiger leven, kan bij sommige mensen met epilepsie aanvallen veroorzaken. Plotseling stoppen met alcohol bij mensen die altijd veel alcohol drinken, kan er sneller een epleptiche aanval ontstaan.
Roken vergroot de kans op een epileptische aanval niet. Wel bestaat het risico dat iemand tijdens een aanval met bewustzijnsverlies een sigaret of sigaar uit zijn hand laat vallen en zo brand veroorzaakt. Stress en hevige emoties kunnen aanvallen uitlokken bij mensen die daar gevoelig voor zijn.
Hoe kun je het herkennen? De precieze symptomen zijn afhankelijk van de plaats waar de epileptische overprikkeling van de hersenen zich bevindt. Vaak zal de persoon zich niets herinneren van de epileptische aanval, maar kunnen omstaanders de aanval goed omschrijven.
Enkele uitlokkende factoren zijn: Overmatig alcohol-, drugs- en medicijngebruik. Dit kan gelden bij zowel langdurig alcoholmisbruik als bij éénmaal veel te veel drinken. Een overdosis drugs of medicijnen – bijvoorbeeld antidepressiva en amfetamines – kan ook een aanval uitlokken.
Soorten aanvallen en oorzaken
Epilepsie is een aandoening van de hersenen waarbij aanvallen optreden. Er zijn verschillende soorten epileptische aanvallen. Er zijn ook aanvallen die op epilepsie lijken, maar het niet zijn. Zoals wegrakingen door flauwvallen, of psychogene niet-epileptische aanvallen.
Als je epilepsie hebt, is een deel of zijn delen van je hersenen onbedoeld en onverwachts actief. Dat gebeurt in de vorm van aanvallen. Een epileptische aanval (insult) ontstaat als een groep hersencellen ongecontroleerd en ongevraagd prikkels gaat afgeven en doorsturen.
Epileptische aanvallen zijn grofweg onder te verdelen in drie typen, namelijk focale aanvallen (voorheen partiële aanvallen genoemd), gegeneraliseerde aanvallen en aanvallen met een (vooralsnog) onbekend begin.
Bijvoorbeeld als je in bad gaat of gaat zwemmen. Zorg dat er dan in ieder geval iemand in de buurt is. Vermijden van gevaarlijke situaties; zoals vissen aan de waterrand, hoog klimmen in een klimrek, alleen fietsen naar school. Alledaagse situaties kunnen gevaarlijk zijn voor kinderen met epilepsie.
De meeste mensen met epilepsie slikken medicijnen tegen de aanvallen. Als die niet helpen, word je soms geopereerd. Ook zijn er behandelingen mogelijk. Bij ongeveer 70% van de patiënten helpen medicijnen om de aanvallen te voorkomen.
Wat te doen bij een epileptische aanval
Iemand een epilepsie-aanval zien krijgen, kan erg beangstigend zijn. Over het algemeen kunt u het beste de volgende maatregelen nemen: • Blijf kalm. Verplaats de persoon met de epilepsie-aanval niet. Probeer de persoon niet te doen stoppen met bewegen of schudden.
De ziekte is progressief, wat betekent dat de klachten in de loop van de tijd toenemen. Hoe de ziekte zich ontwikkelt, is onzeker. De levensverwachting is sterk verkort. Kinderen overlijden vaak als gevolg van een complicatie zoals een longontsteking of hartproblemen.
Sommige kinderen hebben 's nachts continu epileptische activiteit in hun hersenen, terwijl ze overdag slechts zelden of nooit epileptische aanvallen hebben. Deze vrij onzichtbare vorm van epilepsie wordt het ESES syndroom genoemd. Als gevolg hiervan ontwikkelen kinderen vaak leer- en gedragsproblemen.