Houd daarom goed in de gaten of je labrador niet te dik wordt, want hij heeft daar wel de neiging toe. Over het algemeen wordt aangeraden pups twee tot drie keer per dag eten te geven.Een volwassen hond kan toe met een of twee keer per dag.
Honden moeten minstens twee maaltijden per dag eten, met ongeveer 12 uur ertussen. Maar een ontbijt-, lunch- en dinerschema is ook een goede optie. Als er meer dan 12 uur tussen de maaltijden zit, kan de maag hyperzuur worden, wat misselijkheid veroorzaakt.
Labradors staan er om bekend dat ze altijd willen eten. Uit onderzoek is gebleken dat ze vaker last hebben van overgewicht door een genmutatie.
Streef dan naar zeker 6-8 uur tussen de maaltijden. Geef dan dus niet alle voeding tussen 9 uur 's morgens en 17 uur 's avonds. Geef je hond geen eten vlak voor je gaat wandelen. Houd gemiddeld 30 minuten aan als minimum tijd tussen een maaltijd en lichaamsbeweging en geef liever voeding na de beweging dan ervoor.
De beste tijd om een hond twee keer per dag te voeren is om ze één keer in de ochtend en één keer in de avond te voeren . Vanwege de structuur van de maag van een hond, hebben ze doorgaans elke 8-10 uur voedsel nodig, waardoor ontbijt en avondeten de perfecte maaltijdtijden zijn voor uw hond.
Eigenaren van honden van grotere rassen kiezen er soms voor maar één maaltijd per dag te geven. Als jouw viervoeter de neiging heeft zijn eten snel op te schrokken, kun je zijn dagelijkse portie beter over twee maaltijden verdelen. Veel eten in één keer opschrokken kan leiden tot maag- en darmproblemen.
Nieuw onderzoek toont aan dat ongeveer een kwart van de Labrador retriever honden te maken heeft met een dubbele klap: ze hebben de hele tijd honger en verbranden minder calorieën vanwege een genetische mutatie . Labradors met deze genetische mutatie zijn de hele tijd op zoek naar voedsel en proberen zo hun energie-inname te verhogen.
Het DNA van een hond bestaat uit ongeveer 2,3 miljard bouwstenen. Bij een deel van de labradors zien we dat er veertien van deze bouwstenen missen. Deze missende bouwstenen bevinden zich in een gen dat ervoor zorgt dat deze honden vaak trek hebben en ook erg hun best willen doen voor wat extra eten.
Hondenvoer met veel vezels die zijn gewonnen uit appel, aardappel, pompoen en zoete aardappel is zeer geschikt voor de Labrador. Kies bij voorkeur voor een voeding die laag is in granen. De granen in de brok dienen ontsloten te zijn.
Voor de meeste volwassen Labradors is ongeveer 1250 tot 1780 calorieën per dag uit hoogwaardige voedselbronnen ideaal. Vrouwelijke Labradors, die doorgaans 5 tot 10 kilo lichter zijn dan mannetjes, hebben mogelijk minder voedsel nodig, net als minder actieve honden.
De meeste honden kunnen drie tot vijf dagen zonder eten, terwijl ze in sommige gevallen zeven dagen of langer kunnen overleven. Als je hond echter langer dan twee dagen niet eet, raden we aan om naar een dierenarts te gaan. Een groter probleem is de wateropname.
Je hond hoort gemiddeld 2 keer per dag te poepen. De ontlasting hoort vast te zijn en een gezonde bruine kleur te hebben. Er komt geen hele dringende geur van de ontlasting.
De ideale schofthoogte is bij reuen 56 tot 57 centimeter, bij teven 54 tot 56 centimeter. Het gewicht is gemiddeld zo'n 29 tot 35 kilo. De volledige rasstandaard van de Labrador Retriever kunt u vinden via één van de rasverenigingen.
Een puppy zal gemiddeld zo'n 18 tot 20 uur slaap nodig hebben, een volwassen hond slaapt gemiddeld 12 tot 14 uur per dag en een senior kan wel 16 tot 18 slaap op een dag nodig hebben.
Het POMC-gen, het aangetaste gen, is ook gelinkt aan obesitas bij mensen en is betrokken bij verzadiging . Verzadiging betekent een vol gevoel. Het lijkt erop dat de mutatie bij Labradors betekent dat ze niet lijken te beseffen wanneer ze vol zijn, dus nooit een verzadigd gevoel hebben en blijven zoeken naar voedsel.
De meest voorkomende redenen dat jouw hond (eigen) ontlasting eet, zijn honger en vraatzucht. Honden die op dieet zijn en trek hebben zullen alles wat ze kunnen vinden opeten. Vaak vindt een hond ontlasting van (vooral) andere dieren nog hartstikke lekker ook, dus dat zal hij dan ook zeker niet overslaan.
Als een hond écht honger heeft, is hij vaak niet geïnteresseerd in eten. Misschien negeert je viervoeter zijn brokken of eet hij slechts kleine hoeveelheden. Overmatig likken van de lippen. Een hongerige hond likt vaak zijn lippen of kwijlt als reactie op de geur of het zicht van voedsel.
Deze genetische mutatie beïnvloedt de productie van een hormoon genaamd pro-opiomelanocortine (POMC), dat verantwoordelijk is voor het reguleren van eetlust en energieniveaus bij honden . Bij Labradors leidt deze mutatie tot lagere niveaus van POMC, wat op zijn beurt leidt tot een verhoogde eetlust en een verminderd vermogen om zich vol te voelen.
Te veel eten kan ernstige gevolgen hebben voor de gezondheid, zoals hartziekten, diabetes, artritis en een kortere levensduur. Daarom is het belangrijk om alert te zijn op symptomen die erop wijzen dat uw hond te veel eet.
Optimale tijdstippen voor de hond
Een goed uitgangspunt is om je hond tweemaal daags te voeden: één keer 's ochtends en één keer in de vroege avond. Dit helpt bij het vermijden van hongerpieken en -dalen gedurende de dag. Een ochtendmaaltijd rond 7 uur geeft je hond voldoende energie voor de dag.
Wacht minimaal een uur na de maaltijd voor je met jouw hond gaat wandelen of rennen. Geef jouw hond liever eten nadat je met hem of haar hebt gerend, gefietst of gewandeld. Ook hiervoor geldt trouwens dat je even moet wachten tot jouw hond tot rust is gekomen voor je hem of haar voert.
De spijsvertering van eten tot poepen duurt bij honden gemiddeld 12 tot 24 uur. Dat houdt in dat één tot twee keer per dag ontlasting normaal is. Poept jouw hond minder vaak? Ook dat is niet direct een probleem.