Een rusthuisbewoner betaalde vorig jaar gemiddeld 56,3 euro per dag, oftewel 1.690 euro per maand. Voor een maand in een eenpersoonskamer betaal je 1.710 euro, een tweepersoonskamer is 200 euro goedkoper.
Naar jaarlijkse gewoonte bracht het Agentschap Zorg en Gezondheid de gemiddelde dagprijs in de Vlaamse woonzorgcentra in kaart. Daaruit blijkt dat de kostprijs van een verblijf in het woonzorgcentrum in 2021 gemiddeld 60,8 euro per dag bedroeg.
Als een zorgbehoevende oudere zijn verblijf in het woonzorgcentrum niet (meer) kan betalen, dan komt het OCMW van de gemeente waar men woonde voor de opname tussen. 'Het OCMW kan kosten terugvorderen bij de familie.
Rusthuisbewoners en (zak)geld. Het is geen alledaagse connotatie voor velen onder ons, maar niettemin een belangrijk aandachtspunt voor de bewoners, de familie en de instelling waar ze verblijven. Ouderen die over voldoende middelen beschikken, betalen hun rusthuisopname in principe zelf.
Soms volstaan het pensioen en het spaargeld niet om de kosten van een woonzorgcentrum te betalen. In dat geval kan de bewoner zich richten tot het OCMW van de gemeente waar hij voor de opname ingeschreven was in het bevolkingsregister.
Opname rusthuis en/of opvangtehuis
Als de oudere onvoldoende middelen heeft, kan hij een beroep doen op het bevoegde OCMW voor een tussenkomst in de maandelijkse rusthuisfactuur. Het OCMW zal pas een tussenkomst verlenen indien na onderzoek blijkt dat de eigen middelen van de oudere niet volstaan.
Want wie zijn huis verkoopt, heeft amper recht op steun, terwijl ouderen die hun huis houden en verhuren, wél kunnen aankloppen bij de overheid. Iedere maand een rusthuisfactuur betalen van net geen 2.000 euro, terwijl je pensioen vele honderden euro's minder bedraagt. Voor velen is het helaas de realiteit.
Gemiddelde kostprijs per maand in euro
Een verblijf in een Vlaams woonzorgcentrum kostte in mei vorig jaar gemiddeld 59,05 euro per dag of 1.771,50 euro per maand. Daarmee ligt de maandelijkse kostprijs 44 euro (+2,54%) hoger dan een jaar eerder.
Bejaarden verplicht laten opnemen in een woonzorgcentrum is niet mogelijk – hoewel hier veel misverstanden over bestaan. Ze hebben namelijk een zelfbeschikkingsrecht. Is er toch een gedwongen opname, dan kan men dit aanvechten in de rechtbank. Een dwangopname is enkel mogelijk voor psychiatrische patiënten.
Hoe hoog is de eigen bijdrage? In eerste instantie betaalt iedereen die naar een verpleeg- of verzorgingshuis gaat de lage eigen bijdrage. Die verschilt van 174 euro tot 913,20 euro per maand (2022), afhankelijk van het inkomen en vermogen. Op de website van het CAK kunt u een proefberekening maken.
De terugvordering op basis van de schaal wordt beperkt tot het door het OCMW aan de betrokkene betaalde bedrag van het leefloon. Het centrum kan dus nooit meer terugvorderen dan dat het zelf betaald heeft.
Anno 2021 liggen de prijzen gemiddeld tussen de €1.500 en €5.000 per maand en variëren per zorgvilla. De genoemde kosten betreffen de kosten voor het verblijf (woon- en servicekosten) en zijn exclusief de zorgkosten.
Afstand doen van ouders kan in principe niet. Wel zijn er mogelijkheden om in de buurt te komen. Allereerst is het mogelijk om aan de rechter te verzoeken om als 16-/17-jarige als volwassene te worden behandeld (handlichting).
Een woonzorgcentrum (de nieuwe benaming voor een rusthuis) biedt permanente opvang en verzorging aan ouderen. Al wie 65 jaar of ouder is, kan terecht in een woonzorgcentrum. In de praktijk is een woonzorgcentrum in de eerste plaats bedoeld voor wie echt niet meer thuis kan wonen.
In de dagprijs zijn een aantal kosten verplicht inbegrepen, zoals de woongelegenheid, de maaltijden en de verpleging. Naast de dagprijs kan een woonzorgcentrum nog supplementen aanrekenen voor kosten zoals internet of telefonie.
Hieronder vind je een overzicht van de dagprijzen om in één van onze vier kamers voor een kortverblijf te wonen: Eénpersoonskamer: € 61,26 per dag. Echtpaar: € 61,26 per persoon per dag.
De onderhoudsplicht is wettelijk geregeld in het Burgerlijk Wetboek en voorziet in het levensonderhoud van wie behoeftig is. De kosten voor verzorging in een woonzorgcentrum zijn ten laste van de Vlaamse sociale bescherming. De bewoner krijgt de dagprijs doorgerekend.
Als u een zorgindicatie heeft ontvangen kunt u op zoek gaan naar een verpleeghuis, verpleeghuiszorg thuis regelen of verpleeghuiszorg aanvragen via een persoonsgebonden budget (PGB). Als uw vader of moeder een indicatie vanuit de Wet langdurige zorg (Wlz) heeft, kunt u samen op zoek naar een verpleeghuis.
Langer thuis wonen met hulp gemeente
Als u het thuis niet meer alleen redt, kunt u bij de gemeente terecht voor advies en informatie. De gemeente bespreekt dan wat u nog wel zelf kunt. En welke rol mantelzorgers (familie, vrienden of buren) kunnen spelen.
Wat zegt de wet? Volgens artikel 205 van ons burgerlijk wetboek blijven kinderen, ook indien zij gehuwd zijn, levensonderhoud verschuldigd aan hun ouders en eventuele grootouders. Ook schoonzonen en schoondochters zijn in principe onderhoudsplichtig ten aanzien van hun behoeftige schoonouders.
Een woonzorgcentrum is in de eerste plaats bedoeld voor wie niet meer thuis kan wonen. Het is dus pas als andere zorgformules, zoals mantel- en thuiszorg, geen oplossing meer bieden en u bijna permanent verzorging en hulp nodig hebt, dat u naar een woonzorgcentrum verhuist.
Kortverblijf is een tijdelijke opvang van een zorgbehoevende persoon in een rusthuis. Hij/zij maakt er gebruik van alle diensten waar ook de vaste bewoners gebruik van maken: maaltijden, verzorging, animatie, kinésitherapie.
Ja. Als je eigenaar bent van een woning, dan telt je woning mee als een vorm van inkomsten. Dat betekent niet dat je geen recht hebt op leefloon. Ook als je eigenaar bent van een huis of een appartement kan je leefloon krijgen als je aan de andere voorwaarden voldoet.
Zoon of dochter koopt de naakte eigendom, terwijl de ouders het vruchtgebruik kopen. De ouders gaan in het pand wonen tot ze overlijden, of verhuren het (bijvoorbeeld als ze naar een rusthuis gaan). Ze mogen zelf de huurinkomsten houden.
U kunt in een CVK verblijven voor een periode van maximaal 60 opeenvolgende dagen en maximaal 90 dagen per jaar. Een CVK is verbonden aan een woonzorgcentrum (wat vroeger een rusthuis heette).