We speken van anorexia als iemand consequent het lichaamsgewicht op of onder de 85% houdt van het gewicht dat normaal verwacht mag worden. Bij volwassenen komt dit neer op een Body Mass Index (BMI) van maximaal 17,5. Eten en gewicht zijn een obsessie voor je.
De APA-richtlijn beschrijft dat bij het starten van de behandeling of bij starten van gewichtstoename 30-40 kcal per kg lichaamsgewicht per dag (gemiddeld 1000-1600 kcal/dag) wordt gehanteerd. Vervolgens wordt dat opgehoogd tot 70-100 kcal/kg/dag.
De symptomen van anorexia
Als je de volgende symptomen herkent bij jezelf – of iemand in je omgeving – kan het zijn dat er sprake is van anorexia nervosa: Je hebt een normaal of te laag lichaamsgewicht, maar vindt jezelf toch te dik.
Anorexia kun je herkennen aan de volgende verschijnselen: Je bent erg bang om aan te komen of dik te worden. Je twijfelt aan jezelf en aan je lichaam; je bent heel onzeker. Je hebt een verstoord beeld van je lichaam: ook al ben je heel dun, je ziet een dik iemand als je in de spiegel kijkt.
Iemand met anorexia nervosa kent net zoals iedereen het 'hongergevoel', maar onderdrukt dit gevoel op verschillende manieren. Het verlangen om mager te zijn overheerst bij iemand met anorexia nervosa. Tevens speelt er een angst om 'dik' te zijn of te worden.
Voor het vaststellen van ondervoeding wordt voor volwassenen tot 70 jaar een BMI grens van minder dan 20 en voor 70 jaar en ouder een BMI grens van minder dan 22 gehanteerd, in combinatie met een tekort aan voedingsstoffen of ziekte.
Bij anorexia vermager je meestal, terwijl je gewicht bij boulimia dikwijls niet veel verandert. Bij boulimia wisselen diëten, eetbuien en braken of laxeren elkaar af. Tijdens een eetbui eet je in een korte tijd overmatig veel. Hierna voel je je vaak schuldig.
Er werd gekeken naar verbanden tussen BMI en sterfgevallen met verschillende oorzaken. Mensen van alle leeftijden met ondergewicht (een BMI van 18,5 of lager) bleken 1,8 keer zo veel kans op overlijden te hebben als mensen met een gezond gewicht (een BMI tussen 18,5 en 25,9).
Er worden 2 types anorexia onderscheiden: het beperkende type en het purgerende type. Bij het beperkende type anorexia ligt de nadruk op het onder controle houden van het gewicht door (te) weinig te eten en overmatig te sporten. Het purgerende type staat ook wel bekend als het gemengde type.
De belangrijkste symptomen van anorexia
Je eet veel minder dan je nodig hebt en/of beweegt overdreven veel met als doel gewichtsverlies. Vaak ben je daardoor erg mager. Je hebt extreme angst om dik te worden of aan te komen. Je lichaamsbeeld is verstoord.
Blijvende gevolgen van anorexia
Als vrouw heb je grotere kans op complicaties bij de geboorte van je kinderen. Langdurig ondergewicht kan er voor zorgen dat je onvruchtbaar wordt. Kinderen met anorexia kunnen in lichaamsgroei en seksuele ontwikkeling achterblijven.
Herken de kenmerken van anorexia
– Je hebt dwangmatige en obsessieve gedachten; je wil alles rondom voeding onder controle houden. Je hebt obsessieve gedachten over (niet) eten, dik zijn, blijven of aankomen. Vaak gaat dit samen met het gebruik van laxerende middelen, braken, dieetpillen en detox-producten.
Je dikke darm heeft voedingsvezels nodig om goed te kunnen functioneren. Als je onvoldoende voedingsvezels eet kan dat leiden tot darmklachten zoals winderigheid, harde ontlasting en een opgeblazen gevoel. Ook kun je last krijgen van verstopping of juist van diarree.
Aangezien 1 kilo circa gelijk staat aan 7700 calorieën (kcal) zou je in theorie een calorietekort van 7700 calorieën moeten creëren om 1 kilo af te vallen. Als je bijvoorbeeld iedere dag 500 calorieën minder eet dan dat je verbrandt, val je in theorie ongeveer 1 kilo af per twee weken (want 7700/500 is 15.4 dagen).
In principe kun je twee maanden in leven blijven zonder te eten. Maar daarmee is ook alles gezegd, want goed zul je je niet voelen. Zodra je niet meer eet slaan de vermoeidheid en duizeligheid al snel toe.
Een normaal eetpatroon bestaat uit regelmatig en voldoende eten. Elke dag drie hoofdmaaltijden: ontbijt, lunch en diner inclusief twee of drie gezonde tussendoortjes zoals yoghurt, een mueslireep en fruit.
Er zijn verschillende oorzaken waardoor je minder trek kunt hebben, denk aan: verandering van smaak- en geurwaarneming, medicijngebruik, ziekte, weinig beweging, je alleen voelen en moe zijn.
Soorten eetstoornissen zijn bijvoorbeeld anorexia nervosa, boulimia nervosa en de eetbuistoornis binge eating disorder, afgekort BED.
Voor volwassenen ligt een gezond BMI tussen de 18,5 en de 25. Maar dit geldt niet voor iedereen. Voor ouderen en kinderen gelden andere grenzen voor ondergewicht, overgewicht en gezond gewicht.
Wanneer je geen vetreserves meer hebt, kunnen andere weefsels worden aangetast zoals spieren, lever, nieren, hart en zenuwweefsel. Bij zeer ernstig ondergewicht worden op den duur alle organen aangetast en kun je uiteindelijk overlijden. Ondergewicht kan ernstige gevolgen hebben.
De ziektes duren gemiddeld 6-7 jaar, met een spreiding van een half jaar tot een tiental jaren. De weg naar genezing is vaak lang. Veelal (maar niet altijd!) beginnen eetstoornissen met een dieet.
Er zijn geen medicijnen die je kunnen genezen van anorexia. Medicijnen zullen daarom alleen ingezet worden als ondersteuning van therapieën en andere behandelingen. Als je naast anorexia nog een andere ziekte hebt die je behandeling moeilijker maakt, dan kun je medicijnen krijgen tegen deze bijkomende ziekte.
De anorexiapatiënten bleken een grotere orbitofrontale cortex en insula te hebben. De orbitofrontale cortex heeft te maken met het krijgen van een verzadigd gevoel na het eten van een bepaald type voedsel. Vermoedelijk zorgt een grotere orbitofrontale cortex ervoor dat mensen met Anorexia sneller stoppen met eten.
We speken van anorexia als iemand consequent het lichaamsgewicht op of onder de 85% houdt van het gewicht dat normaal verwacht mag worden. Bij volwassenen komt dit neer op een Body Mass Index (BMI) van maximaal 17,5. Eten en gewicht zijn een obsessie voor je.