PTSS en triggers Mensen met een posttraumatische stressstoornis (PTSS) , hebben vaak last van triggers . Triggers kunnen klachten die bij PTSS horen veroorzaken, zoals flashbacks , nachtmerries, heel erge angst en
Dit roept intense angst op en kan zowel mentaal als lichamelijk reageren: een snelle hartslag, zweten, trillen of moeilijk ademhalen. Herinneringen aan trauma verdwijnen nooit volledig en kunnen heel onverwacht terugkomen, bijvoorbeeld door geluiden of beelden die aan de gebeurtenis doen denken.
Bepaalde triggers kunnen je PTSS activeren. Ze brengen sterke herinneringen terug. Je hebt misschien het gevoel dat je het allemaal opnieuw beleeft. Triggers kunnen beelden, geluiden, geuren of gedachten zijn die je op de een of andere manier aan de traumatische gebeurtenis herinneren .
Een trauma herkennen
Je hebt last van sombere gevoelens en/of huilbuien en vaak ben je voortdurend gespannen. Een traumatische ervaring kan leiden tot het hebben van flashbacks van de gebeurtenis, herbelevingen van de gebeurtenis overdag of in je slaap.
Wanneer je een posttraumatische stressstoornis hebt, herbeleef je een schokkend moment uit het verleden steeds opnieuw.Bijvoorbeeld in nachtmerries of flashbacks.Je voelt je angstig, onrustig of prikkelbaar. Het herbeleven van de nare gevoelens van toen, is de belangrijkste klacht van iemand met PTSS.
Overzicht. Posttraumatische stressstoornis (PTSS) is een psychische aandoening die wordt veroorzaakt door een extreem stressvolle of angstaanjagende gebeurtenis - hetzij door er deel van uit te maken of er getuige van te zijn. Symptomen kunnen zijn : flashbacks, nachtmerries, ernstige angst en oncontroleerbare gedachten over de gebeurtenis .
Je ziet, ruikt, hoort, proeft en voelt alles weer zoals toen het gebeurde. Je hebt nachtmerries en slaapt onrustig. Je hebt herinneringen aan de gebeurtenis die steeds weer terugkomen. Wanneer je aan de gebeurtenis denkt, krijg je hartkloppingen, ga je trillen en zweten en kun je niet goed meer ademhalen.
Niet iedereen reageert op dezelfde manier op trauma, maar dit zijn enkele veelvoorkomende signalen: Cognitieve veranderingen: opdringerige gedachten, nachtmerries en flashbacks van de gebeurtenis, verwarring, geheugen- en concentratieproblemen en stemmingswisselingen.
PTSS uit zich niet alleen geestelijk, maar ook lichamelijk. Dat merk je aan een verhoogde alertheid en spierspanning. Dit kan gepaard gaan met bijvoorbeeld hoofdpijn, misselijkheid of spierpijn.
Fases in verwerking
Je hebt eigenlijk weinig behoefte om met anderen over de gebeurtenis te praten. Je ontkent dat er iets is veranderd en wil de situatie niet onder ogen zien. Je probeert gedachten aan de gebeurtenis te negeren. Ook heb je minder interesse in de dingen die je normaal wel interesseren.
Personen met complexe PTSS kunnen een scala aan emotionele symptomen ervaren, waaronder intense angst, schaamte, schuldgevoel, woede, verdriet en een verminderd gevoel van eigenwaarde . Deze emoties kunnen ontstaan als reactie op triggersituaties of zelfs schijnbaar ongerelateerde gebeurtenissen, waardoor ze moeilijk te beheersen zijn.
Wat maakt PTSS erger? Lang wachten met behandelen is de voornaamste reden voor toename van de PTSS klachten. Hoe langer je wacht, hoe erger de klachten worden. Een slechte leefstijl, waaronder ongezonde voeding, alcohol- of drugsgebruik, is een risicofactor voor toenemende klachten.
Als je getriggerd wordt, heb je een automatische reactie op iets. Het wordt vaak een vecht-of-vluchtreactie genoemd, omdat je bent voorbereid om aan te vallen of te rennen. Soms kun je gewoon bevriezen en niets meer doen. Je hart kan sneller kloppen, je vuisten ballen zich en je zult waarschijnlijk zweten .
Sommige mensen kunnen zelfs een volledige paniekaanval ervaren. Naast de fysieke en emotionele reacties, kan een persoon met PTSS ook gedragsveranderingen ervaren. Ze kunnen zich terugtrekken, mensen of plaatsen vermijden die hun PTSS triggeren, of drugs of alcohol gebruiken om hun gevoelens te verdoven.
Het is belangrijk om te weten dat sommige mensen ook gewicht kunnen verliezen vanwege de schommelingen in hormoon- en cortisolniveaus die optreden bij PTSS en C-PTSS .
Vrouwen hebben meer kans dan mannen om PTSS te ontwikkelen. Bepaalde aspecten van de traumatische gebeurtenis en biologische factoren (zoals genen) kunnen ervoor zorgen dat sommige mensen meer kans hebben om PTSS te ontwikkelen.
SSRI's kunnen helpen tegen de verschijnselen van een posttraumatische stressstoornis, zoals angst. Voorbeelden zijn citalopram, fluoxetine, fluvoxamine, paroxetine, sertraline en venlafaxine.
Een trauma kan ontstaan wanneer iemand één of meerdere schokkende gebeurtenissen meemaakt, zoals een ernstig verkeersongeluk, een brand, het overlijden van een belangrijk persoon, seksueel misbruik of geweld. Een trauma ontstaat doordat de gebeurtenis(sen) niet goed verwerkt worden.
Als u zich momenten kunt herinneren waarop u overdreven reageerde, en misschien zelfs verrast was door uw eigen reacties, kan dit een teken van trauma zijn . Het is niet ongewoon dat mensen die lijden aan emotioneel trauma gevoelens van schaamte en zelfverwijt hebben.
Complex trauma (type III) is een specifieke vorm van chronisch trauma. Dat komt voor als er verschillende traumatische gebeurtenissen zijn geweest die zijn begonnen toen een kind nog heel jong was en die veroorzaakt werden door volwassenen die voor het kind zouden moeten zorgen en het zouden moeten beschermen.
Dissociatie is een verstoring en/of onderbreking van het normale psychisch functioneren, die van invloed is op onder andere het denken, geheugen, identiteit, emotie, perceptie, lichaamsbeleving, motorische controle en gedrag. Dissociatieve symptomen kunnen ieder gebied van het psychisch functioneren verstoren.
De symptomen van PTSS kunnen erg heftig zijn en veel impact hebben op je dagelijkse leven. Zo kan het zijn dat je niet meer kan werken, je moeite hebt met het onderhouden van relaties en je dagelijkse taken niet meer kan uitvoeren.