Het nieuwe Verdrag betreffende de Europese Unie, dat de afspraken over de invoering van de
De officiële ISO-code van de munteenheid is EUR. In 1992 werd in Maastricht door de lidstaten van de Europese Economische Gemeenschap besloten tot invoering van de euro in de deelnemende landen. Hierbij zou de waarde van 1 euro gelijk zijn aan 1 ECU.
Al vanaf september 2001 werden bankbiljetten en munten onder banken en detailhandelaren gedistribueerd om knelpunten in de leverantieketen te voorkomen. Als resultaat daarvan was de euro in de eerste dagen van 2002 bijna overal beschikbaar.
Op 1 januari 2002 kwamen in alle 12 eurolanden de eurobankbiljetten en -munten in omloop (E-day). Gedurende een beperkte periode (vier weken) kon zowel met guldens als met euro's contant worden betaald.Alle bank- en girorekeningen zijn (gratis en automatisch) omgezet in euro's.
Een gemeenschappelijke Europese munt moest dankzij het grote gebruiksgebied een belangrijke valuta op de wereldmarkt worden. De euro is vergelijkbaar met de dollar en de yen. Dat is gunstig voor de financiële sector en voor het bedrijfsleven in Europa.
Symbool. De naam "euro" is in 1995 gekozen op een bijeenkomst van de Europese Raad in Madrid. Het euroteken (€) is de Griekse letter epsilon (Є), de eerste letter van het Griekse woord voor "Europa", waarin het horizontale streepje is vervangen door twee parallelle lijnen die voor stabiliteit staan.
Euro is goed voor de export
Onder andere door de euro is de export binnen Europa gemakkelijker geworden. Ondernemers hoeven zich nu niet meer druk te maken over wisselkoersen en hebben geen omwisselkosten. Dit is gunstig voor Nederlandse bedrijven en daarmee voor Nederland.
Op de website van het instituut kun je berekenen hoeveel je geld vroeger waard was. Zo kon je voor €2,50 in 1900 hetzelfde kopen als voor €54,81 in 2000.
Pas op 1 januari 2002 werd het zogenoemde chartale geld in omloop gebracht, ofwel de eurobankbiljetten en euromunten. Die vervingen de bankbiljetten en munten van de nationale valuta, zoals de Belgische frank en de Duitse mark, tegen vaste omrekeningskoersen.
De euro maakt het eenvoudiger en goedkoper om in een EU-land te wonen, of naar een EU-land af te reizen. Consumenten kunnen prijzen bovendien makkelijk vergelijken en grensoverschrijdende betalingen doen. De euro neemt ook bij bedrijven de zorgen over wisselkoersen weg.
Er zijn zeven EU-lidstaten die niet tot de eurozone behoren. Dit zijn Denemarken, Zweden, Hongarije, Polen, Tsjechië, Bulgarije en Roemenië. Al deze landen, op Denemarken na, moeten de euro invoeren zodra zij aan de criteria die hiervoor gelden voldoen.
de euro maakt het voor bedrijven makkelijker, goedkoper en veiliger om handel te drijven in de hele eurozone en met de rest van de wereld. meer economische stabiliteit en groei. meer geïntegreerde en dus efficiëntere financiële markten. grotere invloed op de wereldeconomie.
Koers omwisseling guldens
DNB gebruikt de officiële koers voor het omwisselen van guldenbankbiljetten. Die koers is: EUR 1 = NLG 2,20371. Dus 1 gulden is ongeveer 45 eurocent waard. We brengen geen extra kosten in rekening voor het omwisselen.
Na tien jaar van voorbereidingen werd op 1 januari 1999 uiteindelijk de euro ingevoerd. De eerste drie jaar ging het nog om een "onzichtbare" valuta die uitsluitend voor boekhoudkundige doeleinden en in het elektronisch betalingsverkeer werd gebruikt.
Twaalf landen - België, Duitsland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, Italië, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk, Portugal en Spanje - voerden in 2002 de euro in. Later volgden Slovenië, Cyprus, Malta, Slowakije, Estland, Letland en Litouwen.
Uit onze berekeningen blijkt dat wie tien jaar geleden begon te sparen met 100 euro nog maar 39,79 euro aan waarde over heeft. Zelfs als je al die tijd spaarde tegen de hoogste rente is die ingelegde 100 euro nu nog maar 61,67 euro waard.
De huidige gemiddelde prijs van een 1 gulden 1968 is € 26. Als je geïnteresseerd bent in een 1 gulden 1968, kosten gebruikte exemplaren gemiddeld € 17. Het duurste 1 gulden 1968 in de Munten | Nederland categorie werd aangeboden voor € 200, terwijl het goedkoopste voor € 0 stond.
Hoeveel draagt Nederland bij? De jaarlijkse bijdrage aan de EU bedraagt ruim 1% van de nationale welvaart. Nederland heeft in 2020 5,846 miljard euro bijgedragen ; in 2021 zal het naar verwachting 7,937 miljard bijdragen. Daarnaast staan de EU-landen ook een deel van de douanerechten af aan de EU.
De meeste guldenbankbiljetten kunt u nog tot 1 januari 2032 inwisselen voor euro's. Dit doet u bij De Nederlandsche Bank (DNB) in Amsterdam. Guldenmunten (als dubbeltjes en rijksdaalders) kunt u bij DNB niet meer omwisselen. Andere valuta kunt u alleen omwisselen in het land waar het geld vandaan komt.