Een voorbeeld: de stijging van 10 naar 12 is een absolute stijging van 2, oftewel een stijging van 20%.
Omdat 8 is 80% van 10. Alle appels waren 100%, nu hebben we er nog 80%, dus zijn het aantal appels met 20% gedaald (want 100 - 80 = 20 ).
Dit maakt 20. Je kind heeft dan uitgerekend hoeveel procent 1/5 deel van 100 is. Omdat het hier om 4/5 deel gaat, moet je kind de uitkomst met de teller (4) vermenigvuldigen. De breuk 4/5 staat dus gelijk aan 80%.
In de wiskunde is een percentage een gedeelte van 100. Bijvoorbeeld, voor de verhouding tussen het getal 5 en het getal 20 (berekend als 5 gedeeld door 20) kunnen we zeggen 0,4 of 40%. Het symbool "%", of simpelweg "pct" of "procent" worden vaak gebruikt om percentages aan te duiden.
De breuk 2⁄5 is dus gelijk aan 40%, het percentage dat bij de strook uit het voorbeeld hoort.
Een bijkomend aspect van gelijknamig maken is ook dat soms verschillende breuken dezelfde waarde hebben: 2/3 = 8/12. Omgekeerd betekent dit dat je soms breuken met grote getallen kun "vereenvoudigen": 8/12 = 4/6 = 2/3.
Tien procent is een tiende van 100%. Om 10% uit te rekenen, deel je door tien.
Kwart is de benaming voor het breukgetal 1/4 (¼), dus een gedeeld door vier. Deelt men iets in vier gelijke delen, dan is elk deel een kwart. Letterlijk betekent kwart 'een vierde deel' (uit het Latijn quartus 'vierde').
Een percentage van een getal berekenen is heel eenvoudig. Je rekent eerst 1 procent uit van het getal.Je doet dit door het getal te delen door 100.Vervolgens vermenigvuldig je de uitkomst met het percentage.
Om het percentage van een deel ten opzichte van een totaal te berekenen, deel je het deel door het totaal en vermenigvuldig je met 100. Bijvoorbeeld, als je 50 appels hebt van een totaal van 200, is het percentage 25%.
Hoeveel procent is dat? 5 van de 25, dat is 20 van de 100, oftewel: 20/100, oftewel: 20%.
Een hele is verdeeld in acht gelijke stukken, oftewel: 1 : 8 =. Daar hoort het kommagetal 0,125 en het percentage 12,5% bij.
Wanneer iets 1/3 deel is van iets anders, kan je de breuk omzetten naar een kommagetal: 1/3 = 0,33... Dit wil dan zeggen dat het ongeveer 33 % zal zijn.
De verhouding 2 : 3 komt overeen met een breuk van 2/3. Dit geeft 0,6666... en afgerond is dat 0,667 op drie decimalen nauwkeurig. In procenten is dat 66,7%.