Is er sprake van gering letsel, dan heeft u recht op een schadevergoeding tot een maximum van 2.000 euro. Onder gering letsel vallen onder andere de volgende voorbeelden: kleine botbreuken, een lichte hersenschudding, kneuzingen, schaafwonden of andere kleine vleeswonden.
Tussen de schadeveroorzakende gebeurtenis en de schade moet een causaal verband bestaan. Dit houdt in dat er een oorzakelijk verband bestaat tussen de schade en de gebeurtenis; alleen de schade veroorzaakt (direct of indirect) door de gebeurtenis komt voor vergoeding in aanmerking.
De rechtbank Rotterdam heeft op 24 december 2020 het hoogste bedrag aan smartengeld ooit toegewezen, namelijk een bedrag van € 350.000,–. Deze vergoeding van immateriële schade is door de rechtbank toegewezen aan een slachtoffer van een mishandeling.
Hoeveel smartengeld u krijgt, is vooraf lastig te bepalen. De rechter kijkt naar uw totale situatie zoals uw leeftijd, hoe erg uw schade is en de invloed hiervan op uw leven. Ook kijkt de rechter hoeveel smartengeld anderen kregen in situaties die ongeveer hetzelfde zijn.
De uiteindelijke schadevergoeding is pas te berekenen als u (zo goed als mogelijk) hersteld bent van uw letsel. Tot die tijd kunt u immers nog kosten maken die te herleiden zijn naar het ongeval. Bijvoorbeeld kosten voor fysiotherapiebehandelingen of misgelopen inkomsten doordat u (tijdelijk) niet kunt werken.
Smartengeld is de vergoeding die u krijgt voor de immateriële schade die heeft opgelopen na een ongeval. Het is dus een vorm van schadevergoeding. Dit is niet (direct) zichtbare schade of niet concreet in geld waardeerbare schade.
Hoeveel smartengeld PTSS
Op hoeveel smartengeld u recht heeft bij PTSS is afhankelijk van de ernst van het trauma en de gevolgen. De hinder en beperkingen die u persoonlijk ondervindt zijn bepalend. Soms is PTSS het gevolg van een ongeval waarbij ook ander letsel ontstaat.
De wet gaat heeft bepaald dat iedereen die slachtoffer is van een ongeval waarbij een ander aansprakelijk is, de ander het slachtoffer schadeloos moet stellen en alle letselschade moet vergoeden. U kunt dus zowel een vergoeding voor uw materiële schade als uw immateriële schade eisen als u uw letselschade gaat claimen.
U heeft recht op een schadevergoeding als u aan de volgende punten voldoet: Er is sprake van een onrechtmatige daad. De onrechtmatige daad is toerekenbaar aan de veroorzaker. Er is schade.
Gedragsregel 7 van de Gedragscode Behandeling Letselschade luidt: Binnen 14 dagen uitkeren. De verzekeraar keert aan de benadeelde de schade uit die is verschenen en door haar is erkend, dan wel tussen partijen definitief is vastgesteld. Dit gebeurt binnen 14 dagen na de erkenning of de definitieve vaststelling.
Schadevergoeding wanprestatie
De schadevergoedingsplicht bij wanprestatie is ook gebaseerd op wetsartikel 6:74 BW. De schade die ontstaat door de wanprestatie moet vergoed worden. Tussen de wanprestatie en de schade moet een causaal verband bestaan. De schade moet het rechtstreekse gevolg zijn van de wanprestatie.
Is dat ook uw werkelijke schade? Misschien hebt u extra kosten gemaakt door bijvoorbeeld inkomensverlies of emotioneel leed. Voor dit soort schade is de Commissie Werkelijke Schade (CWS). Deze commissie is ingesteld door de staatssecretaris en onafhankelijk.
Bij verkeersongevallen geldt de hoofdregel dat de degene die schade claimt, zal moeten bewijzen dat de andere partij een of meer fouten heeft gemaakt of om een andere reden verplicht is om de schade te vergoeden. De bewijslast rust dus in principe op degene die schade gecompenseerd wil krijgen.
Klachten worden vaak niet herkend waardoor de belastbaarheid van iemand met PTSS misschien wel verkeerd wordt ingeschat. Indien u 35% of méér arbeidsongeschikt blijkt te zijn, kunt u een arbeidsongeschiktheidsuitkering krijgen.
Er is sprake van zeer zwaar letsel als het slachtoffer bijvoorbeeld blind is geworden aan beide ogen, een ledemaat (arm, been, voet of hand) heeft verloren of ernstige brandwonden heeft opgelopen. Ook verlies van spraak, een hoge dwarslaesie en ernstige geestelijke instabiliteit vallen onder zeer zwaar letsel.
Er is geen standaard bedrag bekend dat wordt uitgekeerd wanneer u shockschade ervaart. De hoogte van de schadevergoeding is afhankelijk van meerdere factoren. Het is daarom vooraf niet mogelijk om te bepalen hoeveel shockschade u kunt claimen.
Voor de bepaling van de hoogte van het smartengeld volgt uit de rechtspraak van de Hoge Raad dat de volgende factoren o.a. van invloed zijn: aard van de aansprakelijkheid. aard, de duur en intensiteit van het letsel. aard, omvang en duur van het leed.
Wanneer je door toedoen van iemand anders lichamelijke of geestelijke schade oploopt, kun je recht hebben op smartengeld. Dit smartengeld moet de persoon of organisatie betalen die de schade veroorzaakt heeft. Als deze persoon verzekerd is voor het veroorzaakte letsel, betaalt de verzekering het smartengeld.
Alle door u extra te maken kosten kunt u claimen bij de aansprakelijke partij. Bij volledige aansprakelijkheid kunt u alle schadeposten bij letselschade claimen bij de wederpartij, ook uw kosten voor herinrichting en verhuizen.
Risico is de verwachte schade van een gebeurtenis. Je berekent het risico = kans op gebeurtenis x de schade als gevolg van die gebeurtenis.
De hoogte van de morele schadevergoeding wordt namelijk berekend aan de hand van onder meer de volgende punten: De ernst van het ongeval: hoeveel impact heeft het ongeluk gehad op het slachtoffer. De ernst van het letsel: is het letsel van tijdelijke of blijvende aard. Zichtbare littekens en de invloed hiervan.
De exacte hoogte van het voorschot hangt af van de hoogte van de schade is niet door de wet voorgeschreven. De hoogte van het voorschot hangt af van de hoogte van de schade. Om zeker te zijn van een zo hoog mogelijk voorschot, is het verstandig om een letselschade advocaat in te schakelen.