Le futur proche vormen is heel simpel. Het gaat eigenlijk hetzelfde als in het Nederlands. Le futur proche bestaat uit het werkwoord aller (gaan) + het hele werkwoord. Net als in het Nederlands vervoeg je aller (gaan) en laat je het hele werkwoord gewoon staat.
Het is een onregelmatig werkwoord dat je uit je hoofd moet leren. Hieronder zie je een overzicht van de tegenwoordige tijd van partir.