Plaats je bekken zo ver mogelijk achterin de stoel, maar zorg er wel voor dat je voeten goed bij de pedalen kunnen. Creëer indien nodig steun voor je onderrug, maar houd je bekken altijd recht. De afstand tussen je knieholte en de voorkant van de stoel hoort 5 tot 10 centimeter te zijn. Dat is ongeveer één vuist breed.
Veel mensen zitten ten onrechte graag achterovergeleund in de auto. De ideale zithoek tussen je bovenbenen en de romp is namelijk 90 graden. Stel het stuurwiel zo af dat je met je polsen op de bovenrand van het stuur kunt leunen. Als je het stuur vasthoudt, dan mogen je ellebogen niet volledig gestrekt zijn.
Stel de afstand van je stoel zo in dat je vlot aan je pedalen en je stuur kunt: je moet met licht gebogen benen aan je pedalen kunnen en je polsen op het stuur kunnen leggen wanneer je met je rug tegen de rugleuning zit. Regel de hoogte van je stuur zo dat je handen onder schouderhoogte blijven.
Voor een goede zithouding staan je voeten volledig op de grond en zijn je knieën lager dan je heupen. Laat wat ruimte tussen het zitgedeelte van je stoel en je knie. Een eenvoudig trucje om dat te controleren? Als je vuist tussen je stoel en je knieholte past, heb je voldoende ruimte.
Een actieve zithouding voorkomt niet alleen rugklachten en vermoeidheid, maar door een goede zithouding heeft u ook goed zicht, kunt u goed sturen en houdt uw lichaam contact met het voertuig, ook als u stuurt. Goed zitten is belangrijk, want zo werken alle airbags in een auto ook optimaal.
Een tip om een goede afstand van het stuur te bepalen: je polsen moeten de bovenkant van het stuur kunnen raken met je rug tegen de zetel en je armen in een rechte lijn van schouder tot pols. Je vingers moeten gemakkelijk aan de hendels kunnen voor de ruitenwissers, knipperlichten en grootlichten.
Een goede stuurhouding kent de volgende uitgangspunten: Hou het stuur niet te krampachtig met beide handen vast. Neem met je handen een stand van ongeveer 'kwart voor drie' aan. Je armen zijn licht gebogen tijdens het sturen.
Stel de hoogte van de stoel zodanig in dat je voeten plat op de grond kunnen. Gebruik anders een voetenbankje. Zorg dat er genoeg steun is in de rug en de binnenkant van je knieën niet strak tegen de zitting komen. Dit kun je instellen door de zitdiepte aan te passen.
De belangrijkste methode om de houding te verbeteren, is het oefenen van een goede houding! Je moet in het dagelijks leven bewust zijn en blijven van je houding en er zodoende iedere dag actief mee bezig zijn. Dus ook thuis, in de lift op het werk, etc.
Plaats je voeten op gelijke lijn met je schouders. Buig lichtjes door de knieën. Voorkom een 'ingezakte' houding als je staat. Je hoofd, nek en de rest van je wervelkolom moeten één lijn vormen.
Gemakkelijk in- en uit kunnen stappen door middel van een stoelverhoger. De stoelverhoger plaatst de autostoel op een veilige manier een aantal centimeters hoger. Waardoor het in- en uitstappen van de auto gemakkelijker wordt. Door de hogere zit wordt ook het zicht op de weg beter.
De stoelhoogte moet zodanig zijn dat er een vuist tussen je hoofd en het dak van de auto kan. Je moet ongeveer door het midden van de voorruit kijken. Ga met je heupen goed naar achteren zitten, tegen de rugleuning aan. De hoek tussen je benen en de romp is ongeveer 90 graden.
De autostoel hoeft niet in zijn geheel verhoogd te worden, het is met een autostoelverhoger voor volwassenen mogelijk om de voorkant en de achterkant in verschillende mate te verhogen, zodat de helling van de zitting meer of juist minder wordt. LET OP! Er bestaan setjes die u via internet kunt kopen.
Instappen auto
Terwijl je naar de auto loopt, bekijk je alvast de omgeving en bepaal je hoe je het beste weg kunt rijden. Loop om de auto heen, tegen het verkeer in, naar het portier. Zo kun je goed reageren als er iets aan komt. Open het portier zo ver als nodig, stap in en sluit het portier.
Het is wettelijk verplicht het originele kentekenbewijs bij je te hebben als je als bestuurder in de auto stapt. (Sinds 2014 bestaat het kentekenbewijs van een auto uit een plastic kentekencard en een tenaamstellingscode. De tenaamstellingscode mag je thuis bewaren en hoef je niet mee te nemen in de auto.)
Kinderen tot 1,35 meter moet u in een goedgekeurd autokinderzitje vervoeren. Zowel voorin als achterin de auto. Dit moet altijd, of uw kind in uw eigen auto zit, of bij iemand anders in de auto. Zet een baby alleen in een autozitje op de voorstoel als de airbag is uitgeschakeld.
Ga met je rug tegen een muur staan, de voeten mogen iets van de muur af staan, en staan minstens een voetbreedte uit elkaar, de knieën zijn los (niet over strekt), de billen, rug en je hoofd leunen tegen de muur aan. Breng dan nu je armen omhoog tot naast je oren en tik met je handen de muur aan. Houd 10 seconden vast.
De bochel is op verschillende manieren te behandelen. Door middel van fysiotherapie kan een verkeerde houding aangepakt worden. Bij ouderen zal vaak via chirurgisch ingrijpen de bochel verholpen worden. In sommige gevallen is het beter om de oorzaak aan te pakken of te voorkomen.
Mensen die met de knieën tegen elkaar zitten geloven dat hun problemen uiteindelijk vanzelf oplossen. Communiceren met mensen die zo zitten gaat heel gemakkelijk; ze zijn niet saai maar juist heel creatief. Het zijn charmante mensen die een tikkeltje kinderachtig zijn en eerst iets zeggen voordat ze erover nadenken.
Als je goed rechtop wil staan dan begint het al bij je voeten. Dus let erop dat je beide voeten goed op de grond hebt staan en het gewicht goed over beide voeten verdeeld. En het gewicht goed over je voeten verdeeld. Dus niet teveel op je tenen staan of juist op de buitenkant van je voeten.
'Niet te hoog of te laag zitten. Dat kan wel eens een probleem opleveren, want aan uw lengte valt (bijna) niets meer te doen. Kunnen uw voeten niet plat op de grond: dan zit u te hoog. Komen de knieën boven de heupen uit: dat is te laag zitten.
U denkt dat men op de fiets verplicht is met 2 handen aan het stuur te fietsen. In dat geval zou appen ook nu al verboden moeten zijn. In de Wet staat nergens dat het fietsen met 2 handen aan het stuur verplicht is.
Stuurbehandeling We onderscheiden de doorgeef- en de overpakmethode. De doorgeef- methode verdient de voorkeur. De overpakmethode kan echter goed worden gebruikt bij snel sturen met lage snelheden. Bij het terugsturen het stuurwiel met beide handen begeleiden tot de wielen weer in de rechtuit stand staan.
Bij de overpakmethode duw je met je rechterhand het stuur omhoog, tot midden boven, en pak je met je linkerhand óver je rechterhand heen het stuurwiel weer vast. Trek dan met je linkerhand het stuurwiel naar beneden, terwijl je rechterhand weer naar '3 uur' gaat.