Hoe worden frambozen verzorgd? Evenwichtige bodemvochtigheid zorgt voor een goede vruchtzetting.Tijdens droge periode's betekent dit regelmatig water geven. Het grondoppervlak mulchen met schors of gras vermindert de verdamping van de grond en beschermt de frambozen tegen uitdrogingsschade.
Bemesting. Frambozen zijn wat betreft het aanbod aan voedingsstoffen relatief ongevoelig, maar stellen niettemin bepaalde eisen: je komt daaraan het beste tegemoet met compost of met een chloor- en zoutvrije meststof voor kleinfruit.
Maak in het najaar, na de oogst, de takken waar de frambozen aan groeiden van elkaar los.Snoei ze daarna tot vlak boven de grond. Na vruchtdracht sterven de takken namelijk af. Snoei in het voorjaar de zwakker groeiende scheuten weg, vlak boven de grond.
Geef na het planten direct veel water.Wanneer de frambozenstruik eenmaal staat is de waterbehoefte veel minder. Geef bij droge periode water. Wanneer de frambozen plant in een pot staat is het wel belangrijk om de grond regelmatig na te kijken of deze nog voldoende vochtig is.
Geef in het voorjaar wat voeding; frambozen hebben niet veel meststoffen nodig, zelf geven we een matige hoeveelheid samengestelde organische meststof voor de moestuin of voor de fruittuin.
De beste periodes voor het vermeerderen van frambozen is de herfst en de lente. Afleggers en bewortelde afleggers worden in de herfst van de moederplant afgestoken en geplant. Tijdens de winter kunnen ze dan al aan hun nieuwe standplaats wennen. Het snoeien wordt aanbevolen voor het volgende voorjaar.
Zomerframboos snoeien
Maak in het najaar, na de oogst, de takken waar de frambozen aan groeiden van elkaar los. Snoei ze daarna tot vlak boven de grond. Na vruchtdracht sterven de takken namelijk af. Snoei in het voorjaar de zwakker groeiende scheuten weg, vlak boven de grond.
Herfstframbozen geven minder vruchten dan zomerframbozen. Een frambozenstruik kan bij de juiste verzorging wel tien jaar oud worden.
Er zijn zomerframbozen en herfstframbozen. Bij de zomerframbozen verschijnen de vruchten in juni-juli, bij de herfstframbozen vanaf eind augustus tot in oktober. Als u een zomerframboos en een herfstframboos plant kunt u maanden achtereen frambozen plukken. U kunt tot in april frambozenstruiken planten.
Als je die tweejarige stengels niet wegsnoeit, zullen de zijtakken zich elk jaar opnieuw vertakken en ontstaat er een enorme wirwar.
De frambozen plant kan goed tegen vorst. Belangrijk is wel dat er geen vorst aantreed wanneer je de struik net geplant hebt. Houdt hier dus rekening mee bij het planten.
Een framboos staat het liefst op een zonnige standplaats maar doet het ook goed in de halfschaduw. Ze houdt van een lichtzure grond (Ph 6,0 tot 6,5). Frambozen wortelen oppervlakkig maar zijn ook gevoelig voor wortelrot. Om die reden moet het grondmengsel luchtig maar tegelijkertijd vochtvasthoudend zijn.
Koemest kan je het hele jaar door strooien.Heb je een moestuin?In dat geval kan zal twee keer strooien per jaar in de meeste gevallen ook voldoende zijn.
Frambozen wortelen oppervlakkig maar zijn ook gevoelig voor wortelrot. Om die reden moet het grondmengsel luchtig maar tegelijkertijd vochtvasthoudend zijn. De planten worden, afhankelijk van zomer- of herfstras 100 tot ruim 150 centimeter hoog.
Geef nooit kalk of champignonmest aan frambozen, ze hebben liever lichtzure grond. Trek de jonge scheuten die rond de planten opduiken systematisch uit, het worden er gauw teveel. Aalbessen of trosbessen doen het goed in volle zon, maar kunnen net als frambozen wat schaduw hebben.
Zout tegen de beestjes
Je zal zien dat je na een tijdje kleine, witte wormpjes ziet drijven in het water. Laat de bak met bramen en het zoute water een tijdje staan en haal vervolgens de naar boven gedreven beestjes en bramen weg. De bramen die zijn gaan drijven zijn namelijk nog niet helemaal rijp óf niet meer goed.
Tot het regelmatig onderhouden van fruitstruiken en bessen behoort ook het snoeien van frambozen. Er wordt een verschil gemaakt tussen zomer- en late- of vaker dragende frambozensoorten. Zonder de frambozen te snoeien kan de oogst matig uitvallen. Het snoeien houdt de frambozen jong en vitaal.
Nog een tip: plant op een plek die volledig vrij is van onkruid en laat 45 cm afstand tussen de frambozen en ongeveer 1,50 m tussen de rijen. Als je in de herfst hebt geplant, snoei je je framboos terug tot een hoogte van 20 cm en geef je hem goed water.
Frambozen houden namelijk van een lichtzure grond (Ph maximaal 6,5 maar liever wat lager), die ook nog humeus moet zijn, vochtvasthoudend (omdat ze oppervlakkig wortelt) maar ook goed vochtdoorlatend (omdat frambozen gevoelig zijn voor wortelrot). Te kalkrijke grond geeft ijzergebrek/chlorose en meer kans op ziekten.
Een framboos moet ten minste drie (maar meestal zelfs vier) jaar oud zijn om vruchten te dragen. De zaden moet je voor het zaaien stratificeren, bijvoorbeeld in een vochtig zakje in de koelkast. Zaaien is dus mogelijk, maar niet heel gebruikelijk.
Groeiwijze. De framboos (Rubus idaeus) groeit snel en stelt weinig eisen aan haar omgeving. Frambozen zijn, kortom, fijne planten voor de beginnende tuinier. Binnen een jaar zul je de eerste vruchten kunnen oogsten.
Wanneer de grondscheuten van de jonge plant gaan groeien, bindt je ze bij elkaar en maak je ze verticaal vast aan het draad. Frambozen doen het ook prima tegen een muur of schutting. Bindt ook hier de nieuwe grondscheuten bij elkaar en zet ze verticaal tegen de muur met behulp van haakjes of gespannen draad.
Frambozen wortelen oppervlakkig maar zijn ook gevoelig voor wortelrot. Om die reden moet het grondmengsel luchtig maar tegelijkertijd vochtvasthoudend zijn. De planten worden, afhankelijk van zomer- of herfstras 100 tot ruim 150 centimeter hoog.
Zoals bij de meeste planten is het een slim idee om je grond, net als je frambozenplantjes, goed voor te bereiden. Frambozen houden van een zonnige plek met weinig wind en een wat zure, goed gedraineerde bodem.