De hoeveelheid gevallen regenwater wordt gemeten in een pluviometer of regenmeter. De eenheden worden uitgedrukt in millimeter of liter/m². In de meeste streken van ons land valt er maandelijks gemiddeld 70 mm (of l/m²) neerslag.
In die maand valt de meeste regen, bijna 88 millimeter gemiddeld over het land. De kustprovincies hebben dan de meeste regen te verduren met op grote schaal meer dan 100 mm. In april valt de minste regen, bijna 41 millimeter.
Een natte dag is een dag met binnen een etmaal een hoeveelheid van 10 millimeter of meer. Een jaar telt landelijk gemiddeld 22 natte dagen. Om van een dag met zware regen te spreken moet er op minstens één van de officiële weerstations 50 millimeter of meer zijn gevallen.
Een liter water, uitgespreid over een opperv1ak van 1 vierkante meter geeft een laagje van 1 mm dikte. Een gewone bui geeft ongeveer 1 tot 3 mm, flinke buien 3 tot 10 mm en zware buien nog meer dan 10 mm. Bij een stortbui van 40 mm, valt er dus op elke vierkante meter 40 liter.
De jaarlijkse neerslaghoeveelheid in Nederland is in de periode 1910-2019 gelijkmatig gestegen van 692 naar 873 millimeter. Dit is een toename van 26% in 110 jaar. De neerslaghoeveelheden per seizoen vertonen hetzelfde gelijkmatige patroon, zij het met afwijkende procentuele toenames.
Lokale neerslag van meer dan 25 millimeter in een uur noemen we een hoosbui, terwijl meer dan 50 millimeter in één dag wordt aangeduid met 'een dag met zware neerslag'.
De hoeveelheid neerslag wordt gemeten met een regenmeter. Dit is een trechtervormig instrument dat de neerslag in een verzamelbak opvangt. De hoeveelheid regenwater wordt uitgedrukt in millimeters. 1 millimeter regen komt overeen met 1 liter water op een oppervlakte van 1 vierkante meter.
Neerslag wordt gemeten in millimeter. Eén millimeter neerslag komt overeen met 1 liter water per vierkante meter. Als één liter water wordt uitgegoten op 1 vierkante meter en dat water verdampt niet of sijpelt niet in de bodem, dan staat het 1 mm hoog.
De gemiddelde hoeveelheid neerslag in Nederland is per jaar 790 mm. Dat komt neer op een gemiddelde per dag van 2,15 mm. De jaarlijkse hoeveelheid neerslag valt in 570 uren. Het regent dus maar 7 procent van de tijd.
Eén millimeter regen staat namelijk gelijk aan één liter regen per vierkante meter. Een simpele huis-tuin- en keuken emmer heeft over het algemeen een volume van 10 liter. Tien millimeter regen staat dus ongeveer gelijk aan één volle emmer water per vierkante meter.
Kans op regen
Wel is het een aanduiding dat er minstens 0,3 mm regen valt. Dat is hetzelfde als 0,3 liter water per vierkante meter. Voorbeeld: Als in jouw buurt 30% kans op regen is, is er een 30% kans dat er op de dag (in 24 uur) 0,3 liter regen per vierkante meter valt. Dus is er 70% kans dat er geen regen valt.
“Wat '60% kans op neerslag' betekent is: Als jij 100 dagen lang op dezelfde willekeurige plek in Nederland gaat staan; dan zul je op 60 van die dagen een vorm van neerslag ervaren.
Een liter water, uitgespreid over een opperv1ak van 1 vierkante meter geeft een laagje van 1 mm dikte. Een gewone bui geeft ongeveer 1 tot 3 mm, flinke buien 3 tot 10 mm en zware buien nog meer dan 10 mm.
Motregen bestaat uit zeer fijne regendruppels, die kleiner zijn dan 0.5 mm. Ze vallen uit gelaagde bewolking. Dat is bewolking die zich over een groot gebied heeft uitgestrekt. Er valt per uur niet meer dan 1 liter per vierkante meter.
Gemiddeld kent Nederland zes zonuren per dag, maar het kan ook zo zijn dat je de zon de hele dag niet ziet. Vaak is juni de natste maand van het jaar en neemt de regen na deze maand wat af.
Deze eenheid gebruiken ze ook in weerberichten. In Nederland valt in totaal elk jaar ongeveer 800 millimeter regen. Dat is dus 800 liter per vierkante meter per jaar.
We zeggen bijvoorbeeld: “Er viel 30 mm regen vandaag”. Dat betekent een laag van 30 mm water, op het oppervlak waar de regen viel, in een dag. In sommige landen wordt gesproken over het volume regen op een vierkante meter: 'Er viel 10 liter regen per vierkante meter vandaag.
Dat komt neer op circa 56 mm in 70 minuten en komt dicht in de buurt van een gebeurtenis van T = 100 jaar voor De Bilt (volgens het klimaat van 2014). Deze bui is geschikt om het extreem functioneren van gebieden met een beperkte omvang te toetsen.
Evenzo is het aantal dagen per jaar met meer dan 20 mm neerslag in een etmaal sterk toegenomen. Extreme neerslag speelt een belangrijke rol bij weerwaarschuwingen en weeralarm van het KNMI. Dit omdat het tot grote economische schade en maatschappelijke ontwrichting kan leiden.
In de meeste streken van ons land valt er maandelijks gemiddeld 70 mm (of l/m²) neerslag. Dit betekent dat indien het water niet zou kunnen wegstromen, in de bodem dringen of verdampen er overal 70 mm water zou staan. Dit komt overeen met 70 liter water per m².
Voorbeeld: als het neerslagpercentage die dag 10% is, verloopt zo'n dag meestal droog. Bij een neerslagpercentage van 30% is er 'mogelijk' sprake van neerslag. Een neerslagpercentage van 90% betekent 'een zeer grote kans' op neerslag.
Je kunt een halve millimeter regen wel lichte neerslag noemen, maar als het binnen vijf minuten uit de hemel stort, ben je toch goed nat.
Als we kijken naar de hoeveelheid regen, vind je de natste plek op aarde, in India. Het is het dorpje Mawsynram in de staat Meghalaya. Het regent daar echt veel. Per jaar valt daar gemiddeld 11.872 millimeter regen.
Op de site www.clo.nl kun je het aantal dagen per jaar met neerslag bekijken. Dat varieert grofweg tussen de 120 en 155. Het is dus sowieso rond de 240 dagen per jaar helemaal droog. Bedenk daarbij dat het natuurlijk nooit de hele dag regent.
Op veel plaatsen regent het op meer dan 200 dagen per jaar. Gemiddeld valt in Engeland 700 millimeter regen, minder dan in De Bilt. De neerslag hangt vooral samen met over of ten noorden van de Britse Eilanden passerende depressies.