Cognitieve stoornissen kunnen verschillende oorzaken hebben: ouder worden. stemmingsstoornissen zoals burn-out. ontwikkelingsstoornissen zoals ADHD.
Volwassenen met ADHD hebben beperkingen in alle cognitieve domeinen, zoals aandacht, retrospectief geheugen, prospectief geheugen en executief functioneren.
Problemen in het denken worden ook wel cognitieve problemen (of cognitieve stoornissen) genoemd. Hieronder vallen onder andere problemen met aandacht en concentratie, geheugen en planningsvaardigheden. Hierbij worden enkele praktische tips genoemd om met dergelijke problemen om te gaan.
Veel volwassenen en kinderen met ADHD hebben nooit significante gedragsproblemen gehad; ze hebben moeite om hun aandacht te richten op noodzakelijke taken en om het werkgeheugen effectief te gebruiken, waardoor ADHD een cognitieve stoornis is, een ontwikkelingsstoornis van uitvoerende functies (EF's) - het zelfmanagementsysteem van de ...
ADHD is een ontwikkelingsstoornis waarbij je kind impulsief, druk (hyperactief) en onoplettend gedrag kan vertonen. Deze gedragingen zorgen voor hinder of problemen in het dagelijkse leven (thuis, op school, vrije tijd) en hebben dus een negatieve invloed op het functioneren van je kind.
ADHD wordt in de DSM-5 tot de neurobiologische ontwikkelingsstoornissen gerekend en verwijst naar een hardnekkig patroon van onoplettendheid en/of hyperactiviteit-impulsiviteit dat het dagelijkse functioneren of de ontwikkeling in significante mate belemmert.
ADHD is een neurologische ontwikkelingsstoornis die onoplettendheid, hyperactiviteit en impulsiviteit kan veroorzaken. Mensen met ADHD kunnen rusteloos lijken, een korte aandachtsspanne hebben en zich moeilijk concentreren, en kunnen impulsief of roekeloos handelen.
Er is een hypothese geopperd dat leeftijdsgebonden cognitieve achteruitgang kan overlappen met reeds bestaande tekorten bij oudere ADHD-patiënten, wat leidt tot meer problemen bij het beheren van dagelijkse activiteiten. Dit fenomeen kan neurodegeneratieve aandoeningen nabootsen, met name milde cognitieve stoornis (MCI).
Hoewel ADHD geen invloed heeft op je intelligentie, blijven je (cognitieve) prestaties vaak achter. Omdat taken vaak niet lukken, kan dit leiden tot frustraties en een negatief zelfbeeld. Voor kinderen is het op school moeilijk om stil te zitten en voldoende concentratie voor opdrachten op te brengen.
Attention Deficit Hyperactivity Disorder (ADHD) is een neurologische ontwikkelingsstoornis die wordt gekenmerkt door symptomen van onoplettendheid, impulsiviteit en hyperactiviteit [1], die gepaard gaat met tekorten in een aantal functionele domeinen, waaronder cognitie, taal en sociaal gedrag [2–5].
Cognitieve beperkingen omvatten aandoeningen zoals afasie, autisme, aandachtstekortstoornis, dyslexie, dyscalculie en geheugenverlies .
MCI is de term die gebruikt wordt wanneer iemand klachten heeft over het geheugen of een andere cognitieve functie zoals aandacht, taalgebruik of oriëntatie. Bij onderzoek is een stoornis in een van deze functies vastgesteld, maar is er (nog) geen sprake van dementie.
Een cognitieve stoornis (ook wel verstandelijke beperking genoemd) is een term die wordt gebruikt wanneer iemand bepaalde beperkingen heeft op het gebied van geestelijk functioneren en vaardigheden zoals communicatie, zelfredzaamheid en sociale vaardigheden.
Onderzoek laat nog iets anders zien: in de hersenen van kinderen en jongeren met ADHD is een scheve verhouding tussen de neurotransmitters dopamine en noradrenaline. Dopamine heb je nodig om denkprocessen te plannen, doelgericht te handelen en je emotie en motivatie in goede banen te leiden.
ADHD is een neuro-ontwikkelingsstoornis , wat betekent dat het de ontwikkeling van een persoon beïnvloedt, en zijn psychologie en gedrag verandert. Volwassenen en kinderen met ADHD vertonen verschillen in hun hersenen vergeleken met mensen met een normale ontwikkeling. Ze hebben ook meer kans op andere neuro-ontwikkelingsstoornissen.
U kunt dan denken aan: vergeetachtigheid, vergeten welke dag het is of niet op woorden kunnen komen, problemen niet kunnen oplossen, verstoring van het dag- en nachtritme, verdwalen, zichzelf en het huishouden niet meer verzorgen en apathie. Deze problemen kunnen verschillende oorzaken hebben.
Er is ook gerapporteerd dat kinderen met ADHD de neiging hebben om een ongeveer 9 punten lagere intelligentiequotiënt (IQ) score te hebben dan kinderen zonder de diagnose [7]. Niettemin toont de literatuur de mogelijkheid aan van zowel ADHD als een hoog IQ.
Veel mensen met ADHD hebben last van vermoeidheid. Alles kost veel moeite en energie. Dit kan vervolgens erger worden door slaapproblemen. Bij ADHD komt dit heel vaak voor.
Hoogbegaafdheid en AD(H)D kunnen ook samen voorkomen. Hoogbegaafde kinderen kunnen door een hoge intelligentie veel compenseren, waardoor ADHD soms minder snel opvalt en deze diagnose pas laat gesteld wordt. Andersom geldt echter ook dat hoogbegaafdheid minder snel opvalt bij kinderen met ADHD.
Klinische observaties en onderzoek suggereren dat ADHD bij volwassenen lijkt op sommige cognitieve symptomen van dementie (bijvoorbeeld geheugenverlies). Niettemin wordt ADHD onderschat in gespecialiseerde klinieken voor ouderen met een focus op dementie.
Autisme, tic- en leerstoornissen
Een kind met ADHD heeft 20-50 % kans op comorbideautisme, waarschijnlijk door een gedeelde genetische factor. Tic-stoornissen komen bij 10-20% van de ADHD-kinderen voor. Dit percentage neemt af in de volwassenheid.
Attention-deficit/hyperactivity disorder (ADHD) is een van de meest voorkomende psychische stoornissen bij kinderen. Symptomen van ADHD zijn onder andere onoplettendheid (niet kunnen focussen), hyperactiviteit (overmatige beweging die niet past bij de setting) en impulsiviteit (haaste handelingen die in het moment plaatsvinden zonder na te denken).
Door middel van het maken van een EEG kunnen we zien of er sprake is van klachten die overeenkomen met ADHD of ADD. Ook de verschillen tussen ADD of ADHD zijn goed aan te tonen in het brein. Tijdens de intake maken we een hersenscan met EEG-cap met 19 sensoren die eenvoudig op het hoofd geplaatst wordt.
Volgens verschillende onderzoeken lijken mensen met ADHD een verminderd totaal hersenvolume te hebben . Daarnaast hebben sommige onderzoeken een verdunning van de hersenschors aangetoond, wat de buitenste laag van de hersenen is.
Zorg voor een rustig plekje waar iemand even heen kan als het hoofd te vol voelt. Of ga lekker samen naar buiten en raak energie kwijt met spelen of sporten. Maak duidelijke afspraken, bijvoorbeeld als je samen gaat werken.