Tenslotte kan je kind ook moeite hebben met drinken aan de borst omdat het pijn doet, bijvoorbeeld na een kunstverlossing, bij een beschadiging aan de kaakgewrichten, een gebroken sleutelbeen, en dergelijke. Pijn bij het drinken kan ook veroorzaakt worden door spruw in het mondje van de baby of op je tepel en tepelhof.
Gebruik één arm om je baby te steunen en met de andere hand ondersteun je je borst, zodat de tepel ter hoogte van zijn neusje komt. Streel met de tepel zacht de bovenlip van je baby. Je baby herkent het signaal en opent in een 'zoekreflex' spontaan zijn of haar mondje. Gun je baby even tijd om actief te gaan aanhappen.
Een baby moet 20 (7 of 10, of 15) minuten aan elke borst gevoed worden. Niet waar! Belangrijk is dat we het verschil maken tussen 'aan de borst liggen' en 'uit de borst drinken'. Enkele voorbeelden: Een baby die 15 Ã 20 minuten aan een kant effectief drinkt, wil de tweede kant misschien helemaal niet meer.
Als het aanleggen van je baby niet lukt, kan een lactatiekundige of borstvoedingsspecialist het gebruik van tepelhoedjes aanbevelen, waardoor je baby iets groters en stevigers heeft om aan te happen. In het algemeen moeten tepelhoedjes als een oplossing voor de korte termijn worden gezien.
Als je baby honger heeft, geeft hij verschillende subtiele tekens vooraleer hij gaat huilen: hij likt aan zijn lipjes, draait zijn hoofdje en zoekt de borst, hij brengt de handjes naar zijn mondje en likt aan zijn handjes, hij balt zijn vuistjes.
Naast dat je kindje zich verslikt, kan het ook zijn dat ze te veel lucht happen tijdens het drinken. Bijna elke baby doet dit uit enthousiasme, waardoor ze snel kramp of buikpijn krijgen door alle lucht in hun maagje. Je kunt ze dan even rechtop houden en ze laten boeren door lichtjes op de rug te tikken.
Hoe weet ik of mijn kind last heeft van tepel-speenverwarring? De baby weet niet wat hij met de borst aan moet: hij kauwt erop, pakt hem vast, steekt zijn tong niet meer uit om de melk te laten toeschieten en wordt al snel erg onrustig. Hij huilt, lijkt de borst weg te duwen, raakt overstuur en overstrekt zich.
Zorg ervoor dat je baby met zijn gezicht naar je toe ligt. Je baby heeft hierbij wel ondersteuning nodig, dit kun jij hem geven door je hand onder zijn billen te plaatsen. Nu kun je zachtjes over zijn rug wrijven of zachtjes kloppen. Hiermee help je je baby om het boertje omhoog te laten komen.
Tips bij reflux
Houd je baby wat meer rechtop tijdens het voeden. Voed je baby in elk geval niet liggend. De voeding kan dan gemakkelijk vanuit de maag terugstromen in de slokdarm en mond. Zorg dat je baby niet te snel drinkt of lucht hapt tijdens het drinken.
Als hij de tepel tegen zijn gehemelte voelt zal hij de hap borst vacuüm zuigen (zuigreflex), waardoor de melkstroom op gang komt. Als jij en je baby in de omstandigheid zijn om op deze manier het eerste aanleggen te oefenen, zal je baby bijna altijd meteen goed aan de borst drinken.
Het is belangrijk om vanaf de geboorte je baby de eerste tijd minimaal acht tot twaalf keer per 24 uur te voeden. Hij krijgt dan vaak een beetje colostrum en hij leert zo hoe hij moet drinken nu je borsten nog zacht zijn. Wanneer je baby na de geboorte nog erg slaperig is, kun je hem gerust bij je nemen om te voeden.
Oudere baby's hebben vaak in de gaten dat ze een afnemende toeschietreflex kunnen prikkelen door aan de tepel te trekken. Wanneer de melkstroom minder wordt, gaan ze met de tepel in de mond hun hoofd naar achteren heen en weer bewegen, om de melk weer op gang te brengen.
Breng het lepeltje horizontaal in de mond en druk het lichtjes op de tong. Houdt je baby het hoofdje lichtjes voorover gebogen, dan kan hij of zij de lepel makkelijker met de lippen leegmaken. Het is normaal dat je baby een beetje morst.
Te veel voeding, dit zijn de signalen
Als je veel melk aanmaakt kun je dit merken doordat: Je baby onrustig drinkt en zich vaak verslikt. Er regelmatig melk terug komt via de mond van je baby. Je baby buikkrampen heeft en veel huilt.
Begin iedere voeding met de andere borst. Hoe lang een voeding duurt, is afhankelijk van de toeschietreflex en de eetlust van je baby. Bij de meeste moeders duurt een voeding zo'n twintig tot 30 minuten per keer.
Houd je baby na het voeden minimaal twintig minuten rechtop. Laat je baby vaker kleine porties eten of drinken. Als je je baby flesvoeding geeft, kun je hem tijdens een voeding iedere drie minuten laten boeren.
Hongersignalen: • Zuigbewegingen • Tong uitsteken • Met tong over lipjes likken • Lipjes tuiten/plooien • Draaien met het hoofdje • Sabbelen op handje/vingers • Na wakker worden uitgebreid gapen • Na wakker worden schoppen met beentjes.
We hebben het over een hongerige baby als een baby zich na een voeding weer snel meldt, binnen pakweg 2 uur. Leg je baby gerust aan. De samenstelling en ook hoeveelheid van de moedermelk past zich vanzelf aan aan wat je baby nodig heeft.
Het kan ook heel geleidelijk gaan. Een baby die geen problemen lijkt te hebben met de verschillende manieren van zuigen of het gebruik van een fopspeen, begint aan de borst alsmaar minder efficiënt te drinken. In uitzonderlijke gevallen kan een baby ook met zuigverwarring geboren worden.
Na twee weken krijgt nog maar 59% van de baby's volledige borstvoeding en na zes maanden 39%. Tussen de 11 en 13% van de baby's krijgt op dat moment een combinatie van borst en fles.
De belangrijkste oorzaak voor onvoldoende groei van uw baby is dat de placenta minder goed werkt. Een goede ontwikkeling van de placenta en bloedvaten in de baarmoeder zijn erg belangrijk. Dit gebeurt in de eerste maanden van de zwangerschap. Via de placenta krijgt uw baby voedingsstoffen en zuurstof.