Eind jaren 60 verandert de kweekschool in de Pedagogische Academie en nog later worden onderwijzers klaargestoomd voor het vak via de pabo, waarvoor in vergelijking met de kweekschool lagere toelatingseisen gelden. De nadruk in de lerarenopleiding verschuift van degelijke vakkennis naar de ontwikkeling van het kind.
Er werd hoofdelijk onderwijs gegeven: ieder kind kreeg van de meester een opdracht. Tweemaal per dag moest de leerling bij de lessenaar van de meester komen waar de opdracht werd nagekeken. De leerlingen leerden lezen, schrijven en in sommige gevallen rekenen. Kinderen betaalden per lesje.
Soms had een klas wel zeventig kinderen! Voor al deze leerlingen stond één onderwijzer, die al deze kinderen les moest geven. De leerlingen waren wel verdeeld in klassen van verschillende leeftijden. De leerlingen van een klas kregen tegelijk les, de andere leerlingen moesten op dat moment zelfstandig werken.
De kinderen schreven niet met balpennen in schriften. Ze schreven met een griffel op een lei. De meester was vroeger heel erg streng. Hij sloeg kinderen wel eens met een roede of een plak.
Ezelsbord (Museum De Burghse Schoole). Andere straffen waren: met je gezicht voor het schoolbord staan/knielen, in de hoek staan, op de gang staan, nablijven, strafregels schrijven of door letterlijk een 'blok aan het been' te geven.
Ieder z'n eigen inktpotje en inktlapje. De klassen waren groot, met z'n veertigen was normaal. Er was voor de meester dan ook weinig tijd om elk kind apart aandacht te geven. Je moest meedoen met de hele klas, en als je daar moeite mee had, om dat tempo bij te houden, ja….
De typische indeling van een klaslokaal
In de jaren '50 was het klaslokaal gevuld met houten banken en stoelen, met z'n tweeën naast elkaar. In de hoek van het lokaal stond een kachel en voorin stond altijd het iconische telraam. Oh, en kan jij je het leesplankje nog herinneren?
Kinderen gingen 's-ochtends van 9:00-12:00 naar school, en 's-middags 13:45 tot 15:45. Ook op zaterdagochtend werd er les gegeven, en kinderen uit de klassen 6, 7 en 8 kregen maandag- en donderdagmiddag handwerken van 15:45 tot 16:15. In totaal kregen ze 26 uur les per week.
Als VMBO-leerlingen hun eindexamen doen, zijn ze normaal gesproken 16 jaar oud. Voor leerlingen in het HAVO geldt dat de meesten het 5e en laatste jaar afronden als ze 17 zijn geworden. Leerlingen die het VWO doen, doen eindexamen in het 6e jaar als ze 18 worden.
De lagere school kende zes schoolklassen: eerste klas: voor kinderen van 6-7 jaar (komt overeen met groep 3 van de basisschool) tweede klas: 7-8 jaar (groep 4) derde klas: 8-9 jaar (groep 5)
Vroeger kende men in Nederland de middelbare school, waar middelbaar onderwijs aan leerlingen werd gegeven. Schooltypen waren onder meer: hbs, mms, gymnasium, lyceum. Sinds 1 augustus 1968 zijn deze vervangen door school voor voortgezet onderwijs, meestal in een scholengemeenschap.
De pedagogische academie voor het basisonderwijs (pabo) is het opleidingsinstituut voor onderwijzend personeel in het basisonderwijs in Nederland. Studenten volgen hier een vierjarige hbo-opleiding, waarna men zich Bachelor of Education mag noemen. Voorheen was dit de kweekschool of normaalschool.
De havo is ontstaan met de Wet Voortgezet Onderwijs (WVO), ook wel genoemd de Mammoetwet, die in 1968 is ingevoerd. Op dat moment verdwenen de mulo, de mms en de hbs, die wel als voorlopers van mavo, havo en vwo gezien kunnen worden.
Gescheiden onderwijs is meestal een aanduiding voor het inrichten van onderwijs zo dat jongens en meisjes in aparte scholen of klassen les krijgen (seksesegregatie). Er is dan sprake van jongensscholen en meisjesscholen, of van scholen met aparte jongensklassen en meisjesklassen.
Aan de eerste fase van de schoolstrijd kwam een einde dankzij de Grondwet van 1848. Deze legde vast dat het geven van onderwijs in beginsel iedereen vrij staat. Op 1 januari 1901 is de leerplicht ingevoerd. Kinderen van 6 tot 12 jaar moesten een school bezoeken óf huisonderwijs krijgen.
Door Plato: De Akademeia of de Academie van Athene was een beroemd gymnasium én school in Athene, opgericht door Plato in 387 voor het begin van onze jaartelling. De school was de eerste georganiseerde school in Europa. Plato richtte deze academie op om filosofisch onderricht te geven aan jonge Atheense burgers.
Samengevat zijn de opties als volgt: Het hele jaar overdoen: alle vakken opnieuw volgen en het examen opnieuw maken. Dit kan op een middelbare school, bij het vavo of op een privéschool. Deelcertificaten halen: het examen opnieuw maken voor de vakken die je onvoldoende hebt afgesloten.
Belemmeringen voor de doorstroom havo-vwo
In het havo-profiel cultuur en maatschappij (CM) is wiskunde niet verplicht. Op het vwo maakt wiskunde deel uit van ieder profiel, ook CM. Doorstromers met een CM-profiel zullen dus alsnog examen in wiskunde moeten doen.
In het kort: Met een vwo-advies kan je zowel naar het atheneum als het gymnasium. Het niveau is op het atheneum en gymnasium gelijk. Het enige verschil is dat je op het gymnasium ook de vakken Latijn, Grieks en klassieke culturele vorming krijgt. Ook krijg je een gelijke diploma als je na klas 6 geslaagd bent.
De meeste basisscholen hanteren nog het traditionele schooltijdenmodel: de schooldag start tussen 8:30 en 8:45 uur, de schooldag eindigt tussen 14:30 en 15:30 uur. Kinderen eten tussen de middag thuis of blijven over op school. Het overblijven is vrijwillig.
Voortgezet Onderwijs
Veel scholen starten rond 08.30 uur en eindigen rond 17.00 uur.
Jacob van Maerlant dringt aan op het stichten van scholen en het verstrekken van beurzen.
De kweekschool duurt afhankelijk van de vooropleiding twee tot vier jaar. Daarna kan de onderwijzer nog één jaar doorleren om zijn volledige bevoegdheid te halen. Op de kweekschool is naast vakkennis veel aandacht voor handarbeid en lichamelijke opvoeding.
Het beste antwoord. Dat is toch wel ongeveer een gelijk niveau als de PABO, HBO-niveau ongeveer dus. Verschil is wel dat je nu op de PABO voor de hele basisschool opgeleid wordt. Vroeger was de "kleuterkweek" voor de kleuterschool en de pedagogische academie voor de lagere school.
De invoering van de Mammoetwet in 1963 is de verdienste van minister Jo Cals.