De meeste zonnepanelen hebben een nominale "maximale temperatuur van het zonnepaneel" van ongeveer 85 graden Celsius. Hoewel de hoeveelheid door het paneel geproduceerd vermogen afneemt, is het zeer onwaarschijnlijk dat er grote storingen optreden als gevolg van temperatuur.
Bij een warme zomerdag kan de temperatuur van een zonnepaneel makkelijk stijgen naar 65 graden. U levert bij deze temperatuur ongeveer 20% opbrengst in. Berekeningen wijzen uit dat elke graad boven de 25 graden Celsius een opbrengstverlies van 0,5% veroorzaakt.
Te heet voor zonnepanelen
Hoe meer panelen en hoe meer zon, hoe meer opbrengst zou je denken. Helaas: zonnepanelen kunnen niet goed tegen warmte. Soms is het simpelweg te heet voor zonnepanelen. Bij een omgevingstemperatuur van 30 graden kan een zonnepaneel in de volle zon al gauw 60 graden worden.
Het verkoelend effect van zonnepanelen is ooit onderzocht door de Universiteit van Californië met behulp van warmtebeeldcamera's. De conclusie was dat de temperatuur onder het dak met 2 tot 3 graden celsius afnam dankzij de panelen.
Op een mooie zomerdag in Nederland kunnen je zonnepanelen een temperatuur van 65 graden Celsius bereiken. Dit is 40 graden Celsius hoger dan de ideale temperatuur van 25 graden Celsius. Met een warmte coëfficiënt van 0,5 procent zal het rendement van de zonnepanelen dus afnemen met 0,5 x 40 = 20%.
Het is misschien wel het grootste misverstand in zonnepanelenland: het idee dat zonnepanelen in de winter helemaal niets opleveren. Een zonnesysteem draait op de zon, maar niet op de warmte ervan. Juist het licht van de zon wordt omgezet in energie. Ook op minder zonnige dagen doen zonnepanelen dus gewoon hun werk.
Dat wil zeggen dat de stroom die uit paneel 1 komt vervolgens door paneel 2 loopt, enzovoorts. Dus als er door 1 zonnepaneel, door een defect of (tijdelijke) schaduw, minder stroom loopt, leveren ook de andere zonnepanelen in de serie minder stroom.
Nieuw onderzoek toont aan dat zonnepanelen ervoor zorgen dat het huis of kantoor waarop ze zich bevinden een stuk koeler blijft. Het resultaat: de airconditioning kan uit blijven of in ieder geval lager worden gezet. En wanneer het buiten koud is, zorgen de zonnepanelen dat de hitte in het gebouw blijft.
Zonnepanelen moeten het van de zon hebben, maar bij veel zon raken ze verhit en gaan ze juist minder stroom leveren. Dat hoeft echter niet zo te blijven. Onderzoekers laten panelen zweten, waardoor ze afkoelen en 15 procent meer stroom produceren. Zweten is een prima uitvinding van de natuur.
Waarom levert een zonnepaneel minder energie op in de hitte? Doordat de zon op het paneel schijnt, wordt er elektrische lading vrijgemaakt. Dat zorgt voor de elektriciteitsproductie. Maar ook warmte maakt lading vrij en dat vermindert het effect van het zonlicht enigszins.
Het schoonmaken van zonnepanelen doe je ongeveer eens per 5 jaar. Vaak is dat voldoende. Kijk hierbij wel goed naar de weersomstandigheden. Als het weinig regent, is het verstandig om de zonnepanelen wat vaker te reinigen.
Zonnepanelen werken het best bij directe instraling van de zon. De opbrengst is dus het hoogst op een zonovergoten dag zonder bewolking en als de zon loodrecht op de panelen schijnt.
Op een zonnige dag kan het voorkomen dat de omvormer veel vermogen wil terugleveren en dat er tegelijkertijd weinig stroom wordt verbruikt in het huishouden. De netspanning loopt op, de limietwaarde wordt bereikt en de omvormer wordt uitgeschakeld.
