De Cito-score mag voor het voortgezet onderwijs niet meer doorslaggevend zijn. Voorheen bepaalden middelbare scholen aan de hand van de Cito-score in welke klas en op welk niveau leerlingen geplaatst werden.
Cito-eindtoets
Sinds 2014 is het basisschooladvies bindend en leidend bij de overstap naar het voortgezet onderwijs. Dit betekent dat een leerling zich met dit advies aanmeldt bij een middelbare school. Pas nadat de plaatsing bekend is, maken leerlingen de wettelijk verplichte Centrale Eindtoets.
De eindtoets meet de kennis en vaardigheden van een leerling. Terwijl de leerkracht in zijn of haar advies ook andere aspecten als werkhouding en motivatie meeweegt. Het schooladvies van de leerkracht weegt het zwaarst.
In groep 8 krijgen leerlingen een schooladvies. Dit advies bepaalt op welk niveau een leerling zich mag inschrijven op een school voor voortgezet onderwijs. De basisschool baseert het schooladvies op toetsresultaten, de sociaal emotionele ontwikkeling, werkhouding, motivatie en gedrag.
De scores voor begrijpend lezen en rekenen tellen het zwaarst mee voor het schooladvies. Dit omdat begrijpend lezen bij de meeste vakken in het voortgezet onderwijs belangrijk is en omdat rekenen de basis is van wiskunde, maar ook belangrijk is bij de andere bètavakken.
Hoeveel fouten er gemaakt kunnen worden om toch de maximale score te halen, verschilt per jaar. Hiervoor worden de scores van alle leerlingen met elkaar vergeleken en op basis van daarvan wordt de schaalverdeling gemaakt. Meestal kan een kind maximaal rond de twaalf antwoorden fout beantwoorden om toch 550 te scoren.
Conclusie. De middelbare school waar uw kind naartoe gaat bepaalt het niveau van uw kind door middel van een toelatingsexamen, proefklasse, onderzoek van de basisschool en/of psychologisch onderzoek. Meestal is dit een combinatie van de Citotoets en het advies van de leerkracht van groep 8.
Plaatsing in een gymnasiumbrugklas gebeurt alleen op wens van de ouders/leerling, anders wordt geplaatst in een atheneum/havo brugklas. Citoscore 545 <> 547, schooladvies: twijfel gymnasium.
Een advies voor het voortgezet onderwijs kan enkelvoudig zijn: vmbo-b, vmbo-k, vmbo-gt, havo, vwo; of dubbel, met twee aan elkaar grenzende schooladviezen: vmbo-b/k, vmbo-k/gt, vmbo-gt/havo, havo/vwo. Een advies dat uit meer dan twee niveaus bestaat is niet toegestaan.
De Cito-score dient als onderbouwing voor het eindadvies van de leerkracht. Vaak komt de score overeen met het advies, maar in sommige gevallen scoren kinderen lager of hoger dan verwacht. Als jouw kind lager scoort dan het gegeven advies van de leerkracht is dat gelukkig niet erg.
Voor de maximale score van 550 moest een leerling 20 fouten of minder maken (van in totaal 220 taal- en rekenopgaven). Bij deze score adviseren scholen het vwo-niveau. Deze leerlingen scoren dan een A+ score of een I+ score.
Voor rekenen beheerst 45 procent van de leerlingen het 1S-niveau. Het percentage leerlingen dat de referentieniveaus beheerst, verschilt per school.
Ga in gesprek met de middelbare school
Het schooladvies is leidend. Maar u kunt met de middelbare school in gesprek gaan. In de praktijk volgen de meeste scholen het advies van de basisschool op, maar het komt ook voor dat zij akkoord gaan met een andere plaatsing.
De CITO-score voor de eindtoets is een cijferscore tussen de 500 en de 550. Een leerling met een score van 535 kan waarschijnlijk naar de HAVO. Als de score boven de 545 ligt, dan kan de leerling waarschijnlijk naar het VWO. De CITO-score is een richtlijn bij het advies dat de school geeft aan de ouders.
Ook als het om een 'half' schoolniveau gaat. Bijvoorbeeld: een havo-advies wordt een havo/vwo-advies, als dat het advies is vanuit de eindtoets. Met dit definitieve schooladvies kan een leerling naar een havo/vwo-middelbare school.
Er was één leerling die alle taal en rekenopgaven van de Centrale Eindtoets 2019 goed had. In 2019 behaalden 3.621 leerlingen in het reguliere basisonderwijs de hoogst mogelijke standaardscore (550). Dat is bijna 4,2% van de leerlingen die de Centrale Eindtoets hebben gemaakt.
Alle leerlingen van groep 8 maken de eindtoets. Dit geldt voor leerlingen in het regulier onderwijs, speciaal onderwijs en speciaal basisonderwijs. Deze eindtoets meet de kennis die leerlingen hebben van taal en rekenen.
De uitslag van de Cito-toetsen groep 7
In groep 7 kun je al een goede vergelijking maken met de vorige scores van je kind. Je kunt dan zien in hoeverre je kind vorderingen heeft gemaakt. Gaat hij in dezelfde ontwikkellijn verder? Of zie je een vooruitgang of misschien wel een achteruitgang in de resultaten.
Het belangrijkste verschil tussen basis- en kaderberoepsgericht is het niveau waarop de lesstof wordt aangeboden. Met de basisberoepsgerichte leerweg kun je naar niveau 2 van het mbo. De kaderberoepsgerichte leerweg geeft je toegang tot niveau 3 of 4 van het mbo.
Het laagste niveau van het voortgezet onderwijs is het praktijkonderwijs. Dit onderwijs is speciaal voor jongeren die het moeilijk vinden om een diploma te behalen in het 'reguliere' voortgezet onderwijs. Het halen van een diploma op vmbo niveau is voor veel praktijkonderwijs leerlingen te hoog gegrepen.
Met een havo-diploma kan een leerling doorstromen naar het vwo. Hiervoor geldt geen doorstroom-eis. Maar als er geen plek is bij de vwo-afdeling, dan mag de school de leerling weigeren. De regels voor zittenblijven in vwo-5 zijn voor alle leerlingen gelijk, ook voor leerlingen die vanuit havo zijn ingestroomd.
„Vooral de vierde klas havo staat al jaren als probleemklas bekend. Daar blijven de meeste leerlingen zitten. Onderzoeken hiernaar hebben nooit keiharde oorzaken aangewezen, maar in de onderwijswereld worden wel steeds dezelfde verklaringen genoemd.”
Iedere letter geeft een bepaald resultaat aan, waarbij geldt, dat A het hoogste niveau is en E het laagste niveau. Niveau B: gemiddeld tot goed (volgende 25%); percentiel 51 t/m 75. Niveau C: zwak tot gemiddeld (volgende 25%); percentiel 26 t/m 50.
Iedere leerling die de Centrale Eindtoets heeft gemaakt, krijgt een standaardscore op een schaal van 501 tot en met 550. Op basis hiervan krijgen de leerlingen het best passende brugklastype geadviseerd.