Wanneer een hond het te koud heeft zal hij gaan rillen en dan weet je dat het te koud is. Over het algemeen kan een gezonde volwassen hond prima tegen temperaturen in de winter van zo'n 10 graden, maar hierbij is het belangrijk dat hij niet in de tocht ligt en een warm plekje kan opzoeken als dit nodig is.
De meeste kleine honden vertonen vanaf 8 °C verschijnselen van kou. Middelgrote honden kunnen beter tegen kou dan kleine honden, maar overschat ze niet. De eerste verschijnselen treden op rond de 5 °C. Blijf uw hond daarom goed in de gaten houden bij temperaturen die richting het vriespunt gaan.
Puppy's. Jonge honden zijn minder goed bestand tegen de kou omdat ze in tegenstelling tot een volwassen hond nog niet voorzien zijn van een goede vetlaag en vachtopbouw. Hierdoor verliezen ze sneller en gemakkelijker hun warmte waardoor ze meer risico lopen op onderkoeling.
De normale temperatuur van een hond ligt tussen de 38 en 39 °C. Dat cijfer kan oplopen bij inspanningen, maar door de kou ook snel dalen – zeker als je hond heeft gewandeld in natte sneeuw (die in zijn vacht blijft kleven) of in de regen. Je merkt dat je hond het koud heeft als hij rilt en zichzelf opkrult.
Verschillende adviezen. Er bestaan verschillende adviezen voor de temperatuur in honden- en kattenverblijven. De Universities Federation for Animal Welfare (UFAW) raadt aan om katten te houden bij 18 tot 24 graden en honden tussen 10 en 26 graden. Dit is gericht op dieren die als huisdier worden gehouden.
De temperatuur van de slaapplaats is belangrijk. Honden kunnen het 's nachts koud krijgen, er zijn honden die daarom graag onder een deken slapen (of heerlijk in een hondenslaapzak). Veel mensen houden er geen rekening mee dat honden het ook koud 's nachts kunnen krijgen.
Als de pups door de moeder niet warm gehouden worden biedt een warmtelamp uitkomst. De eerste vier - vijf dagen is een temperatuur van rond de 26 tot 28 graden het beste, geleidelijk dalend tot 26 graden in de tweede week, 23 - 26 graden in de derde week en 23 graden in de vierde week.
De meeste kleine honden vertonen koude verschijnselen vanaf 8°C.Middelgrote honden kunnen iets beter tegen koude.De eerste verschijnselen treden bij hen meestal op vanaf 5°C. Hou je hond daarom altijd goed in de gaten wanneer temperaturen richting het vriespunt gaan.
De meeste honden kunnen ook goed tegen de kou, al kan dat per ras verschillen. Er zijn ook rassen die van nature moeilijker weerbaar zijn tegen kou. Bij een hond is het daarom belangrijk om in de gaten te houden of hij het koud heeft.
Tussen de 15 en 16 graden is waarschijnlijk te te koud, maar het is goed om de hond in de gaten te houden of de hond zich comfortabel voelt. Als de hond zijn poten onder zich trekt kan dit een teken zijn dat het te koud is.
Een hond komt tegen je aan liggen om genegenheid te tonen en verbondenheid met je te voelen. Echter, er kunnen meer redenen zijn voor het tonen van dit hondengedrag. Een logische en veelvoorkomende reden is dat jouw hond gewoonweg geniet van het samenzijn met jou als hondenbaasje.
Honden met een dubbele vacht, denk aan de golden retriever, Duitse herder en husky, hebben een beschermlaag. Vlak tegen hun vel zitten korte haren en daardoor steken langere haren. Deze honden kunnen dus erg goed tegen de kou. Zij kunnen vriestemperaturen makkelijk aan en kunnen zelfs 's nachts buiten slapen.
Net als wij kunnen honden een kou vatten en een hoest oplopen. En dat kan van een paar dagen tot een paar weken duren.
In de winter kan de temperatuur 's nachts dalen naar 15 graden, wat niet te koud is voor honden of katten, tenzij ze oud of ziek zijn. Dan is een temperatuur van ongeveer 18 graden beter. Zorg ervoor dat je huisdier een warm plekje heeft om te slapen, zoals een warme mand met dekens of een warm holletje voor de kat.
Dan moet je helemaal opletten, want dan raken honden nog sneller onderkoeld. Vanaf een temperatuur van -6 °C of kouder kun je honden – afhankelijk van het ras – beter niet meer uitlaten. Dan is het risico op onderkoeling te groot.
Laat je hond niet afwisselend binnen en buiten slapen. Zo kan hij zijn vacht niet aanpassen naar zijn wintervacht. Het is aangeraden om je hond tot een jaar oud binnen te laten slapen.
In je huis zit best veel vocht. Als het te koud wordt, is er kans op schimmelvorming. Vijftien graden is daarom een ondergrens.
De Hartstichting adviseert daarom een gezonde, veilige en minimale temperatuur in huis van 17 graden. Een temperatuur in huis die lager is dan het minimum van 15 of 16 graden is ongezond. Als u de temperatuur in uw woon-, bad- of slaapkamer té laag zet, dan kunt u last krijgen van vochtproblemen in huis.
Het opwarmen
Start met een rustige wandeling van 5-7 minuten aan een ontspannen lijn. Sluit af met 3-4 minuten rustige draf aan dezelfde ontspannen lijn. Ga je intensief sporten, springen en/of sprinten met de hond (of gaat de hond dat vooral doen :-)), trek dan zeker 20 minuten uit om op te warmen.
Net zoals wij in de kou, bibberen honden als reactie op frisse temperaturen. Dat is een natuurlijke manier om zichzelf op te warmen. Soms trilt een hond van opwinding, bijvoorbeeld bij het zien van zijn lievelingsspeeltje, een lekker snoepje, of gewoon als hij zijn favoriete baasje – jij dus – ziet!
Het bloed kan vervolgens niet goed worden rondgepompt, wat kan leiden tot schade aan de organen, hart en hersenen, of zelfs het overlijden van de hond. Het is moeilijk te zeggen bij welke temperatuur het buiten te warm is voor de hond, dit verschilt per hond. Het advies is om boven de 15 graden al alert te zijn.
Honden houden zichzelf warm door bijvoorbeeld te blijven bewegen. Honden met korte pootjes, rassen met een dunne vacht en oude of zieke honden doe je in de winter beter een jasje aan. Is jouw hond aan het rillen? Dan geef je hem best wat extra warmte.
Wanneer een pup in huis plast na het uitlaten komt dit vaak niet door een trauma maar omdat de pup zich buiten nog niet veilig genoeg voelt. Omdat de meeste pups zich eerst op hun gemak leren voelen binnenshuis zullen ze eerder hier gaan plassen dan tijdens de wandeling.
Op 6 weken wordt de pup als het goed is gevaccineerd bij de fokker. Deze basisenting wordt herhaald op 9 en 12 weken. Pas na de enting op 12 weken mag u met de pup naar de uitlaatveldjes.