Een maand is een tijdseenheid die oorspronkelijk was gebaseerd op de omlooptijd van de maan. In de huidige gregoriaanse kalender en andere kalendersystemen die op het zonnejaar gebaseerd zijn, is de lengte van de maand zodanig dat er 12 maanden in een jaar gaan.
Januari (ook wel: louwmaand, ijsmaand, wolfsmaand, hardmaand) is de eerste maand van het jaar in de gregoriaanse kalender. Januari heeft 31 dagen. De maand is vernoemd naar Janus, de Romeinse god van het begin en het einde.
Het feit dat het oude Romeinse jaar niet in januari begon maar in maart (deze maand was gewijd aan Mars), is nog steeds te zien in de maandnamen "september" (zevende maand), "oktober" (achtste maand), "november" (negende maand) en "december" (tiende maand). Juli en augustus hebben eerst Quintilis (vijfde maand) en ...
Augustus, ook wel oogstmaand genoemd, is de achtste maand van het jaar in de gregoriaanse kalender. De maand heeft 31 dagen. Augustus is vernoemd naar de Romeinse princeps Gaius Iulius Caesar Octavianus (Augustus). In een schrikkeljaar begint augustus op dezelfde dag van de week als februari.
Oktober is de tiende maand van het jaar in de gregoriaanse kalender en heeft 31 dagen. De naam komt van octo, het Latijnse woord voor acht. Oktober was namelijk volgens de Romeinse kalender oorspronkelijk de achtste maand van het jaar, omdat volgens deze kalender tot 153 v. Chr. het nieuwe jaar op 1 maart begon.
Geschiedenis van het Romeinse Rijk
Ca. 753 v. Chr. - 476 n.
Nero (Antium, 15 december 37 – bij Rome, 9 juni 68) was de vijfde Romeinse keizer, van 13 oktober 54 tot 9 juni 68.
De limes (Latijn voor 'grens') is de aanduiding van de grens- en verdedigingszone van het Romeinse Rijk, hoofdzakelijk gebouwd in de periode 40 na Chr. - circa 250 na Chr. Deze liep van de Atlantische kust in Noord-Engeland via de Noordzee langs de toenmalige hoofdstroom van de Rijn en Donau naar de Zwarte Zee.
Het Colosseum was geheel bedoeld voor de spelen die werden georganiseerd en gefinancierd door de heersende keizer. Bij de opening organiseerde Titus spelen die 100 dagen duurden. Volgens de overlevering waren er naast vele gladiatorengevechten de meest verbazingwekkende schouwspelen te zien.
Er waren verschillende stammen binnen het Germaanse volk: de Frisiï (Friezen), de Toxandriërs, de Bataven, de Cananefaten of Kaninefaten en de Tubanten. Het Germaanse gebied zou zich in het oosten uitstrekken tot in de Vistula (Polen). In het zuiden hadden zich al eerder Keltische stammen gevestigd.
Over de vroegste geschiedenis van de Germaanse volkeren weet men weinig meer dan dat ze omstreeks de 6e eeuw v Chr. in Scandinavië en rond de Oostzee leefden. Hier verdreven ze wellicht de eerder gearriveerde Saami en Baltische stammen, maar waarschijnlijker is dat ze zich er gedeeltelijk mee vermengden.
Odin heeft vele symbolen zoals een staf, een speer, een ring, twee wolven en een raaf. Zijn vrouw heet Freya (de naam vrijdag kom van Freya.) hij heeft vele zoons. Onder andere de bekende god van de donder Thor (Donar), en Baldr en Hodr die in veel verhalen voorkomen.
Het West-Romeinse Rijk had te maken met vele tegenstanders die ze niet allemaal met verdragen op afstand konden houden. Corruptie, staatsgrepen en burgeroorlog. De laatste twee eeuwen van het West-Romeinse Rijk worden gekenmerkt door steeds ergere corruptie en burgeroorlogen tussen rivaliserende troonpretendenten.
Grotere kans om 80 te worden
Dankzij de lagere sterfterisico's in 2010 bedroeg deze kans voor mannen dat jaar 63 procent. Tien jaar eerder was dat maar 52 procent. Bij vrouwen was de toename minder sterk, maar hun kans om 80 te worden is nog beduidend groter dan die van mannen.
Munt of keerzijde (Engels: tails of reverse, Frans: revers, pile, Duits: Rückseite) is de zijde waarop de nominale waarde van de munt staat.
Vaak ook om te beslissen over een twistpunt tussen twee partijen, waarbij de ene partij vraagt: 'kop of munt?' , dat wil zeggen 'zullen we er om loten wie gelijk heeft'. De beslissing wordt door het toeval bepaald door het opgooien van een (zuivere) munt, zodat beide mogelijkheden gelijke kans hebben.
K, een informele afkorting voor kilobyte. K, symbool voor 1000 of 1024 om een groot getal of bedrag compact weer te geven. K of κ, aanduiding voor compressiemodulus.
In de wiskunde
Een vierhoek is een geometrische figuur bestaande uit vier zijden en vier hoeken. Het getal 4 is het kleinste samengestelde getal (2 × 2). Vier is het dubbele van twee, wat impliceert 4 = 2 × 2, maar ook 4 = 2 + 2.
Een faculteit is een hoofdafdeling van een universiteit. In een faculteit is een aantal verwante opleidingen en onderzoeksgroepen verenigd. In toenemende mate gebruiken ook hogescholen de term voor hun afdelingen, waarin dan verwante opleidingen zijn verenigd.
faculteit (wiskunde), het product van alle getallen tot aan een bepaalde waarde.
In de combinatoriek bestudeert men eindige verzamelingen van objecten die aan gespecificeerde eigenschappen voldoen. In het bijzonder houdt men zich bezig met het "tellen" van objecten in deze verzamelingen en het bepalen of er zekere "optimale" objecten in een verzameling aanwezig zijn.
Een negatief getal is in Nederland een getal dat kleiner is dan 0. In België noemt men een dergelijk getal een strikt negatief getal. Een (strikt) negatief getal is het tegengestelde van het overeenkomstige (strikt) positieve getal, wat inhoudt dat optelling van deze beide getallen als som het getal 0 oplevert.
In de wiskunde is de verhouding (ratio) tussen twee grootheden het quotiënt ervan. Soms wordt een speciale schrijfwijze gebruikt met behulp van een dubbele punt. Als het quotiënt bijvoorbeeld 3 is wordt dit genoteerd als 3:1 en uitgesproken als 3 staat tot 1 of 3 op 1.
Bij het gewone rekenen kan geen zinnige betekenis gegeven worden aan het resultaat van een deling door nul. Een ezelsbruggetje om te onthouden dat de bewerking niet mag is "delen door nul is flauwekul".
In de wiskunde wordt tegenwoordig vrij algemeen het getal 0 tot de natuurlijke getallen gerekend. worden ook gebruikt om de natuurlijke of gehele getallen met uitsluiting van 0, of de (al dan niet strikt) negatieve getallen weer te geven; hun precieze betekenis verschilt echter tussen auteurs.