In 2016 bleef 9,9 procent van de havo-jongens in de derde klas of hoger zitten, tegen 7,7 procent van de meisjes. Het aandeel zittenblijvers op de havo is hoger dan op het vmbo en het vwo.
Cijfers zittenblijven primair en voortgezet onderwijs
2019: bijna zes procent van de leerlingen in het voortgezet onderwijs blijft zitten (Bron: Onderwijs in Cijfers); 2020: ruim drie procent van de leerlingen in het voortgezet onderwijs blijft zitten (Bron: Onderwijs in Cijfers).
Zittenblijven heeft ook voordelen
Als je blijft zitten kun je je vaardigheden in de vakken verbeteren. Je staat daarna vaak steviger in je schoenen. Sommige vervolgopleidingen kijken niet alleen naar je eindexamencijfers, maar ook naar de cijfers in de jaren ervoor.
Bijna de helft van alle leerlingen blijft minimaal één keer zitten op de basis- of middelbare school. Het percentage zittenblijvers piekt aan het begin van de basisschool en in het voorexamenjaar. In het voortgezet onderwijs (VO) is de kans op zittenblijven ruim twee maal zo groot als in het primair onderwijs (PO).
In het schoolreglement van de meeste scholen staat dat leerlingen: maximaal 1 keer mogen blijven zitten in dezelfde klas; 1 keer mogen zakken voor het examen; of 2 keer mogen blijven zitten in verschillende klassen.
Regels voor zittenblijven en verblijfsduur op school in de praktijk. Op veel scholen voor havo en vwo mogen leerlingen maximaal één keer blijven zitten in de onderbouw. Als een leerling het schooljaar opnieuw niet haalt, dan moet de leerling meestal overstappen naar een vervolgklas op een lager niveau.
Leerkrachten zouden vaker kleinere toetsen moeten geven, zo onthoud je de dingen beter. Blijven zitten demotiveert en helpt leerlingen niet. Blijven zitten voor maar 1 vak is al helemaal belachelijk! Toetsen moeten ook gaan over relevante leerstof en hoeven niet te bulken van de instinkers.
Samengevat zijn de opties als volgt: Het hele jaar overdoen: alle vakken opnieuw volgen en het examen opnieuw maken. Dit kan op een middelbare school, bij het vavo of op een privéschool. Deelcertificaten halen: het examen opnieuw maken voor de vakken die je onvoldoende hebt afgesloten.
Minder zittenblijvers op alle schoolniveaus
Na de brugfase is de groep zittenblijvers op de havo (leerjaren 3-5) het hoogst vergeleken met het vmbo (leerjaren 3-4) en het vwo (leerjaren 3-6). Van de vmbo'ers in deze klassen bleef 4,2 procent zitten in 2016, van de vwo'ers 4,6 procent.
Een leerling is bevorderd wanneer: alle cijfers 6 of hoger zijn of als aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan: er zijn maximaal 3 onvoldoende cijfers. er zijn maximaal 4 tekortpunten toegestaan.
Ook meldt de school dit schriftelijk aan ouders, voogden of verzorgers. De school spreekt met u af onder welke voorwaarden en wanneer uw kind definitief kan overgaan. Uw kind moet bijvoorbeeld een taak maken of proefwerken overdoen. Uiterlijk op 31 december moet duidelijk zijn of uw kind definitief over is of niet.
Als VMBO-leerlingen hun eindexamen doen, zijn ze normaal gesproken 16 jaar oud. Voor leerlingen in het HAVO geldt dat de meesten het 5e en laatste jaar afronden als ze 17 zijn geworden. Leerlingen die het VWO doen, doen eindexamen in het 6e jaar als ze 18 worden.
„Vooral de vierde klas havo staat al jaren als probleemklas bekend. Daar blijven de meeste leerlingen zitten. Onderzoeken hiernaar hebben nooit keiharde oorzaken aangewezen, maar in de onderwijswereld worden wel steeds dezelfde verklaringen genoemd.”
Jaarlijks blijven in het voortgezet onderwijs bijna 45.000 leerlingen zitten. Op basis van deze gegevens.
RTL Nieuws heeft op basis van de methodiek die voor het landelijke beeld gebruikt is de cijfers per school berekend. Aan elk schoolniveau is een cijfer gegeven. Het gemiddelde cijfer in Nederland was afgelopen schooljaar een 7,79, dit staat gelijk aan een vmbo/havo advies.
Overgangsnormen en regels voor zittenblijven HLZ
Maximaal één onvoldoende voor de kernvakken Nederlands, Engels en Wiskunde; Maximaal drie onvoldoendes binnen het totale vakkenpakket; Minimaal een 6 gemiddeld voor alle vakken.
Vavo en Rutte-regeling
Leerlingen die 16 jaar zijn of ouder en die gezakt zijn, kunnen eventueel een diploma via het volwassenonderwijs (vavo) halen (voor vmbo-t, havo of vwo). Je kind doet dan alleen de vakken waar hij een onvoldoende voor heeft gehaald. De cijfers voor de behaalde vakken blijven staan.
derde klas: 8-9 jaar (groep 5) vierde klas: 9-10 jaar (groep 6) vijfde klas: 10-11 jaar (groep 7) zesde klas: 11-12 jaar (groep 8)
Direct inschrijven bij een vavo-instelling
Bent u 18 jaar of ouder en zit u niet meer op een gewone middelbare school? Dan kunt u zich direct inschrijven voor het volwassenenonderwijs. Dat kan bij bij een mbo-instelling of een regionaal opleidingencentrum (roc).
Het havo duurt 5 jaar en is eigenlijk een voorbereiding op het hbo (hoger beroepsonderwijs). Het vwo duurt zes jaar en is vooral bedoeld als voorbereiding op het wo (wetenschappelijk onderwijs).
Je slaagt voor het eindexamen vwo wanneer je gemiddeld een voldoende haalt voor alle vakken van het centraal examen. Ook mag je maximaal één 5 als eindcijfer halen voor één van de kernvakken. Daarnaast mag je voor hooguit 2 vakken een onvoldoende als eindcijfer hebben.
Ja, dat mag. Als je minstens 18 jaar, en dus meerderjarig bent, mag je jezelf inschrijven in een school en dus je eigen richting kiezen.
Wat kan ik doen tegen mijn C-attest? Wanneer je als leerling in het secundair onderwijs een C-attest krijgt, mag je niet overgaan naar een volgend jaar. Een C-attest kan men echter niet zomaar toekennen. Een paar tekorten volstaan niet.
Bij elke studierichting heb je A-vakken en B-vakken. De A-vakken maken de kern uit van je studierichting. Voor deze vakken moet je altijd slagen. Voor B-vakken mag je wel enkele onvoldoendes hebben.