Een combinatie tussen Natuur & Gezondheid en Natuur & Techniek wordt gezien als het meest prestigieuze profiel, maar 'helaas' niet voor iedereen bereikbaar. Cultuur & Maatschappij wordt afgedankt als pretpakket, het afvoerputje, het profiel voor de luie vwo-leerling, die eigenlijk beter HAVO had kunnen doen.
Een pretpakket is een pejoratieve benaming voor een vakkenpakket op de middelbare school dat vaak weinig exacte vakken bevat. Een pretpakket werd voornamelijk door mensen gekozen die de nadruk legden op de talen en andere niet-exacte vakken, zoals geschiedenis en aardrijkskunde.
Je kunt kiezen tussen de vier profielen Cultuur en Maatschappij (C&M), Economie en Maatschappij (E&M), Natuur en Techniek (N&T) en Natuur en Gezondheid (N&G).
Onder vwo-leerlingen ligt het aantal spijtoptanten het hoogst onder leerlingen met economie 1. Van hen zegt 15% spijt te hebben van de keuze van dat vak. Net als op de havo heeft 15% van de vwo-leerlingen spijt van de keuze van scheikunde.
Economie en maatschappij is het meest gevolgde profiel door havo-geslaagden, zowel door jongens als meisjes. Daarna volgt het profiel Natuur en gezondheid, dit profiel wordt door meer meisjes dan jongens gekozen. Natuur en techniek wordt juist vaker door jongens gevolgd.
Wiskunde C is de makkelijkste wiskunde van de vier. Het moeilijkst is D, daarna B, daarna A en als makkelijkst C. Wiskunde C kan je kiezen als je wel graag wiskunde wilt hebben, maar als je er veel moeite mee hebt. Je hebt dan wel het gevoel dat je wiskunde hebt maar je hoeft jezelf er niet heel erg voor uit te sloven.
Wiskunde B: "Veel exact berekenen"
Het vak wiskunde B is het meest geschikt voor scholieren die een bèta vervolgstudie willen gaan volgen zoals natuurkunde, econometrie of biologie. Binnen wiskunde B werk je vooral veel met grafieken en algebra.
Met je VWO NG-profiel word je bij het meerendeel van de HBO-opleidingen toegelaten. Wilde je bijvoorbeeld scheikunde studeren op WO-niveau dan kun je als alternatief op HBO-niveau kiezen voor de studie Biologie & Medisch Laboratoriumonderzoek. Eventueel kun je na je bachelor nog een master op WO-niveau gaan doen.
Op het vwo was een combinatie van de profielen Natuur & Techniek en Natuur & Gezondheid met 36 procent het meest gekozen profiel.
Je kunt kiezen tussen de vier profielen Cultuur en Maatschappij (C&M), Economie en Maatschappij (E&M), Natuur en Techniek (N&T) en Natuur en Gezondheid (N&G).
Veel havo- en vwo-scholieren kiezen wiskunde A, B of C en dit vak hoort altijd bij de kernvakken. Sommige scholieren hebben echter ook wiskunde D. Wiskunde D is altijd een keuzevak en hoort daarom NIET bij de kernvakken. Op de havo is wiskunde geen verplicht vak wanneer je het profiel C&M kiest.
Er zijn vier profielen waar je uit kan kiezen: Cultuur en Maatschappij, Economie en Maatschappij, Natuur en Gezondheid, en Natuur en Techniek. Om de beste profielkeuze te maken, zal je moeten kijken naar welke onderwerpen en vakken jou het meest interesseren en in welke vakken jij goed bent.
Belemmeringen voor de doorstroom havo-vwo
In het havo-profiel cultuur en maatschappij (CM) is wiskunde niet verplicht. Op het vwo maakt wiskunde deel uit van ieder profiel, ook CM. Doorstromers met een CM-profiel zullen dus alsnog examen in wiskunde moeten doen.
Vooral als je wiskunde echt heel moeilijk vindt, is wiskunde A de beste optie voor jou. Lukte dat vak in de onderbouw best aardig, ga dan voor wiskunde B. Met die variant word je namelijk op veel meer opleidingen toegelaten. Je beperkt jezelf met wiskunde B dus minder in je keuzevrijheid dan met wiskunde A.
Wiskunde a en Wiskunde b
Bij Wiskunde a gaat het vooral om statistiek en kansberekening. Dit kunt u nodig hebben voor een vervolgopleiding. U leert hier onder andere ook hoe functies en grafieken werken. Het gaat erom op een wiskundige manier bezig te zijn en een wiskundig inzicht te krijgen.
Op de meeste scholen wordt wiskunde B aangeraden voor natuurkunde. De belangrijkste reden hiervoor is dat je voor natuurkunde hetzelfde soort logisch denken nodig hebt dat je ook bij wiskunde B gebruikt. Degene die goed zijn in wiskunde B hebben vinden natuurkunde (meestal) niet moeilijk.
Wiskunde C kan alleen gekozen worden in het profiel C&M en bereidt voor op universitaire studies in de sociale, juridische, en taal- en gedragswetenschappen.
Bij het vak wiskunde A leer je over veel verschillende wiskundige onderwerpen. Zo is er domein B, waar je leert over algebra en tellen. Domein C gaat in zijn geheel over verbanden. Andere onderwerpen die belangrijk zijn gaan bijvoorbeeld over raaklijnen en hellinggrafieken.
Dat kan, maar niet altijd. Sommige vakken zijn verplicht in een bepaald profiel (heb je een EM- of CM-profiel dan moet je bijvoorbeeld geschiedenis doen en heb je een NT- of NG-profiel dan moet je scheikunde doen). Andere vakken kunnen wel inwisselbaar zijn.
Iedereen kan wiskunde leren! Methodiek is ook enorm belangrijk en iets dat we allemaal kunnen verbeteren om zo onze relatie met wiskunde een beetje meer liefdevol te maken. De lesmethode is de manier van lesgeven, die moet aansluiten op de leerstijl van een leerling, wat de manier is waarop iemand iets leert.