'to be' is het werkwoord 'zijn'. Dit werkwoord wordt, net als in het Nederlands, erg vaak gebruikt, zowel in de tegenwoordige als in de verleden tijd.
In de spreektaal hoor je ook wel have got in plaats van alleen have. Have got is hier één werkwoord, ook al schrijf je het als twee losse woorden. 1 Je gebruikt have got alleen in informeel Engels en alleen in de Present Simple. In andere gevallen komt het niet voor.
school of higher general secondary education.
Has en have komen van hetzelfde werkwoord af: hebben, in het Engels to have. Je gebruikt has bij enkelvoud en have bij meervoud. Allebei in de tegenwoordige tijd!
De basisregel voor het schrijven van de past simple is: schrijf -ed achter de stam. Belangrijke uitzonderingen zijn: Werkwoorden die eindigen op -e, krijgen alleen -d erachter: - to bake: We baked a delicious cake yesterday.
Vervoeging: ik kan, je kunt / je kan, u kunt / u kan, hij kan, wij kunnen. ik kon, wij konden.
Zowel het begrip stam als ik-vorm (eerste persoon enkelvoud, tegenwoordige tijd) wordt in vele schoolboeken en grammatica's wel besproken, maar niet altijd uitgelegd. Sterker nog, de begrippen worden soms zelf aan elkaar gelijkgesteld: 'De stam is de ik-vorm.
I've - WikiWoordenboek.
De present perfect maak je met has / have + voltooid deelwoord en gebruik je bij zinnen die: iets zeggen over een actie of gebeurtenis die permanent of van lange duur is; Bijvoorbeeld: “He has lived in London since 2002.” iets zeggen over het verleden wat nu nog van belang is.
We gebruiken de present simple als we het hebben over: - feiten --> This book has a red color. - gewoonten --> Bart always bites his nails. - regelmatigheden --> These kids often play with each other.
Je gebruikt de past perfect (had + voltooid deelwoord) wanneer je meerdere momenten in het verleden bespreekt. De past perfect gebruik je dan voor dat wat het langst geleden is en de past simple voor dat wat minder lang geleden heeft plaatsgevonden.
Het woord were is verleden tijd van to be. Het betekent was of waren. Ook kan were onderdeel zijn van de 'past continuous' werkwoordsvorm, wat uit twee delen bestaat: was/were + het werkwoord dat eindigt op -ing. De betekenis van were valt dan weg.
De present simple is de Engelse term voor de tegenwoordige tijd, bijvoorbeeld 'ik tover'. Die tijd heeft bijna altijd eenvoudigweg dezelfde vorm als de infinitief, behalve bij de derde persoon enkelvoud (he/she/it), waar er een -s wordt toegevoegd.
De duurvorm in de verleden tijd noemen we in de Engelse taal de past continuous. Kijk bijvoorbeeld naar de volgende zinnen: Ik was aan het sporten. We waren aan het zingen. Ik stond te schreeuwen.
NB In Amerika zeggen ze “math”, in Engeland zeggen ze “maths”. Voor alle andere landen zou ik “mathematics” aanraden want dat begrijpt iedereen dus dan weet je zeker dat je goed zit.
Een Engels cv noem je - net als een Nederlands cv – een 'Curriculum Vitae'. Solliciteer je bij een Amerikaans bedrijf, dan is de term 'Resume' gangbaar. Je persoonlijke gegevens zet je helemaal bovenaan je cv. Vermeld je naam, adres, e-mailadres en telefoonnummer.