Een paar gegevens op een rijtje. 26,7 miljoen ha, d.w.z. bijna 50% van het totale grondgebied, betreft landbouwgrond. Er zijn 389.000 landbouwbedrijven in Frankrijk.
De agrarische sector heeft slechts een klein aandeel in de totale economie van Duitsland. Het land telde in 2015 ruim 280.000 agrarische bedrijven, waar zo'n 635.000 mensen werkten.
We hebben in Nederland 52.105 landbouwbedrijven, volgens de laatste cijfers van het CBS uit 2021. 'Zo'n vijf jaar geleden waren er 55.690 landbouwbedrijven; dat zijn er in vijf jaar tijd 3.855 minder geworden', vertelt Ilan Hoekstra in de podcast.
Akkerbouw in Frankrijk
De meest verbouwde gewassen zijn tarwe, suikerbieten, graan, gerst, aardappels, koolzaad en vlas. Vruchtbare akkerbouwgrond vindt men over het algemeen in het noorden van het land, en in de streken rondom Parijs.
Aantal boeren
In 2016 waren er 55.680 boeren in Nederland. Daarvan waren 10.820 boeren akkerbouwers en hadden 760 boeren een gemengd bedrijf met akkerbouw en veeteelt. In 2000 waren er nog veel meer boeren: in totaal 97.390, waarvan 14.800 akkerbouwers en 1765 boeren met een gemengd bedrijf (Bron: Statline.CBS.nl).
Het gemiddelde loon binnen de sector Agrarisch & Milieu ligt op € 2.859 bruto per maand. Het minimale of startsalaris begint bij € 1.200 en het maximale loon is € 9.000 bruto per maand.
Volgens de gegevens van het LEI is het gemiddelde Nederlandse landbouwbedrijf 1,8 miljoen euro waard. Het gemiddelde eigen vermogen bedraagt ongeveer twee derde van de bedrijfswaarde, ofwel zo'n 1,2 miljoen euro.
De meeste mensen verdienen hun geld in de dienstensector. Ook het toerisme levert veel geld op. Daarnaast zijn er veel fabrieken die machines en auto's produceren. En Frankrijk is de grootste producent van landbouwproducten in Europa.
Het christendom telt in Frankrijk hoe dan ook nog steeds aanhangers en het is er de meest beoefende religie.
Het koninkrijk Frankrijk ontstond in 987 als opvolger van West-Francië, het West-Frankische Rijk. De hoogtijdagen van het koninkrijk waren tijdens de regeerperiode van koning Lodewijk XIV, de "zonnekoning", in de 17e en 18e eeuw. Tijdens deze periode ontwikkelde Frankrijk zich tot de machtigste staat van Europa.
De boeren is gevraagd hoeveel uur zij gemiddeld per week werken. Ruim de helft van de boeren werkt meer dan 60 uur per week.
In 2020 werden in België 35.996 landbouwbedrijven geteld met een oppervlakte cultuurgrond (OC) van 1.367.082 hectare. In het afgelopen jaar vertegenwoordigde de landbouwgrond 44,5% van het Belgische grondgebied.
Het aantal daalde van 5,2 miljoen in 1980 naar 3,7 miljoen in 2006, waarna het weer toenam tot 4,3 miljoen in 2016. Daarna volgde weer een daling tot 3,8 miljoen in 2020.
“De stikstofemissie is vooral in bepaalde gebieden erg hoog, vooral in noordwest-Duitsland, waar relatief veel veehouderij is”, legt Ehlers uit. Maar omdat Duitsland een veel groter landoppervlakte heeft dan Nederland, is de uitstoot relatief minder.
In Duitsland en Ierland ligt het gemiddeld aantal aanwezige melkkoeien net iets lager dan in Nederland. Deze melkveehouders melken tussen de 70 en 80 melkkoeien.
Moslims in Frankrijk
Cijfers variëren maar naar schatting wonen en werken in Frankrijk 5 à 6 miljoen moslims. Daarmee herbergt de 'hexagone' de grootste moslimpopulatie van de Europese Unie.
Hoewel de werkloosheidsgraad onder Fransen afneemt, is het nog altijd hoger dan het gemiddelde van de Europese Unie: in 2020 was 8,0% van de Franse beroepsbevolking werkloos (in vergelijking met 7,2% in de EU).
Bijna een op de vijf werkende miljonairs is actief in de landbouw. Met 19 procent behoren boeren zelfs tot de grootste groep miljonairs en staan daarmee op de eerste plek. Vooral melkveehouders blijken 'rijk', want ze vertegenwoordigen negen procent van het aantal miljonairs.
Als voorbeeld: voor een kilo aardappelen krijgt de boer tussen de 3 en 20 cent. De kostprijs ligt tussen 12 en 18 cent per kilo. In de supermarkt betaalt de consument grif tussen de €0,50 en €2,00 voor een kilo aardappelen, ook als die niet geschild en voorgekookt maar onbewerkt zijn.
De kostprijs van melk ligt op circa 36 cent per liter. Bij een netto marge van 29%, moet de melkveehouder dus minimaal 50 cent krijgen. De prijs die boeren voor hun melk krijgen, moet voor een gezonde en duurzame bedrijfsvoering naar minimaal 43 cent per liter.