De opbrengst van zonnepanelen hangt vooral af van de stand van de zon. Een zonnig uur tussen 13.00 uur en 14.00 uur in februari, levert minder op dan een uur zonlicht op hetzelfde tijdstip in mei. De zon staat in mei hoger dan in februari en dat zorgt voor een betere lichtinval.
De opbrengst van zonnepanelen per maand in de maand mei is gemiddeld het hoogste, gevolgd door juni en juli. In deze periode is het aantal dagelijkse zonuren het hoogst. De maand mei scoort vaak iets beter dan juni en juli, omdat de gemiddelde temperaturen dan minder hoog zijn.
Zonne-energie omvormers van SMA kunnen zeer goed tegen hoge temperaturen. Zelfs tot omgevingstemperaturen tot meer dan 40 of 50 graden Celsius functioneren ze goed. Toch is het verstandig om er rekening mee te houden dat de omvormer ook warmte produceert en dat hij deze warmte moet kunnen afvoeren.
De omvormer kan het beste worden opgehangen op een plek die niet al te stoffig is en waar de omvormer zijn warmte goed kwijt kan. Een krappe slecht geventileerde meterkast of een hooischuur is daarom geen goede plek. Een koele garage, daarentegen, is de perfecte plek.
Het is afhankelijk van het aantal zonnepanelen hoe hoog het verlies is en of het beter is om de omvormer juist dichtbij de zonnepanelen of juist dichtbij de meterkast te plaatsen. De regel is als volgt: zijn er veel zonnepanelen in serie geschakeld, plaats de omvormer dan dichtbij de meterkast.
Blootstellingscriteria voor straling
De aanbevolen limiet voor elektrische velden (als de fysieke zonnepanelen zelf) is 5 kilovolt per meter. Het elektromagnetische veld dat zonnepanelen zelf opwekken, is erg zwak. Om de laagspanning van zonnepanelen geschikt te maken voor het stopcontact is een omvormer nodig.
Eerst isoleren is dus een stuk energie-efficiënter. Beslis je bovendien jaren na de plaatsing van je zonnepanelen om alsnog te isoleren, dan wordt deze klus een stuk ingewikkelder en duurder. Conclusie? De experts zeggen dat je best éérst isoleert en dan pas produceert.
Zonnepanelen kunnen op elk dak worden geplaatst, zowel op een plat dak als een schuin dak met dakpannen, leisteen of golfplaten. Ook op een rieten kap zijn zonnepanelen mogelijk. Zonnepanelen kunnen ook op de gevel worden geplaatst, of als zonneluifel.
Afhankelijk van de specifieke dak situatie wordt er in de regel gekozen voor een omvormer die 20% kleiner en maximaal 10% groter is dan het vermogen van het aantal WP van de zonnepanelen. Maar laat jouw installateur even een berekening maken op basis van de praktijksituatie.
Financiële nadelen
De investering die je moet doen is hoog, en de terugverdientijd lang. Ook is er geen landelijke subsidie meer beschikbaar waarmee je je zonnepanelen kunt financieren. Het leveren van energie aan je energiemaatschappij is ook niet heel erg rendabel.
Als je wifi niet werkt, dan doen jou zonnepanelen het nog wel! De zonnepanelen hebben geen wifi-verbinding nodig om te werken. De omvormer heeft slechts een wifi-verbinding nodig om de data naar de app te kunnen leveren zodat deze voor u te zien is op je telefoon of tablet.
Panelen mogen niet te dicht bij de rand of de nok liggen, dat kan bij storm problemen opleveren. Schaduw van bomen of gebouwen kan op de panelen vallen. De belastbaarheid van een dakkapel is vaak minder dan de rest van het dak, terwijl panelen op de dakkapel meer wind vangen en dus meer ballast nodig hebben.