Europeanen kopen jaarlijks bijna 26 kg aan textiel en gooien jaarlijks ongeveer 11 kg textiel weg. Soms wordt weggegooide kledij uitgevoerd naar landen buiten de EU, maar de overgrote meerderheid (87%) komt in de verbrandingsoven of op stortplaatsen terecht.
Kledingwinkels die tijdens de coronacrisis hun deuren moesten sluiten zitten nu met bergen onverkochte kleding. Een groot deel daarvan zal worden verbrand, zo blijkt dat alleen al in Nederland jaarlijks meer dan 1,2 miljoen onverkochte kledingstukken worden vernietigd.
Consumenten kopen gemiddeld 46 kledingstukken per jaar. In de gemiddelde Nederlandse kledingkast hangen tussen 150 en 200 stukken kleding. En daarnaast gooien we ook nog 40 kledingstukken per persoon weg elk jaar!
Het massale, razendsnelle produceren, gebruiken en afdanken van kleding leidt bijvoorbeeld tot CO2-uitstoot, plasticsoep en vervuiling van grond en water.
De kledingindustrie stoot, op olie-industrie na, de meeste Co2 uit. De sector stoot in totaal meer dan 10% van de wereldwijde Co2 uit, daarbij is de sector de veroorzaker van de helft van het afvalwater probleem: voor de productie van één T-shirt en spijkerbroek samen, kun je 175 keer in bad.
Wat duurzame stoffen betreft, is lyocell – ook wel bekend als Tencel – de absolute top. Naast dat het goed scoort qua duurzaamheid, heeft het ook nog eens hele fijne eigenschappen: het is zacht, zo sterk als polyester en neemt vocht beter op dan katoen. Daarnaast houdt het je net als wol lekker warm.
Hoeveel mag je uitgeven aan kleding? Dan kun je volgens financiële experts het best de vuistregel aanhouden om niet meer dan vijf procent van je netto salaris op te maken aan kleding. Verdien je bijvoorbeeld 2.000 euro netto? Dan zou je dus 100 euro per maand met een gerust hart uit kunnen geven.
Kleding wordt maar een paar keer gedragen
En daar werd het feit bevestigd dat Nederlanders een kledingstuk gemiddeld 7 keer dragen. Vergeleken met mensen in Engeland, Amerika en Australië doen we het nog heel goed. Want daar dragen ze maar liefst eenvijfde van de gekochte kleding maar 1 keer!
Mensen van 18 tot 25, van 25 tot 35 jaar én van 35 tot 45 jaar kopen het meest kleding. Vanaf 55 jaar verschuift de interesse naar het boeken van vakanties. Overigens worden vakanties ook steeds vaker online geboekt.
Volgens experts wordt slechts 0,05 procent van de retourzendingen vernietigd. De rest belandt in outlets of gaat via opkopers de wereld over. En het gaat niet om kleine hoeveelheden. “Er blijft ontzettend veel kleding over en ook retailers weten niet wat ze daarmee moeten doen.
Alle ingezamelde textiel gaat naar een van onze sorteercentra in Nederland. Hier wordt het restafval tussen de kleding uitgehaald, en sorteren we het op soort en kwaliteit. Vervolgens krijgt de textiel een nieuwe bestemming.
Een complete voorraad kleding wordt dus overbodig en blijkt gewoon vernietigd te worden. Overigens geldt dit al langere tijd voor de fast fashion ketens zoals Primark die door de snelle wisseling van collecties regelmatig grote hoeveelheden kleding vernietigen.
De energie die in fabrieken van de producerende landen gebruikt wordt is vaak afkomstig van steenkool. Goedkoop, maar er komen veel schadelijke stoffen bij vrij. Volgens de statistieken van Milieu Centraal is kledij goed voor een uitstoot van 5,3% CO2.
Fast fashion is kleding die zo goedkoop en zo snel mogelijk in de winkels ligt. Door de hoge omloopsnelheden en snelle wisselingen van het assortiment blijven klanten komen en kopen. Binnen twee weken kan een kledingstuk van de tekentafel in de winkel liggen.
Maak makkelijke stapeltjes
Wanneer je hebt uitgezocht wat je houdt en wat er weg kan is het tijd om de kleding die je houdt op te delen in makkelijke stapeltjes. Het beste kun je dit doen door soort per soort te stapelen. Dus per kledingstuk, maar het liefst ook gesorteerd op stofsoort of kleur en print.
Broeken kun je het beste na twee keer dragen wassen. Vaak is de pasvorm iets uitgerekt, zijn er plooien in gekomen of zit er een vlek in (oeps). Door hem te wassen zit hij de volgende keer weer perfect.
Niet te hard, dat zorgt ervoor dat de kleur sneller vervaagd. Laat je broek liggend drogen om de pasvorm zo goed mogelijk te houden. Kortom: Na vier tot vijf keer dragen je spijkerbroek wassen en tussendoor lekker luchten. Scheelt ook weer in waterkosten en het is beter voor het milieu.
Hoeveel houd je over van € 6000 bruto per maand? Gemiddeld genomen is je netto loon rond de €3930 per maand als je €6000 bruto verdient. Dit bedrag wordt lager als je bijvoorbeeld een auto van de zaak hebt of een hoge pensioenbijdrage.
Met welk beroepen verdien je € 5000 per maand
Vaak zijn dit middenhoge-management functies bij corporates, commerciële management functies. Maar ook beroepen paramedici.
Hoeveel Mensen Verdienen Meer Dan €100.000 Per Jaar? Zoals we net al zagen zit je met een salaris van meer dan €90.000 bruto per jaar bijna bij de bovenste 1% van Nederland als het gaat om inkomen. Toch is voor veel mensen €100.000 per jaar een soort van magische grens.
De prijs van garens van plantaardige herkomst zoals bijvoorbeeld katoen wordt bepaald door de kwaliteit (het maakt erg veel uit waar de katoen groeit of het van super, gemiddelde of matige kwaliteit is) en door de productie (krijgen de mensen een eerlijk loon die het moeten verbouwen en maken en in hoeverre wordt bij ...
Polyester, acryl en elastaan
Bij het wassen van kleding komen er namelijk vezels los, die via het riool in zee belanden. Synthetische kledingvezels zijn niet biologisch afbreekbaar, en daarom heel slecht voor het leven in de oceaan.
De voor- en nadelen van polyester
Polyester staat erom bekend dat het statisch is, kledingstukken kunnen soms gaan pillen en het materiaal neemt niet zo goed vocht op, het is dus slecht ademen. Toch wordt polyester vaak in sportkleding gebruikt.