Hoe smoke ik met een Oklahoma Smoker? Door het vuur te stoken in de vuurbox, rechts van de Oklahoma Smoker, stroomt de hitte de grilkamer in waarna deze vervolgens omhoog (rook)toren ingaat. Dit geeft een indirecte hitte aan uw maaltijd, doordat er geen rechtstreeks vuur onder de gerechten wordt gestookt.
De Oklahoma barbecue maakt echt barbecueën en roken mogelijk. Uw etenswaar wordt indirect verhit, waardoor u niet de rook van verbrand vet gebruikt, maar de rook van het hout waar u zelf voor kiest. Met 2 of 4 plateaus om te roken is het mogelijk om een compleet gerecht gelijktijdig te koken en roken.
Bij het grillen wordt gebruik gemaakt van directe verhitting boven de vuurbox. Op deze manier bereidt u biefstuk, hamburgers, hotdogs, vis of groente gerechten of iets anders wat u lekker vindt om te koken op houtvuur, kolen of briketten en of houtsnippers. Grillen doet u met temperaturen tussen de 175 ºC en 290 ºC.
Veruit de makkelijkste manier om een vuurtje te stoken in je offset smoker is door een kolenstarter met een beetje houtskool/briketten aan te steken. Als deze gloeiend heet zijn kap je deze uit in je vuurbox en leg je hier een blok hout op.
Voor stabiliteit van de temperatuur kun je een bak met water op het kolenrooster zetten. Het water fungeert als warmtebuffer en houdt schommelingen tegen. Ook gaat er energie in het aan de kook brengen en houden van het water zitten waardoor het minder heet wordt in de barbecue.
Tijdens het koken komen sappen, vetten en suikers vrij die naar de bovenkant van de grill stijgen. Als ze opwarmen, creëren ze rook. De reden waarom je barbecue rookt, is omdat je warmtebron misschien te heet is of je je vlees te dicht bij het vuur hebt geplaatst.
Wanneer u de plank recht boven het vuur plaatst kunt u hem waarschijnlijk maar één keer gebruiken. Als u hem naast de vlam legt, en de producten dus indirect laat garen, gaat de plank wat langer mee.
Plaats de zalm indirect op de bbq en houd de temperatuur op 110 graden. Voeg meteen een handje rookhout (bijvoorbeeld appel of cederhout) toe aan de kolen. Herhaal dit ieder kwartier tot de zalm een temperatuur kerntemperatuur van 50 graden heeft bereikt. Meet deze temperatuur tussendoor met een kernthermometer.
Maar je zou natuurlijk ook je culinaire handjes eens kunnen laten wapperen door het rookhout even te laten weken in wijn, bier, vruchtensap of misschien wel whisky. Een half uurtje weken is vaak al voldoende. Als je rookhout weekt in vocht dan moet het vocht eerste verdampen voordat het hout zelf gaat roken.
Op een smoker kun je het vlees alleen maar garen en roken, hier kun je het vlees dus niet braden of grillen. Een BBQ smoker kan dus, als je een echte fan van gegaard vlees met rooksmaak bent, een echte highlight zijn.
In het algemeen is het goed om de bovenste ventilatieschuif volledig open te zetten zodat de rook kan ontsnappen. Gebruik de onderste ventilatieopeningen als de primaire manier om de temperatuur te regelen. Hoe minder lucht u de smoker in laat komen, hoe lager de temperatuur zal zijn.
Een smoker voor de BBQ maakt het mogelijk om vlees te roken of langzaam te garen zonder dat je het direct boven de hittebron plaatst. Hierdoor wordt het vlees malser, krijgt het een lekkere rooksmaak en is de kans op aanbranden een stuk kleiner.
Warm roken
Vis wordt gerookt bij een temperatuur tussen de 60°C en 80°C, vlees op hogere temperatuur, tussen de 90°C en 110°C. De tijd varieert - afhankelijk van de grootte van het stuk voedsel, en of het al voorgegaard is van een half uur tot een aantal uren.
Wil je wel eens wat anders dan de standaard BBQ? Probeer dan eens je vlees, vis of groente te roken. Met een BBQ smoker rook je de lekkerste gerechten zoals pulled pork.
Wanneer de BBQ op temperatuur is, plaats je de vis op het barbecue rooster. Sluit het deksel en voor 20 - 45 minuten doe je de vis roken. Er zou een milde hoeveelheid witte rook uit de smokerbox moeten komen. Je wil dat er geen grote hoeveelheid rook eruit komt, maar ook geen rook.
Zet de rookoven op hoog vuur (70-90°C) tot het mot begint te roken. Leg nu de vis in de pan en sluit af met een deksel. Zet het vuur uit. Laat de vis gedurende 20-30 minuten roken, afhankelijk van de dikte van de vis.
U kunt op elke barbecue een gerecht roken, het maakt dus niet uit of u een gas-, elektrische of houtskoolbarbecue gebruikt. Wel is het van belang dat uw barbecue een deksel heeft. Rook kan namelijk alleen maar smaak afgeven als het niet goed kan ontsnappen.
Denk aan warm- of koudgerookte zalm en gegrilde tonijn of zwaardvis. Vooral de wat stevigere vissoorten zoals de hierboven genoemde kun je perfect bereiden op het grillrooster van de barbecue. Gebruik voor de wat minder stevige vissoorten zoals kabeljauw, zeeduivel of tong een grillplaat (plancha).
Het grote verschil tussen houtskool of briketten is dat briketten langer op temperatuur blijven en blijven gloeien en dus geschikter zijn voor gerechten die voor langere tijd op de plaat moeten liggen. Ga je bijvoorbeeld een grote T-bonesteak grillen of wil je pulled pork maken, dan heb je briketten nodig.
Steek een houtskoolbarbecue minstens 1 uur van tevoren aan. 2. Leg een mooi bergje houtskool of briketten in de barbecue en plaats daartussen aanmaakblokjes en steek deze vervolgens aan.
Gesloten barbecueën doe je meestal als je indirect wil barbecueën, je gerecht ligt niet rechtstreeks op het vuur maar ernaast, op het rooster. Je BBQ werkt dan als een soort heteluchtoven waardoor je heel veel gerechten kan klaarmaken. Kip bijvoorbeeld maak je klaar in een gesloten BBQ op indirect vuur.