Als de ketting beweegt/ omhoog komt op de tanden als je hem onder spanning zet is er sprake van slijtage. Voorbladen gelijk met het spul achter vervangen is wel snel, als dat nodig is heb je wel erg ver doorgerende met vesleten meuk. Normaal gaan de grotere tandwielen wel een paar beurten extra mee.
Dat doe je het snelst met een kettingslijtage-indicator. Die heeft meestal twee kanten. Als de kant van de 75% slijtage in de ketting valt, mag je je klaarmaken om hem binnenkort te vervangen. Als de kant van de 100% slijtage gewoon in de ketting valt, is de ketting helemaal rijp voor vervanging.
Meten doe je door een schuifmaat te gebruiken. Zet de binnenpootjes op 118 mm. Dan zet je hem tussen de schakels en duw je hem uit, tegen de rollertjes aan. Komt ie dan boven de 120,5 mm dan is je ketting versleten.
De 3000-kilometer-regel. Om deze versnelde slijtage van cassette en kettingbladen te voorkomen, is een algemene vuistregel om de ketting van je fiets elke 3000 km te vervangen. Let wel, dit is slechts een richtlijn.
Een Campa of TA Specialites groot voorblad gaat ca. 12.000 km mee.
Een ketting vervangen is voor de gemiddelde fietsenmaker maximaal 10 minuten werk. Ze spannen direct de ketting ook op en smeren hem met een goed smeermiddel. Aangezien een ketting tussen de 3 en de 10 euro kost zouden de kosten absoluut niet boven de 30 euro uit mogen komen.
Het herkennen van versleten tandwielen is vrij eenvoudig. Bij goede tandwielen zijn de tanden even dik en gelijk, waardoor de ketting soepel over de tandwielen loopt. Versleten tandwielen zijn te herkennen scherpe punten.
Single: Eén blad voor. Je vindt ze voornamelijk op de MTB of Crossfiets. Dubbel: Het klassieke crankstel waar je kunt kiezen uit de grote plaat of het lekkere pielverzetje (53 of 52 en binnenblad van 39 tanden) Compact: De middenweg van de triple en Dubbel, hier heb je 50/34 kettingbladen op zitten.
Een ketting rekt tijdens het gebruik iets uit en wordt een paar millimeter langer. Een te ver opgerekte ketting vreet de kettingwielen aan. Het is dus zaak om de ketting te vervangen voordat deze te lang wordt.
Meestal gaat een distributieketting zo'n 100.000 a 150.000 kilometer mee. Hierna moet de distributieketting vaak vervangen worden. Het is namelijk zo dat wanneer u de distributieketting langer gebruikt, de ketting niet meer goed zijn werk doet.
Een kettingsetje gaat ongeveer tussen de 20.000- en 35.000 km mee. Soms langer en soms korter afhankelijk van de berijder. Een ketting smeer je aan de binnenkant en ongeveer om de 300km bij droog weer. Rij je in de regen dan mag je iets vaker smeren.
Daar is geen algemeen geldende maatgevende hoeveelheid tijd of kilometers voor. De een zegt een jaar, de ander zegt 10.000km. Beide kan waar zijn, maar veel is afhankelijk van o.a. de kwaliteit van je materiaal. Staal slijt langzamer dan aluminium en is ook nog goedkoper (en zwaarder).
Het kettingblad bij gewone fietsen heeft in de meeste gevallen 46 tanden.
Dit ongeacht het wielformaat en ongeacht de invloed van het gewicht van de berijd(st)er van de fiets en hoogte van de bandenspanning. Maar MTB-fietsen hebben vaak voorbladen van 22, 24 en 26 tanden, terwijl tijdritfietsen voorbladen kennen van 54 en 56 tanden.
De ketting en cassette behoren, net als banden en remblokken, tot de grootste slijtagedelen van je fiets. Het tijdig vervangen van deze onderdelen zorgt ervoor dat je krachten zo efficiënt mogelijk worden overgebracht en snellere slijtage van je kettingbladen voorkomen wordt.
De kosten voor het laten vervangen van een distributieketting zijn afhankelijk van het model en type van uw auto. Meestal lopen ze uiteen van zo'n 700 tot 1500 euro. Goedkoper kan soms, maar 3000 euro is ook goed mogelijk, wanneer u een auto heeft waarbij het hele blok uit elkaar moet om de ketting te vervangen.
Wanneer de ketting te kort is, zal de ketting te strak komen te staan als de ketting zowel voor als achter op het grootste kettingwiel ligt. Als de ketting te lang is, zal de derailleurarm helemaal naar achteren staan als de ketting voor en achter op het kleinste kettingwiel ligt.
Dan geldt de vuistregel: groot-groot + 2 schakels. Breng beide uiteinden van de ketting naar elkaar toe. Trek de ketting strak zodat de derailleur bijna gestrekt naar voren wijst. Je kunt ook tellen hoeveel schakels je oude fietsketting heeft om erachter te komen hoelang je nieuwe ketting moet zijn.
Beter gezegd: 5,8 resp 5,1 Watt/kg, want daar gaat het om. Een vermogen van 150 tot 200 Watt bij 60-65 kg is al heel mooi om de kale berg te beklimmen. Een laag gewicht, jezelf en je fiets, is dus een heel groot voordeel. Een kleiner vermogen per kilo vraagt om kleinere verzetten.
Voor de meeste etappes kiezen de renners voor een cassette met 11-28 verhouding. Het kleinste tandwiel is daarbij 11 tanden groot en het grootste tandwiel heeft er 28. Tijdens zware bergritten kiezen sommige renners voor een lichter verzet, bijvoorbeeld 11-30. Dit zie je vooral vel bij de renners van Ineos Grenadiers.
De 11/28 of 11/30 cassettes zijn geschikt voor heuvelachtige parcoursen en voor sommigen al in de bergen. Voor de meeste fietsers zijn echter de 11/32 en 11/34 cassettes het meest geschikt voor in het hooggebergte.
Gemiddeld kan je zo'n 5000 tot 6000 kilometer met één ketting en één cassette doen.
Hoe weet je wanneer je derailleurwieltjes vervangen moeten worden? Dan zul je goed naar de tandjes moeten kijken. Beginnen ze spits te worden? Dan zijn ze versleten en aan vervanging toe.
Een vastzittende kettingschakel kan leiden tot doortrappen en schakelproblemen. Om dit probleem op te lossen, is het nodig de vastzittende schakel in de ketting te vinden. Dat kan door eerst de ketting over het kleinste achtertandwiel te schakelen en een achterwaartse draai met de pedalen te maken.