Wanneer er een risico is op de vorming van urinezuurstenen, wordt geadviseerd voorzichtig te zijn met alcoholconsumptie. Alcohol remt de uitscheiding van urinezuur door de nieren, waardoor deze neer kan slaan en tot kristalvorming kan leiden.
De nieren en alcohol
Als je alcohol drinkt gaan je nieren harder werken. Je moet vaker en meer plassen en verliest dus meer vocht dan normaal. Zo loop je meer kans op uitdroging. Als je veel alcohol drinkt en je lever raakt overbelast, dan kan je lever de giftige stoffen die in alcohol zitten niet goed afbreken.
Drink zo min mogelijk mineraalwater met bicarbonaat (HC03) en weinig natrium, citrus drank (verdunnen met water). Mineraalwater, nier/blaasthee, kruidenthee en fruitthee mag u gewoon drinken. Drink maximaal twee koppen koffie en zwarte/groene thee per dag. Drink geen suikerrijke dranken en alcohol.
Dit komt door te weinig drinken, diarree of overmatig zweten; • Een te hoge uitscheiding van mineralen door de nieren waardoor de kans op steenvorming groter is. Voorbeelden zijn: calcium, oxalaat en urinezuur; • Gebruik van bepaalde medicijnen; • Veel eiwitten (vlees) eten; • Veel zout eten.
Het belangrijkste medicijn bij een niersteenaanval is een sterke pijnstiller, zoals diclofenac of naproxen. Vaak krijgt u eerst een prik met een pijnstiller omdat dit snel werkt. Daarna krijgt u meestal zetpillen. Zetpillen werken namelijk beter dan tabletten als u misselijk bent of overgeeft bij nierstenen.
Gebruik zo min mogelijk voedingsmiddelen die veel oxaalzuur bevatten. Vooral spinazie en rabarber bevatten veel oxaalzuur. Andere producten met veel oxaalzuur zijn: bieten, noten, chocola (cacao), peterselie, zwarte en vruchtenthee, ijsthee, boerenkool, knolselderij, pastinaak, postelein, zuring en cola.
Voedingsmiddelen met veel calcium zijn melk, kaas, yoghurt, groene bladgroenten en sinaasappels. Water lijkt misschien vanzelfsprekend, maar het is uiterst belangrijk bij het uitscheiden en voorkomen van nierstenen.
Soms zit een steentje rustig in een hoekje in de nier en groeit niet. Kleine steentjes, kleiner dan 5 millimeter, worden vaak vanzelf uitgeplast. Na 2 maanden is 90% weg.
De nieren zijn betrokken bij de aanmaak van nieuwe rode bloedcellen. Bij nierschade kan een tekort aan rode bloedcellen ontstaan. Dit heet bloedarmoede. Door de bloedarmoede kunt u zich (extra) moe en lusteloos voelen.
Percutane nefrolitholapaxie - Als de niersteen in de nier te groot is of niet met de niersteenvergruizer te vergruizen is, bestaat een kijkoperatie via de huid tot de mogelijkheden (zie folder 'Behandeling van een grote steen in de nier'). Tijdelijke katheter - Soms lukt het niet meteen om een steen te verwijderen.
De pijn ontstaat vaak pas wanneer een niersteen vast komt te zitten. Vaak begint het met een vage, weinig opvallende pijn in de onderrug (flanken). Geleidelijk wordt de pijn feller en komt in steeds hevigere aanvallen, meestal aan de zijkant van de buik.
Klachten bij niersteenaanval
Niersteenkoliek: acuut hevige "krampende" pijn in de flank, in aanvallen, uitstralend naar de lies. Bewegingsdrang en onrust: patiënt kan niet stil zitten of liggen. Misselijkheid en braken. Bloed in de urine, soms alleen onder de microscoop zichtbaar.
Het drinken van water zou daarom in theorie gunstig kunnen zijn. Dit is echter nooit in de praktijk getest. Zekerheidshalve is het advies daarom dorst te voorkomen en ongeveer 2 tot 3 liter water per dag te drinken. Cafeïne zit in veel voedingsmiddelen.
De nieren zijn belangrijke organen. Ze kunnen meten of het lichaam voldoende, te veel, of te weinig vocht heeft. Is er te veel vocht in het lichaam, dan maken ze veel urine en als er een tekort is, dan maken ze maar weinig urine aan. Veel drinken betekent dus ook veel plassen.
In Nederland is de alcoholrichtlijn maximaal één glas per dag voor zowel mannen als vrouwen (dit is over het algemeen wat strenger dan in andere landen). Bij matige hoeveelheden is er over het algemeen geen schade aan de gezondheid te verwachten en kan alcoholconsumptie zelfs gunstige gezondheidseffecten hebben.
Een vastzittende steen kan een felle krampachtige pijn veroorzaken. Dit kan gepaard gaan met bewegingsdrang (niet stil kunnen zitten) en misselijkheid. Dit wordt ook wel koliekpijn genoemd. Vaak zit er ook bloed in de urine.
Gezonde voeding voor de nieren zijn vooral rode paprika, groene kool, bloemkool, knoflook of knoflookpoeder, ui, appels, cranberry, bosbessen, frambozen, aardbeien, kersen, (vette) vis, rode druiven en olijfolie. Nieren liggen aan de rugzijde van je lichaam, boven de taillelijn.
De koliekpijn is vaak zo hevig dat u ook misselijkheid bent. Daarom zal de arts de pijnstillers meestal in de vorm van zetpillen voorschrijven. Voorbeelden zijn diclofenac, metamizol en naproxen. Metamizol krijgt u via een injectie en het wordt gebruikt als andere ontstekingsremmende pijnstillers onvoldoende werken.
Gebruik bij pijn paracetamol. Bespreek het met uw arts als paracetamol niet genoeg helpt. Gebruik géén ibuprofen, diclofenac of naproxen. Die kunnen nierschade erger maken.
Hoe ontstaat een niersteen? Een niersteen ontstaat als gevolg van een overmatige concentratie van bepaalde stoffen in de urine. Meestal gaat het om samenstellingen op basis van calcium of urinezuur.
Van paracetamol (het werkzame bestanddeel in pijnstillers zoals bijv. Dafalgan) is nooit bewezen dat het schadelijk zou zijn voor de nieren.
In Nederland hebben ongeveer 2 miljoen mensen chronische nierschade. Dit is in veel gevallen het gevolg van hoge bloeddruk of diabetes. Daarnaast kan teveel zout eten leiden tot nierschade.
Nierstenen kunnen behoorlijke zeurende pijnklachten geven. En ze kunnen pijnaanvallen (koliekpijnen) veroorzaken. Koliekpijn ontstaat wanneer een niersteen vanuit de nier de urineleider inschiet en daar blijft steken. Doordat de steen vastzit in de urineleider, kan de urine niet goed worden afgevoerd.