De atoombommen die in 1945 op de twee Japanse steden
Op 6 en 9 augustus 1945 werden de Japanse steden Hiroshima en Nagasaki door atoombommen verwoest. Nauwelijks enkele dagen later liet Japan weten dat het zich overgaf. Die overgave lijkt het logisch gevolg van de atoomaanvallen. Dat is dan ook wat veel boeken over de Tweede Wereldoorlog vertellen.
Bij de aanvallen met atoombommen op Hiroshima en drie dagen later Nagasaki maakten de Verenigde Staten een einde aan de Tweede Wereldoorlog, maar brachten daarbij naar schatting 215.000 mensen om. In Hiroshima overleden zo'n 140.000 mensen als gevolg van het bombardement.
Op 6 augustus 1945, rond 8u15, geeft kolonel Paul Tibbets, de bevelvoerder en piloot van de Boeing B-29 Superfortress – die hijzelf naar zijn moeder “Enola Gay” genoemd heeft – Thomas Ferebee het bevel om de atoombom Little Boy' boven Hiroshima af te werpen.
De Verenigde Staten kunnen daarom snel terugslaan. Japan valt die dag ook Singapore, Maleisië, Hong Kong, Thailand en Amerikaanse bases op de Filippijnen en Guam aan. Daardoor komt Japan in oorlog met Groot-Brittannië en Canada.
De atoombomaanvallen op Hiroshima en Nagasaki zijn twee luchtaanvallen met atoombommen die in 1945 door de Amerikaanse luchtmacht zijn uitgevoerd. Op 6 augustus werd de Japanse havenstad Hiroshima gebombardeerd en op 9 augustus de stad Nagasaki.
Waarom Hiroshima en Nagasaki? De reden voor het aanvallen van Japan met atoombommen was om de oorlog zo snel mogelijk te beëindigen. Een sneller einde van de oorlog betekende namelijk veel minder slachtoffers.
De Verenigde Staten voeren sinds maart 1945 zware bombardementen uit op tientallen Japanse steden. Met brandbommen worden grote delen van de steden vernietigd en honderdduizenden burgers komen om.
De atoombommen die in 1945 op de twee Japanse steden Hiroshima en Nagasaki werden gegooid, maakten een definitief einde aan de Tweede Wereldoorlog. De bommen, die waren ontwikkeld in de Verenigde Staten, kostten veel mensenlevens en maakten een einde aan het Japanse keizerrijk.
Paul Tibbets en de Enola Gay De eerste atoombom werd op 6 augustus 1945 op de Japanse stad Hiroshima gegooid. De Amerikaan Paul Tibbets was de piloot die de atoombom naar de Japanse stad bracht. In figuurlijke zin nam hij zijn moeder mee.
Feiten en cijfers. Op vliegbasis Volkel liggen naar schatting tien tot twintig B61-atoombommen opgeslagen. Ook in diverse andere Europese NAVO-landen zijn bommen van dit type gestationeerd. Ze liggen in België, Duitsland, Italië en Turkije.
Verbod kernwapens
De gevolgen van een atoombom zijn desastreus volgens Hoogenkamp. In het gebied waar een kernbom neerkomt wordt alles in de straal van vijftig kilometer vernietigd door de hitte en de onttrekking van de zuurstof, legt Hoogenkamp uit.
Nederland vindt Japan erg gevaarlijk, want in Azië ligt de Nederlandse kolonie Nederlands-Indië (het huidige Indonesië). Daarom verklaart de Nederlandse regering in ballingschap Japan de oorlog op 8 december 1941.
Ondanks het feit dat Japan en Duitsland bondgenoten waren, was dit niet in het voordeel van Duitsland. Ze konden elkaar niet effectief steunen en Japan hielp niet in de oorlog tegen de Sovjet-Unie.
Japan beschikte over twee van 's werelds grootste vliegdekschepen: de Akagi (36.500 ton) die 91 vliegtuigen kon meevoeren (groter dan de Amerikaanse Lexington en Saratoga) en de 38.200 ton metende Kaga. Samen met de Hiryu, Soryu, Zuikaku en Shokaku telde de Japanse Keizerlijke Marine zes vliegdekschepen.
De Tsar Bomba (Russisch: Царь-бомба; "tsarenbom") is de bekendste bijnaam van de AN602 (АН602), een waterstofbom die op 30 oktober 1961, ten tijde van de Koude Oorlog, tot ontploffing werd gebracht door de Sovjet-Unie.
Er wonen mensen in Pripyat, dus onbewoonbaar is het niet. Hiroshima en Nagasaki zijn in 1945 verwoest door een kernwapen, en wel een kernsplitsing wapen (nieuwere kernwapens gebruiken een kernsplitsing wapen om een kernfusie reactie op gang te brengen, dat noemen we ook een waterstofbom).
Negen landen in de wereld hebben kernwapens: de Verenigde Staten, Frankrijk, Pakistan, India, Rusland, China, het Verenigd Koninkrijk, Israël en Noord-Korea.
De Japanse steden Hiroshima en Nagasaki worden augustus 1945 getroffen door Amerikaanse atoombommen. Het doel is om Japan tot capitulatie te dwingen en een einde te maken aan de Tweede Wereldoorlog. Honderdduizenden Japanners komen om het leven.
Dat land heeft naar schatting tussen de veertig en vijftig kernkoppen in zijn bezit. Op de Nederlandse luchtmachtbasis Volkel, in Noord-Brabant, liggen Amerikaanse kernwapens opgeslagen. Dat werd al jaren verondersteld, maar in 2019 werd dat per ongeluk bevestigd in een document van de NAVO.
De Sovjet-Unie had even daarvoor de grootste bom in de geschiedenis tot ontploffing gebracht – de Tsar Bomba. De ontploffingskracht was 10 keer groter dan die van alle in de Tweede Wereldoorlog afgeworpen bommen bij elkaar.
Personen die werden blootgesteld aan de stralingen moesten onder andere braken, verloren haar en hadden brandwonden. De meesten stierven binnen de drie tot zes weken na de aanval.Sommigen die de aanval overleefden, kregen enkele jaren nadien stralingsziekten en/of kanker.
De atoombommen die op Hiroshima en Nagasaki vielen hadden een explosieve kracht van respectievelijk 15 en 21 kiloton (oftewel 15-21 miljoen kilogram) TNT. De krachtigste atoombom die ooit getest is, de Russische waterstofbom “Tsar Bomba”, had een kracht van maar liefst 50 megaton TNT, oftewel 50.000 kiloton TNT.
Japan: 3 miljoen doden
Hoewel Japan oorlog voerde in een groot deel van Azië, kwamen er 'slechts' 3 miljoen Japanners om. Tweederde van hen waren soldaten, terwijl de rest omkwam bij bombardementen op de steden. De atoombommen op Hiroshima en Nagasaki werden direct of indirect meer dan 200.000 mensen noodlottig.